Tekst KAP Arjen de Boer
Foto SM Gerben van Es
Coalitie herziet missie Noord-Irak
De trainingsmissie in Noord-Irak heeft een extra dimensie gekregen: het opleiden van Koerdische instructeurs die straks hun eigen eenheden moeten trainen. Marinier 1 Ruben en sergeant van de mariniers Michael van 13 Raiding Squadron bijten de spits af.
De groene heuvels van de Koerdische regio in Noord-Irak; waar enkele weken geleden forse regenbuien de aarde in een blubberbende veranderden, groeien nu witte, rode en paarse bloemetjes. Zo aantrekkelijk dat een goedgemutste Peshmergastrijder tijdens een oefenpatrouille wat van die flora in de loop van zijn M16 heeft gestopt. “Heel mooi, maar haal ze er uit”, zegt marinier 1 en instructeur Ruben vriendelijk doch beslist.
Wat de reden is van de oefening in het sterk glooiende landschap rond trainingslocatie Menila? Bepalen waar de vijand zit en een inschatting maken van zijn sterkte. Het is slechts één van de vele lessen, verzorgd door mariniers van 13 Raiding Squadron. Links en rechts geholpen door enkele ‘verdwaalde’ landmachtcollega’s.
'Niet langer kleine eenheden opleiden, maar leiderschap en organisatiestructuren ontwikkelen'
Talentenklas
Nieuw in het lesrooster is de Advanced Instructor Course (AIC), waar sergeant van de mariniers Michael, marinier 1 Ruben en luchtmobiele collega sergeant 1 Glenn lesgeven. Hun klas bestaat uit 21 talentvolle Peshmerga-onderofficieren, die kunnen lezen en schrijven; vaardigheden waar lang niet iedere Koerd over beschikt. De mannen worden opgeleid tot instructeur, zodat zij straks zelf de trainingen van kleine eenheden kunnen verzorgen. Dit is een speerpunt van de internationale coalitie, omdat deze liever niet langer soldaten en kleine eenheden opleidt, maar leiderschap en solide organisatiestructuren wil ontwikkelen.
Aan de bak
De geselecteerde Peshmerga moeten tijdens de ACI 6 maanden aan de bak om hun certificaat binnen te slepen. De trainingen worden alleen ’s ochtends gegeven. Veel Peshmerga hebben namelijk ook nog een normale baan om de kost te verdienen, aangezien hun soldij alleen niet genoeg is. Overigens wordt dit binnenkort teruggebracht naar 4 maanden; slimmere planning moet zorgen dat kersverse instructeurs sneller inzetbaar zijn.
'In de klas worden niet alleen aanvalstactieken besproken, maar ook lestactieken'
Zelfvertrouwen
“Veel van deze mannen hebben gevechtservaring en aardig wat kennis”, zegt Michael. “Ze staan met zelfvertrouwen voor de klas. Korporaal Dashti Mahmood is zo’n ervaren Peshmergastrijder. Toch steekt ook hij veel op van de cursus, zegt hij. Niet alleen over het onderkennen van geïmproviseerde explosieven en gewondenhulp, maar ook waar het gaat om lesvaardigheid. Zelf iets goed kunnen, is één ding. Dat overbrengen aan een ander is iets totaal anders. Daarom worden in de klas niet alleen aanvalstactieken besproken, maar ook ‘lestactieken’. “We leren luisteren naar cursisten en weten nu hoe we lessen beter kunnen voorbereiden”, vertelt Dashti. “Toch is een goede stijl van lesgeven belangrijk, net als het onder controle houden van een klas.”
Miscommunicatie
Ook het geven en ontvangen van feedback is onderdeel van de training. De dag na de verkenningspatrouille bespreken Dashti en zijn collega’s in het klaslokaal elkaars manier van les- en leidinggeven. Instructeur Ruben kijkt redelijk tevreden terug, het begin is er. “Een belangrijk leerpunt is de voorbereiding”, zegt ook hij. “Ze geven de groep minimale info over wat ze te wachten staat, dat zorgt voor miscommunicatie. Daar valt meer uit te halen.” Michael benadrukt telkens dat de Nederlanders er niet eeuwig zullen zijn. “Dan zeg ik: ‘Misbruik ons nu we er nog zijn, we zijn er voor jullie. Straks moet je het zelf doen, voor je volk.”