Tekst kapitein Jessica Bode
Foto Hans Roggen
‘Maak een vuist’
Anno 2023 is defensiekleding voor vrouwen nog altijd een heikel punt. Hoewel het KPU-bedrijf regelmatig individuele verzoeken krijgt om over te stappen naar gevechtskleding en toebehoren met meer vrouwelijke pasvorm, is het niet aan het KPU-bedrijf om dit te bepalen. “Samen een vuist maken lijkt het enige juiste”.
Te strak op de heupen, te wijd in de taille of geen plaats voor de borstpartij in het scherfvest. Het zijn slechts enkele voorbeelden van strubbelingen waar vrouwelijke militairen sinds jaar en dag tegenaan lopen. “Ik snap dat men al snel aan ons denkt voor een oplossing, maar wij kunnen vernieuwingen in het assortiment niet op eigen houtje doorvoeren. Hoezeer we dat ook zouden willen”, stelt Regina Boerhout, al járenlang productspecialist bij het KPU-bedrijf. “De defensieonderdelen betalen, dus zij beslissen.”
Beha- en pantyfront
Er is inmiddels goed nieuws vanuit het beha- en pantyfront. Vrouwelijke militairen kunnen nu zelf sportbeha’s en panty’s aanschaffen en declareren. De werkinstructie staat bij de artikelen in de KPU-app of via de KPU-webwinkel.
Mannenorganisatie
Daar komt volgens majoor Jendy Jalving, voorzitter van het netwerk Vrouw & Defensie, bij dat Defensie nog altijd een mannenorganisatie is. “Zeker in het operationele domein. Dit soort vrouwenzaken hebben minder prioriteit. Neem de Krijgsmachtraad, niet erg ‘vrouwzwaar’.
Binnen Defensie wordt via verschillende kanalen onvrede geuit over het gebrek aan vrouwelijke maten en pasvormen, maar die komt doorgaans niet op de juiste plek terecht. “Ons advies is om een officiële klacht in te dienen bij het KPU-bedrijf. “Als er veel klachten bij onze klantenservice binnenkomen kunnen we handelen”, vat commandant KPU-bedrijf kolonel Dave van Noort samen.
Bijpraten
Het KPU-bedrijf organiseerde vorige week in samenwerking met het vrouwennetwerk een bijeenkomst met verschillende sprekers, om de achterban bij te praten over de actuele stand van ‘vrouwenuniformenzaken’. En dat is niet zomaar: “Dertig procent van het personeelsbestand moet in 2030 vrouwelijk zijn. Dat is een substantiële vermeerdering. Deze dames moeten ook allemaal gekleed worden. Dan is het wenselijk om ze gelijk een passend tenue aan te meten.” Iets wat ze in België al doen. Bij het ontwerp van de nieuwe uniformen is er extra rekening gehouden met de pasvorm. “Er is een heel breed gamma aan maten, zowel voor mannen als voor vrouwen. Het is belangrijk dat vrouwen zich goed voelen in het uniform”, legde de Belgische defensieminister Ludivine Dedonder vorig jaar uit bij de presentatie van het tenue.
Unisex
Ondertussen moeten Nederlandse vrouwelijke militairen het doen met ‘unisex’. “Waarvan we eigenlijk wel weten dat hier ‘mannenpasvorm’ mee wordt bedoeld”, reageert Jalving. Als vlieger herkent ze zich als geen ander in de problematiek. “Denk aan brandwerend vliegerondergoed… Met gulp”, verzucht ze. Of de vliegeroverall. Als vrouw onmogelijk om hierin even snel te plassen. Dus dan maar niks drinken? Kan niet natuurlijk. Ik hoop voor mijn FLO nog niets te kunnen betekenen voor jonge vrouwen die tegen hetzelfde aanlopen.”
Onvoldoende voorbereid
Wat het extra ingewikkeld maakt is dat het niet alleen gaat om kleding met een aangepaste snit, maar ook om uitrustingstukken. En daarbij is het niet alleen Defensie die achter de muziek aanhobbelt… Het is óók de markt die niet voorop loopt, legt Eef Lubbers uit, systeemspecialist bij het KPU-bedrijf. “We zien dat de producenten onvoldoende voorbereid zijn op de productie van ‘vrouwenlijnen'.” Neem bijvoorbeeld ballistische bescherming. Bij de ontwikkeling van harde platen mogen er geen concessies worden gedaan op het gebied van veiligheid. “Daar worstelt ‘de markt’ mee”, vertelt Lubbers. “Bovendien konden ze niet controleren of de prototypen wel veilig waren, omdat de testwereld voor ballistiek nog niet bepaald ingericht is op het vrouwenlichaam. Dat moet eerst nog met TNO worden ontwikkeld.”