Tekst tweede luitenant Rosalien van Damme
Foto korporaal 1 Hille Hillinga
‘Even wennen aan marineregels’
Meer dan 30 schepen, 35 helikopters en 13.000 militairen. De oefening
voor de Schotse kust Joint Warrior kende een grote inzet. De multinationale
oefening bood een dynamisch scenario met dreiging vanuit de lucht, de zee en het
land. De belangrijkste doelen waren het trainen van internationale samenwerking
en het op peil houden van skills&drills. 10 landen namen deel aan
de oefening. Nederland leverde zes schepen en twee Cougars van het 300
Squadron.
Niet alleen de Nederlandse vloot blijft op deze manier inzetbaar voor
NAVO-missies, ook de luchtmacht trainde voor een mogelijke inzet in Somalië.
‘Joint Warrior is daarvoor de perfecte leerschool. We zijn op bijna alle schepen
met een helidek geland’, vertelt loadmaster sergeant-majoor Mark. Samen met 29
luchtmachtcollega’s was hij aan boord van het amfibisch transportschip Zr.Ms.
Johan de Witt gestationeerd.
Leuke afwisseling
‘Landen op een schip vraagt meer aandacht’, stelt Mark. ‘Het waait hier
harder dan op het land en het dek deint mee met de hoge golven.’ Met 2000
vlieguren is Daniëls een ervaren loadmaster. Joint Warrior ziet hij dan ook als
een leuke afwisseling, want het is zijn eerste marineoefening.
Vliegdekofficieren loodsen de Cougars binnen op en weer weg van het helikopterdek van Zr.Ms. Johan de Witt.Deze marinier is een vliegdekofficier. Hij zorgt ervoor dat de vlieger en zijn bemanning de juiste aanwijzingen krijgt om veilig te landen.
De samenwerking met de marine was voor de luchtmachter even wennen. Er gelden
strikte regels aan boord. Zo zijn er voor officieren, onderofficieren en
manschappen aparte ruimtes om te eten of te ontspannen. ‘Bij de luchtmacht is
dat anders’, geeft Mark aan. ‘Rangen en standen zijn niet belangrijk in de heli,
want vliegers en loadmasters werken in nauw teamverband. Ook in onze vrije tijd
zijn we tijdens een oefening close met elkaar. Op een schip liepen we
elkaar soms mis, doordat de marine onderscheid maakt in rangen. Dat vond ik
jammer. Maar na een paar dagen begin je de cultuur aan boord te leren kennen en
dan wordt de sfeer onderling ook gemoedelijker. Het leukste vind ik de
samenwerking met de Engelsen en de Amerikanen.’