Tekst kapitein Henny de Boer
Foto Kick Smeets, archief NIMH, opperwachtmeester Chris
Groot oppervlak met raketten bestoken
In de rubriek 'Materieel van toen' duikt Materieelgezien in de rijke historische inventaris van Defensie. Van iconische vrachtwagens en uniformstukken tot buitenissige wapens en vreemde proefballonnen. Ditmaal kijken we naar de M270 MLRS (Multiple Launch Rocket System), een mobiel raketartilleriesysteem van Amerikaans ontwerp. Het krachtige systeem, gemonteerd op een rupsvoertuig, kan razendsnel een groot oppervlakte met raketten bestoken. De Defensie Materieel Organisatie (nu het Commando Materieel en IT) kocht eind jaren tachtig 23 stuks. Deze stroomden binnen in 1989.
Opperwachtmeester Chris, voormalig stukscommandant M270 MLRS, noemt het gepantserde raketlanceersysteem zijn ‘eerste grote passie’. Vanaf zijn opkomst in 2000 was hij direct betrokken bij de MLRS. “Het is een machtig mooi systeem”, blikt hij enthousiast terug. “Een raket afvuren is echt geweld. Dan ben je een kleine jongen met groot speelgoed.” De M270 staat erom bekend dat het in korte tijd grote vuurkracht kan leveren en snel verplaatsbaar is. Chris kan het mobiele raketgeschutsysteem nog dagelijks bewonderen op zijn werkplek in ’t Harde, waar een Amerikaans exemplaar tentoongesteld staat.
‘Machtig mooi systeem’
Verbazing op de weg
Chris is destijds voor alle drie de functies opgeleid: chauffeur, bedienaar (of kanonnier) en lanceercommandant. Hij herinnert zich nog levendig hoe hij eens met de MLRS over de reguliere weg reed in Friesland, Groningen en Drenthe. “Mensen keken echt om van verbazing. We hebben een keer om te plagen de auto midden op een schoolplein neergezet en de lanceerinrichting uitgericht om een fire mission te simuleren. Alle kinderen zaten tegen het raam geplakt en de juf dacht: ‘Daar gaat mijn les’.”
Verkocht aan Finland
Nederland kocht de MLRS zoals gezegd eind jaren tachtig, maar gebruikte het systeem uiteindelijk niet zo lang. In 2003 werd al besloten ze de deur uit te doen, onder meer vanwege bezuinigingen en de gewijzigde politieke situatie in Europa. Nederland verkocht ze aan Finland. Enkele jaren later gingen de raketsystemen op de boot naar het Scandinavische land, waar ze nog steeds in de bewapening zijn. “De Finnen wonen vlak naast Rusland. Zij hebben toen ook altijd meer dreiging gevoeld dan wij”, memoreert Chris, die tegenwoordig werkzaam is als Batterij Opperwachtmeester Charlie Raketbatterij van de 41ste Afdeling Veldartillerie in ’t Harde.
‘De vijand beletten het gevecht voort te zetten’
Commandoposten uitschakelen
Het doel van het raketlanceringsysteem is het uitschakelen van commandoposten, logistieke eenheden en brandstof- of munitieopslagplaatsen. Het gaat om doelen verder de diepte in, die de vijand beletten het gevecht voort te zetten. “Dat zie je nu ook gebeuren in Oekraïne met de HIMARS, eveneens een raketlanceringsysteem”, constateert Chris. “Die worden ingezet voor doelen ver achter de frontlinie, waarbij het hen vooral gaat om commandoposten.”
Toen Nederland de MLRS van de hand deed, had Defensie geen grondgebonden mogelijkheid meer om de vijand in de diepte te raken. “Dit betekent dat de vijand zijn aanvoerlijnen in stand kan houden, en zijn front kan blijven vullen met vers materiaal en verse mensen”, legt Chris uit. “Daardoor krijgen onze eigen manoeuvre-eenheden aan het front het juist weer moeilijker.”
