Tekst Vanessa Strijbosch
Foto sergeant Jasper Verolme

x
Leestijd: 7 minuten

Wie zijn onze luchtmachtbazen? Wat houdt hen bezig, waar krijgen ze energie van en hoe vullen ze hun vrije tijd? In elk nummer stellen we één van hen aan je voor.

Wie: commodore Erwin van Beljouw
Functie: commandant Air Support Command (in oprichting)
Sinds: 1 januari 2022
Thuisfront: echtgenote Petra, zonen Tim (21) en Guus (17), hond Toos
Woonplaats: Kloosterzande

“Die is duidelijk. Het Air Support Command (ASC) oprichten. Die taak staat het afgelopen jaar dagelijks op mijn lijstje. Op dit moment wordt gewerkt aan de inrichting van de organisatie. De volgende prioriteit is het reorganisatieplan. Dat vraagt om veel aandacht. Welke stappen zijn wanneer nodig? Hoe gaat de theorie werken in de praktijk? Dat zijn cruciale vragen.

Verder staan er op mijn to do-lijst ook vooral onderhoudsklussen voor onze woning. Dat is de reden waarom we dit jaar niet op vakantie gaan. Het is niet anders, dat zijn nu eenmaal ook noodzakelijkheden.”  

Air Support Command

Het Air Support Command (ASC) is sinds begin dit jaar in oprichting en bestaat straks uit het huidige Logistiek Centrum Woensdrecht, de Koninklijke Militaire School Luchtmacht en het Centrum voor Mens en Luchtvaart. Daarmee wordt alle support van het CLSK geconcentreerd. Het nieuwe commando is naar verwachting in 2023 operationeel.

‘Hetzelfde werk, maar onder andere vleugels’

“De hamvraag bij de oprichting van het ASC is hoe we één identiteit kunnen maken van zo veel verschillende afdelingen en eenheden. Feit is dat de instructeur straks nog steeds les geeft, de monteur nog steeds sleutelt en de psycholoog nog steeds aspirant-vliegers selecteert. Veel mensen blijven hetzelfde werk doen, maar ze komen onder andere vleugels te hangen. De squadrons zijn en blijven de entiteit, daar gebeurt het. Zij leveren de diensten en daar verandert niet zo gek veel aan. Maar de structuur eromheen verandert wel degelijk.

Op dit moment worstel ik ook met een communicatie-vraag: hoe kunnen we de grote diversiteit aan medewerkers van het toekomstige ASC het beste bereiken en met welke boodschap? Medewerkers kunnen informatie halen uit nieuwsbrieven, intranet en vlogs. Ook via ‘de lijn’ moet informatie gedeeld worden. De uitdaging blijft om daarin maatwerk te bieden. Sommige collega’s zijn nog helemaal niet bezig met de oprichting van het ASC. Anderen staan juist vooraan en willen precies weten wat er speelt.”

De blauwdruk van het nieuw op te richten Air Support Command staat. Maar de verschillende entiteiten één laten worden, is nog een grote uitdaging.

"We hebben zogeheten ‘visie ambassadeurs’ in het leven geroepen, een groep van ongeveer dertig medewerkers die een doorsnede van de populatie zijn. Mannen, vrouwen, militairen, burgers, jong en oud. Ze zijn een prachtig klankbord en in deze fase al van grote waarde voor mij als commandant. Zij wezen mij er bijvoorbeeld op dat de burgers nog onvoldoende gerepresenteerd waren in de top van de organisatiestructuur. We zijn nu bezig om het zodanig in te richten dat iedereen zich vertegenwoordigd voelt.

Met deze ambassadeurs stel ik de visie van het commando op. Ik wil dat die echt gaat leven bij de mensen. Wat je vaak ziet, is dat zo’n visie meteen in een bureaula verdwijnt. Dat mag niet gebeuren. Op deze manier wil ik verbinding met mensen houden.”  

