‘Als instructeur kan ik al mijn ervaring inzetten’
“Een thrill seeker, dat omschrijft mij het best”, zegt militair brandweerinstructeur sergeant-majoor Martijn Versteeg. Zijn loopbaan bij Defensie wordt tussentijds tweemaal beëindigd wegens een aflopend contract. Verlenging was zeker mogelijk, maar het aanbod is dan voor de avonturier steeds niet aantrekkelijk genoeg. Toch vindt hij – dus ook tweemaal – steeds zijn weg terug naar Defensie. Een verhaal over hoe een marineman zijn roeping als luchtmacht-brandweerman vindt.

Tekst: Jopke Rozenberg-van Lisdonk | Foto’s: Louis Meulstee

Wie: sergeant-majoor Martijn Versteeg (40)
Eerste dienstperiode: maart 2002 – maart 2009
Vakgebied: technische dienst bovenwatereenheden, Koninklijke Marine
Tweede dienstperiode: januari 2010 – november 2019
Vakgebied: brandweer bij 961 Squadron, Vliegbasis Woensdrecht
Opnieuw in dienst: juli 2023
Vakgebied: brandweer bij 133 Squadron, Vliegbasis Woensdrecht

‘Met je maatjes op avontuur’
“Net als de ruimtevaartbemanning van Star Trek naar het onbekende om daar je werk te doen. Aan boord met je maatjes, de ene keer hier en een week later daar, in een heel ander land. Het avontuur van het onbekende, dingen zien en meemaken op de meest uiteenlopende plekken. Dat leek me van jongs af aan al wat. Mijn tweelingbroer en ik keken altijd naar Star Trek, we waren groot fan. Ook luisterde ik graag naar de spannende verhalen van mijn vader en opa, beiden techneuten op de ‘grote vaart’. Uit de beroepentest op de mavo kwamen uniformberoepen sterk naar voren. Ik dacht aan de commando’s of de mariniers… het moest spannend zijn, iets excentrieks.”

‘Klasgenoten en leraren zeiden: dat gaat jou niet lukken’
Superfit
“Twee dagen na de aanslag op het World Trade Centre in New York had ik mijn psychologische keuring. Het was een ongekende tijd, alles stond even stil. Nu gaat er actie komen, dacht ik. Ik wilde heel graag de dienst in. Of als marinier óf techneut bij de vloot. Maar helaas haalde ik de fysieke keuring niet. Met mijn 55 kilo schoot ik aan kracht tekort. Ik nam een baan aan als assemblage medewerker en ging daarnaast zes keer per week sporten, van voetbal en kickboksen tot fitness. Ik wilde per se de dienst in. Klasgenoten en leraren van vroeger zeiden ‘dat gaat jou niet lukken’, dat motiveerde me alleen nog maar meer. Acht maanden na mijn eerste keuring kwam ik terug. Ik was superfit en kon zo ongeveer uit elk beroep bij de krijgsmacht kiezen. Ik koos voor de technische dienst bij de marine. Daar kan ik altijd wat mee, dacht ik.”


Door mariniers getraind
“Ik heb een wereldtijd gehad bij de marine. Alles wat ik wilde, heb ik gekregen. Dat leven aan boord zoals bij Star Trek, was in mijn beleving ook de realiteit. Je collega’s worden je vrienden. In zeven jaar tijd heb ik enorm veel gevaren, onder meer op de Middellandse Zee voor een NAVO-vlootverband, maar ook voor de kust van Afrika voor anti-piraterijmissies. Als neventaak zat ik in een boarding team, waarvoor ik was opgeleid als MAG- en C8-schutter. Dan enterden we via een snelle motorboot of een helikopter met een fastrope een schip. We werden door de Bijzondere Bijstandseenheid van de mariniers getraind. Die zeiden: jij bent wel het type voor de mariniers, dat zou je best eens kunnen proberen. Dat heb ik na een poosje gedaan.”
‘Kaalgeschoren in overall’
“Maar na twee opleidingsweken op de Van Ghentkazerne dacht ik: ‘wat doe ik hier?’. Kaalgeschoren in overall stond ik tussen allemaal jonkies zonder enige militaire ervaring. We werden tot op de enkels afgebroken en opnieuw gevormd. ‘Wat gaat er hierna veranderen?’, dacht ik. ‘Of ik nu word geplaatst in Doorn of Den Helder: het stramien van veel weg zijn, blijft.’ En dat wilde ik niet meer. Voor een paar weken keerde ik terug naar de Ruyter. Maar de charme was eraf en veel maatjes waren de dienst al uit. Mijn contract verliep – dat was wel verlengd als ik bij de mariniers was gebleven – dus stapte ik de dienst uit.”