PULS
De artillerist was dan ook zeer content toen het Commando Materieel en IT (COMMIT) namens Defensie in 2023 een nieuw raketsysteem kocht: de PULS (Precise and Universal Launching System). “Ik stond te glimlachen van oor tot oor toen ik het hoorde.” En hij stak meteen zijn hand op: “Het maakt me niet uit hóe, maar ik wil daarbij betrokken zijn!”, sprak hij. En zo geschiedde. Sinds kort is Chris tot zijn eigen tevredenheid de batterijopperwachtmeester van de net opgerichte PULS-batterij.
‘Heel zelfstandig optreden’
3 functies: chauffeur, bediener en stukscommandant
Chris leerde alle 3 de functies. Zijn eerste functie was kanonnier-bedienaar op de MLRS. Deze vakgerichte opleiding zat in ’t Harde, op het Opleidings- en Trainingscentrum Vuursteun (OTCVust). Bedienaars werden opgeleid op het Fire Control Panel, het systeem waarop ze de vuurbevelen invoerden en afwerkten. “Toen heb ik in de tussentijd ook mijn rijbewijs gehaald op de MLRS. Daarna volgde de Koninklijke Militaire School (KMS)-periode voor stukscommandant en een algemeen gedeelte op het OTCVust voor kaderleden.” Chris vond het een ‘mooie opleiding’, omdat hij meteen in zijn eerste functie zelfstandig leerde optreden. “Je was niet alleen verantwoordelijk voor je personeel, maar ook voor jouw MLRS en twee tientonners met extra munitie. Je kreeg een gebied waarin je zelf opereerde. Ik reed met een eigen kaart, dus ik mocht zelf kaartlezen en navigeren. Dat gaf me een gevoel van vrijheid.”
Bekijk hier beelden van de MLRS.
Spreidingswapen
Het raketsysteem was volgens Chris redelijk eenvoudig te bedienen. Binnen een straal van 500 meter verplaatsing kon je met dezelfde locatiegegevens de Fire Machine uitvoeren. “Er was een berekening gemaakt vanaf je eigen locatie naar het doelgebied, maar de MLRS was een spreidingswapen en de raketten waren niet eindgeleid. Als je verstopt stond in een schuilplaats, en je je daarna een stuk verplaatste, kon je nog steeds vuur uitbrengen met dezelfde gegevens, mits je natuurlijk in dezelfde richting stond. Met de nieuwe PULS pas je tegenwoordig de berekening aan vanaf elk nieuw startpunt. De nieuwe PULS is op 10 meter nauwkeurig en kan een puntdoel raken. Met de MLRS was dat minder nodig: je wilde een vierkante kilometer raken. Dus het was net de kermis. Altijd raak”, grapt Chris.
’12 raketten achter elkaar verschieten’
Makkelijk rijden
Als chauffeur was het makkelijk rijden met de MLRS, al had het apparaat niet veel vermogen. Chris: “Als je ook maar een klein beetje omhoog ging, dan was de snelheid er redelijk uit. Maar als je over een normale, vlakke weg reed, was het prima te doen. Ook omdat je niet zo breed was. Je paste op een weghelft. Dan was het rijden als een auto op rupswielen.”
12 raketten achter elkaar verschieten
Chris is naar eigen zeggen een van de gelukkigen geweest die met de MLRS 12 raketten achter elkaar mocht verschieten. “Ik was de laatste die met de bemanning twee containers leeg mocht schieten. In een minuut zijn die dan weg. Normaal gesproken, tijdens een schietserie in Duitsland, kregen we slechts 1 raket per bediening.” De raketten die ze verschoten waren trainingsraketten. “Die verschoten we altijd in oefenterrein Bergen op schietbaan 21. We schoten de raketten ongeveer 15 kilometer het doelgebied in. In de lucht klapte de raket open en dan kwamen er drie rookbommetjes uit.” De training draaide om het bedienen van het systeem op juiste wijze. “Dat er aan het eind geen effect is, dat maakte niet uit.”