“Dat je als mens altijd tot meer in staat bent dan je denkt. Op vele vlakken, in je privéleven, op het gebied van sport, maar zeker ook als luchtmachter. We zijn bij de luchtmacht altijd in staat om steeds een stukje harder te gaan dan gisteren en we hebben de ambitie om te vernieuwen. Dat is toch wel een van de belangrijkste inzichten die ik in de afgelopen dertig jaar heb gekregen. Hierdoor kan ik als leidinggevende mensen de ruimte geven. Daarin ben ik bijna nooit teleurgesteld. Als leidinggevende moet je er niet altijd bovenop willen zitten."

Van Beljouw is niet bepaald het type leider van ‘uitvoeren mars’. “Ik geef mensen veel ruimte.”

'De luchtmacht was geen jongensdroom’

“Op mijn dertiende had ik een vakantiebaantje bij een boer. Meehelpen op het land, de koeien voeren; de boer gaf me veel vrijheid en vertrouwen. Ik mocht gewoon op de trekker rijden. Geweldig vond ik dat! Toch lag mijn hart ergens anders. Ik wist al van jongs af aan dat ik een technische studie wilde volgen. Maar ik wilde niet  beginnen aan een studie om die vervolgens te onderbreken voor de dienstplicht. Toen ik hoorde ik dat ik ook een technische studie op de Koninklijke Militaire Academie kon doen, was de keuze snel gemaakt.

Het militaire wereldje beviel mij goed. Het was niet echt een jongensdroom om naar de luchtmacht te gaan. En toch…het boeide me enorm. Vooral de groepsdynamiek, samen naar een doel werken, grenzen verleggen. Ik ben enig kind en misschien juist daarom vond ik het zo leuk om er achter te komen dat ik goed functioneerde in een groep. Die periode heeft me gevormd tot wie ik nu ben.

Ik heb hele leuke functies gehad. Het ging mij nooit om de rang, maar echt om de inhoud. Ik heb nooit de ambitie gehad om hoog in de boom te komen. Ik wil doen wat ik leuk vind. En ja, ik wil zeker altijd blijven ontwikkelen en vooruit komen. En dat is wel gelukt.”   

"Ik voel me een Brabander in hart en nieren. Ik ben opgegroeid met carnaval en heb er een tijd aan meegedaan. Alleen houd ik er nu helemaal niet meer van. Ik ben de enige in het gezin die het niet viert. Geen idee waar dat is misgegaan. Ik ging met mijn ouders vroeger altijd op vakantie naar een camping op de Veluwe. Daar waren ook veel mensen uit de Randstad en ja, dan val je direct op met je zachte g. Die heb ik maar snel afgeleerd. Niet dat ik mijn afkomst wil verloochenen, maar het is ook niet wat mij typeert.”   

‘Ontspanning door inspanning’

“Dat zijn twee dingen: sporten en klussen. We wonen in een huis uit 1960 dat we vijftien jaar geleden kochten. Ik heb bijna alles zelf verbouwd of opgeknapt. Klussen betekent voor mij mijn hoofd leeg maken. Niets fijners dan een aanhanger met zand leegkruien. En dan vooral lekker in m’n eentje. Na het werk ga ik graag een uurtje hardlopen of fietsen. Dan merk en voel ik dat ik in een andere modus kom. Ontspanning door inspanning.”

De technische achtergrond van Van Beljouw komt goed van pas tijdens het klussen. Sporten gebeurt vaak alleen, maar is ook erg gezellig met het hele gezin, hier in de Limburgse heuvels. Foto: uit privé-archief

“De meest recente onvergetelijke ervaring was de Mont Ventoux in één dag drie keer fietsend beklimmen voor het goede doel (Klimmen tegen MS, red.). Het begon ooit als initiatief vanuit de school van Tim, mijn oudste zoon. Ik ging toen als begeleider mee. Maar afgelopen juni deed ik zelf mee samen met Guus, mijn jongste zoon. Ik zag mensen keihard vechten tegen zichzelf en overwinnen. De top halen, helemaal stuk, op pure wilskracht. Dat stimuleerde mij enorm. Opgeven was geen optie.

En dan zijn er natuurlijk de momenten die nooit meer van je netvlies gaan. De geboorte van mijn kinderen bijvoorbeeld. Onze zoons wonen nog thuis en we eten bijna iedere avond samen aan tafel. We genieten van elk moment samen.” 

Het beklimmen van de Mont Ventoux was voor Van Beljouw een onvergetelijke ervaring.