Held
“Een krap jaar zat ik thuis zonder werk. Ik heb wat reizen gemaakt en ondertussen oriënteerde ik me op diverse banen bij de Nationale Politie, maar ook bij de luchtmacht. Een maatje vanuit de technische dienst, die een jaar eerder bij de marine opstapte, was direct naar de luchtmacht gegaan. Hij zat in de logistiek en vroeg me waarom ik niet ook naar de luchtmacht kwam. Het vak van loadmaster leek me leuk, ik wilde graag weer uitzendingen draaien. Maar helaas was er een aannamestop van bijna vier jaar. Toen kwam ik op de website van Defensie een vacature bij de brandweer tegen. Dat leek me supertof. Bij de marine oefen je ook veel met brandbestrijding. Ik voelde me dan altijd een held met dat pak aan en ademlucht op. Het is een heel direct dienstvak: mensen hebben je nodig, jij komt ter plaatse en gaat ze redden. Dat trok me enorm: die spanning, ergens voor staan en het verschil kunnen maken. Ik kon solliciteren als manschap of horizontaal instromen als sergeant bevelvoerder. Uiteraard moest ik dan wel nog alle opleidingen door. ‘Een leidinggevende functie kan ik wel’, dacht ik. ‘En lukt het niet, dan hoor ik dat wel. Waarom zou ik zelf mijn grootste obstakel zijn?’”
‘De tofste opleiding die ik ooit gedaan heb’
Mijn ding
“Ik moest opnieuw de militaire keuring in, maar kreeg vervolgens vrijstelling van de AMO (Algemene Militaire Opleiding, red.) omdat ik minder dan een jaar uit dienst was. Na een tijdelijke tewerkstelling van acht maanden startte ik met een reeks brandweeropleidingen. Van de manschappenopleiding tot die van bevelvoerder met specialisatie vliegtuigbrandbestrijding. De laatste is de tofste opleiding die ik ooit gedaan heb. Het is een kick om met je team een klus te klaren. ‘Dit is gewoon mijn ding’, dacht ik. Vanaf 2012 werkte ik negen jaar lang als bevelvoerder op Woensdrecht. Na zes jaar ging ik op uitzending voor de Air Task Force Middle East in Jordanië. Dat was supergaaf. Helaas was het mijn enige uitzending. Eind 2019 besloot ik de dienst uit te gaan, dat was twee jaar voordat mijn contract afliep. Om te blijven moest ik een rang omhoog en instructeur of on scene commander worden. Die laatste functie was niet vrij en instructeur worden, zag ik niet zitten. Altijd lesgeven en niet meer meedraaien in de ploeg, hell no.”

‘De commerciële mindset rijmde niet met mijn principes’
Thuiskomen
“Off shore de techniek in, dat werd m’n volgende stap. Beetje varen en geld verdienen. Maar het verschil tussen Defensie en de commerciële sector vond ik te groot. Ik kwam uit een wereld van broederschap; één team, één taak. De commerciële mindset rijmde niet met mijn principes. Het lag me niet, dus nam ik na acht maanden ontslag. Vervolgens werkte ik zo’n tweeënhalf jaar als objectbeveiliger op de Maasvlakte 2. Ik was er specialist gevaarlijke stoffen en eerstelijns incidentenmanagement. Ik deed het puur om mijn rekeningen te kunnen betalen. Dat ik ondertussen verder zocht naar een andere baan, wist het bedrijf – dat mij vanwege de gruwelijke tekorten toch had aangenomen. Uiteindelijk had ik zowel bij de douane als de luchtmacht een sollicitatie lopen. Ik moest alleen mijn handtekening nog zetten en ik was aangenomen bij het zwaarbewapende HARC-team (Hit And Run Cargo-team, red.) van de Douane. Toch koos ik na een goed gesprek met het hoofd brandweeropleidingen en de vakoudste voor een instructeursfunctie bij de brandweer op Vliegbasis Woensdrecht. Het was als thuiskomen.”

‘Instructeur zijn, is juist heel interactief’
Collega’s coachen
“Hoewel ik het operationele werk mis, is de rol van instructeur me honderd procent meegevallen. In deze functie ben je de spil van alles. Ik was bang voor een stijve acht tot vijf-baan, het voor de klas staan en een verhaal over iemand heen blèren. Maar het is juist heel interactief met veel praktijklessen en veel variatie. Zo leiden we beginnersklassen op, maar ook specialisten zoals pompbedieners, vliegtuigbrandbestrijders en bevelvoerders. Alle militaire en burgerbrandweermensen van de krijgsmacht volgen hier hun opleiding. Jaarlijks doet iedereen hier ook zijn JOP (jaarlijks oefen programma, red.). De collega’s in het land zien we dus met enige regelmaat, dat is heel leuk. Daardoor kom ik nu ook weer oud-collega’s tegen. Het psychologische aspect van mijn functie vind ik ook heel interessant. Ik coach collega’s hoe te handelen bij incidenten, geef ze tips over efficiënter werken, hoe je je hoofd erbij houdt in de chaos en hoe je dan beslissingen kunt maken. Het is mooi al mijn ervaring te kunnen inzetten. In de toekomst wil ik graag nog eens on scene commander worden. Op ‘de uitruk’ zitten, is toch het mooist.”