De schietseries met Live Firing vonden altijd in Duitsland plaats, omdat de Nederlandse terreinen daarvoor te klein zijn. En het luchtruim is ook een uitdaging in Nederland. “Je komt best wel hoog met een raket, dus alles wat door de lucht vliegt, moet omgeleid worden.”
Uitsluitend trainingsraketten
De M270 MLRS kan binnen 1 minuut 12 raketten stuk voor stuk lanceren. De door Nederland aangekochte raketten (type M26) hadden een bereik van 30 kilometer. Dat betekende dat de lanceerpelotons ongeveer 5 tot 10 kilometer achter de manoeuvre-eenheden opereerden, direct onder leiding van een divisie.
Chris heeft uitsluitend trainingsraketten verschoten. “De echte raketten hebben we nooit mogen verschieten vanwege de lading die erin zat: clustermunitie. Elke raket telde 644 subprojectielen, die werden uitgeworpen boven een doelgebied. Het probleem was dat 10 procent niet afging. Dus dan zou je in het doelgebied – in het Duitse oefenterrein - een mijnenveld neerleggen.” De opperwachtmeester vermoedt dat de clustermunitie ook een van de beweegredenen was om de MLRS van de hand te doen.
In het bos staan
Chris stond vroeger vaak met de MLRS in het bos. “We gingen ongeveer drie à vier keer per jaar een paar weken naar Bergen-Münster. En dan hadden we ook nog onze oefeningen op het Artillerie Schietkamp (ASK) in ‘t Harde.” Het was hollen of stilstaan, blikt Chris terug. ‘Hurry up and wait’, werd destijds met een knipoog gezegd. “Je moet er snel zijn en pas wanneer je nodig bent, dan komen ze bij je op de klep. En dan verwachten ze wederom dat je er snel bent.”
Zonder elektrische opsmuk
Het systeem was zeer betrouwbaar, met name dankzij zijn eenvoud. “Tegenwoordig is alles elektronisch en computergestuurd, en daarvan ondervind je juist de meeste problemen. De ontwikkeling van de MLRS is al in de jaren zeventig gedaan. Toen was het simpel. Net als bij een oude auto met een verbrandingsmotor zonder elektrische opsmuk. Dat was eigenlijk veel betrouwbaarder dan alle elektrische snufjes van tegenwoordig.”
109 Batterij Veldartillerie
De MLRS werd destijds alleen gebruikt bij de 109 Batterij Veldartillerie. Dat was de enige operationele MLRS-batterij die Defensie had, naast een mobilisabele: 119 Batterij Veldartillerie. 109 was een zelfstandige batterij. Dat betekende dat zij direct onder het toenmalige Divisie Gevechtsteun Commando (DGC) viel. Met het verkopen van de MLRS werden ook de beide onderdelen opgeheven, in 2004. In totaal ging het om zo’n 80 man – inclusief ondersteuning – die daarmee stopten.
Golfoorlogen
De M270 MLRS werd geproduceerd door de Verenigde Staten en is internationaal breed aangekocht en ingezet. De Verenigde Staten zijn nog steeds in bezit van het systeem en hebben het in het verleden grootschalig ingezet tijdens de Golfoorlogen. Verder gebruikte Israël het systeem tijdens de Israël-Libanonoorlog van 2006, Frankrijk in 2016 tijdens Operatie Barkhane in Mali, en Oekraïne in de strijd tegen de Russische invasie. De Duitsers kochten de blauwdruk en namen de MLRS zelf in productie. Andere kopers waren onder meer Italië, Groot-Brittannië en Egypte. In totaal zijn ongeveer 1300 M270 MLRS-systemen geproduceerd in de Verenigde Staten en Europa. De productie eindigde in 2003.