Tekst LTZ 2OC (SD) Joost Margés
Foto Mediacentrum Defensie
Zilveren editie SMCC afgerond
Inmiddels wereldwijd beroemd en bij de cursisten berucht: de Nederlandse Submarine Command Course (SMCC). De opleiding van doorgewinterde onderzeebootmannen tot commandant vond onlangs voor de 25e keer plaats. In een kwart eeuw gingen velen door de mangel, om onderwater voorbereid te zijn op alle mogelijke crisissituaties en gevaren. Alle Hens sprak met een recent geslaagde, zijn teacher en 2 officieren die bij de eerste editie van de SMCC in 1995 betrokken waren.
Begin dit jaar startte de zilveren editie nog op het droge. Plaats van handeling: de Guardion Submarine Trainer (GST) van de Nederlands Belgische Operationele School. Deze trainer kent dezelfde (nieuwe) specificaties van de onlangs geupdate Walrus-klasse. Na deze fase trokken de cursisten naar zee. Aan boord van Zr. Ms. Zeeleeuw kregen zij de meest uiteenlopende, uitdagende scenario’s voor de kiezen. En dat met een toenemend slaaptekort. Dan is het essentieel om onder druk toch de juiste beslissingen te blijven nemen. Met als bekroning om tijdens ‘Perisher Breakfast’ op Clyde Naval Base Faslane, Schotland, met de eer te mogen strijken.
‘Eigen grenzen verkennen en verleggen, maar toch ook aan de veilige kant ervan te eindigen’
Grenzen verkennen en verleggen
Kapitein-luitenant ter zee Chris Kruisbrink, teacher bij de laatste SMCC, kijkt met genoegen terug op de recente editie. Hij mocht ‘streng doch rechtvaardig’ de duimschroeven aandraaien. Inmiddels zit luitenant ter zee 1 Laurens Bus daar niet meer mee, want hij legde de proeve van bekwaamheid succesvol af.
Kruisbrink blikt terug: “Het was de uitdaging voor mij als teacher: iedereen binnen de klas van 6 studenten maximaal te laten presteren en tenminste over een minimumniveau te tillen. En allen zover krijgen dat zij hun eigen grenzen verkenden en verlegden, en toch ook aan de veilige kant ervan eindigen.” Op zee volgden eerst kortere scenario’s elkaar in hoog tempo op. Later werd het optreden tactischer, vooral tijdens de grote internationale oefening Joint Warrior bij Schotland, met veel (‘vijandelijke’) eenheden om de Zeeleeuw heen.
‘Net als bij de boot loopt ook bij jezelf de batterij leeg, zeker tijdens de SMCC’
Nieuw perspectief
Bus was uiteraard gezond gespannen voor de opleiding. “Tegelijkertijd is het ook maar 3 maanden opleiding na 10 jaar varen. Die 10 jaar ervaring zit er echt wel in. Afgelopen maanden hebben we ook niet veel meer over onderzeebootvaren geleerd. Het zat ‘m in andere dingen. Een nieuw perspectief aan boord, bijvoorbeeld, want er staat niemand meer boven je. Je bent straks ook op jezelf aangewezen. Moet zelf beslissingen nemen, ook over belangrijke besluiten, waar je normaal zou overleggen. Dan moet je zelf je belangrijkste criticus zijn. Laat jij je koppie hangen, dan doet de bemanning dat ook. Net als bij de boot loopt ook bij jezelf de batterij leeg, zeker tijdens de SMCC. Dan toch doorgaan zorgt voor de belangrijkste persoonlijke ontwikkeling.”
Als commandant mensen en middelen goed inzetten; het team, de boot, je eigen skills
Op alles voorbereid
Binnen de Onderzeedienst geldt: als commandant hoef je niet alles te weten, maar moet je de mensen en middelen goed inzetten; het team, de boot en je eigen skills. Kruisbrink, beeldend: “Alles komt uiteindelijk allemaal samen rond de periscoop, verpersoonlijkt door de commandant. De kwaliteit van de onderzeeboot wordt bepaald door de kwaliteit van de commandant.” Veelzeggend over de invloed van de SMCC op diens vorming, is dat je commandanten niet zelden hoort zeggen: ‘Ik heb voor veel moeilijke beslissingen gestaan, maar dankzij de SMCC was ik op alles voorbereid’.
‘Moeilijk evenwicht’
Kapitein ter zee b.d. Jan Wijbrands verliet in 2010 de actieve dienst, na 38 jaar onder de wapenen. Op het KIM maakte hij in 1975 een praktijkjaar mee bij de Onderzeedienst, aan boord van een oude driecilinder. Daar viel hij in positief opzicht op. In 1986 volgde hij met succes de Britse Commanding Officers Qualification Course. Bij thuiskomst kreeg hij het commando over Hr. Ms. Potvis. Deze ervaring vormde de basis voor de Nederlandse commandantenopleiding, waarvan Wijbrands de eerste teacher werd. Die rol vervulde hij zelfs 4 keer.
“Het is een van de mooiste, maar ook zwaarste banen”, aldus Wijbrands. “Ik was tijdens die SMCC’s natuurlijk ‘de grootste eikel’, in de ogen van de cursisten, maar dat was alleen tijdens de opleiding. Het ging er mij om mensen in een complexe situatie te brengen. Moe maken, bezighouden, en in de gaten houden of ze onder druk toch de juiste beslissingen konden nemen. Mensen die geen gevaar zien, moet je niet hebben. Te huiverig, wordt ook niks.”
“Een keer hanteerde een Australische cursist de verkeerde schaal bij de periscoop. Een fregat bleek 4 keer dichterbij te zijn dan hij dacht. We konden nog net wegduiken. De commandant van de boot kwam lijkbleek de commandocentrale binnen, nadat het licht in de longroom was gesprongen door de trillingen van het overvarende schip. Zo zie je, er is sprake van een moeilijk evenwicht. Je gaat tijdens de SMCC ook veel verder dan je als commandant ooit zult gaan.”
‘Dit blijft je je hele leven bij’
“Achteraf bezien vond ik het een fantastische cursus”, luidt de eerste reactie van kapitein ter zee Hugo Ammerlaan, cursist van het eerste uur onder teacher kapitein ter zee b.d. Jan Wijbrands. “Maar of ik hem over zou doen?”, vraagt de marine-attaché in de VS zich na een korte overdenking af. “Er gingen dagen voorbij dat je nauwelijks je bed zag. En toch moest je scherp blijven en je opdracht uitvoeren. Soms had je een vierkant hoofd van het hoofdrekenen. Zeker wanneer je 4, 5 keer achter elkaar met voldoende diepte ongezien voor een schip moest wegduiken. De cursisten die faalden en naar huis konden... Gelukkig bleef die teleurstelling mij bespaard. Ik slaagde en 6 weken later was ik commandant van Zr. Ms. Dolfijn.”
Wat de cursus mij heeft opgeleverd? Sowieso hoe je tactisch onder oorlogsomstandigheden met een onderzeeboot vaart. Maar ook dat ik als marineman minder manager en meer commandant moest zijn. Ik realiseerde me te weinig dat een bemanning voor je door het vuur gaat. Maar dat je haar daarvoor wel moet respecteren en oprechte interesse in ze moet tonen.”
“Met compassie en meelevendheid te werk gaan, dat heb ik van Jan Wijbrands geleerd. Hij is een zeer ervaren onderzeebootman en een ‘stevige’ leider. De eerste keer dat ik als commandant de haven van Den Helder uitvoer, herinner ik me nog goed. Ik was best gespannen en dacht bij mezelf: nu komt het erop aan…. Nu moet je het helemaal zelf doen. Er is geen ‘Wijbrands’ meer die op typisch plagerige toon zegt: ‘Zou je dat nou wel doen?’.”
(Tekst: André Twigt)
Behoefte aan finishing touch
In de jaren 60 haakte de Onderzeedienst aan bij de Britten voor de opleiding van Nederlandse onderzeebootcommandanten. Omdat de Commanding Officer Qualification Course van de Royal Navy zich vooral richtte op het opleiden van eerste officieren voor dieselelektrische subs, ontbrak het bij de Nederlandse commandanten soms aan finishing touch. Dus besloot de KM het roer in eigen hand te nemen en tegelijkertijd de handen ineen te slaan met Australië, Canada en Denemarken.
De dieselelektrische doctrine werd overgenomen van de Britten en vervolgens doorontwikkeld en uitgebreid. Door investeringen in dieselelektrische boten, wereldwijd, is er een groeiende behoefte aan opleidingsplaatsen. Inmiddels heeft ook Noorwegen, naast het Verenigd Koninkrijk en Nederland, een eigen SMCC. Sinds 2013 draaien deze drie SMCC’s parallel in een tri-nation SMCC. Nederland leidt in de regel 3 Nederlandse kandidaten op per 2 jaar. Australië stuurt 2 à 3 kandidaten per jaar. Daarnaast is er altijd plek voor overige buitenlandse kandidaten, tot maximaal 6 studenten per editie.
De SMCC is een logische stap in de loopbaan, nadat je aan boord Hoofd Operatiën en Oudste Officier bent geweest. Belangrijke graadmeter is verder dat je je opleidbaarheid laat zien en dat 2 van je commandanten zich langdurig positief over je getoond hebben.