Dit artikel hoort bij: Materieelgezien 02

Groot kaliber getest in ‘t Harde

Tekst kapitein Arthur van Beveren
Foto Stefan Hemmen

Nieuwe wiellaadschop voor Kenniscentrum Wapensystemen & Munitie

Het Kenniscentrum Wapensystemen & Munitie heeft een nieuwe wiellaadschop. Het is een onmisbaar hulpmiddel voor de werkzaamheden van de specialisten die hier werken. Reden voor een kijkje in de groot kaliber-keuken in ’t Harde.

Geen wapensysteem of stuk munitie wordt door onze troepen in gebruik genomen voordat het bij het Kenniscentrum Wapensystemen & Munitie (KCW&M) stevig aan de tand is gevoeld. Het groot kaliber deel daarvan wordt ondermeer op de 500 meter lange Hojelbaan getest. Denk aan de 35mm granaten voor het CV90-kanon, mortiergranaten, 76mm projectielen voor het scheepsgeschut tot aan de zwaarste munitie voor de Pantserhouwitser.

‘Ieder kanon wordt na een aanpassing uitvoerig getest’

Kalibreren

Aan het eind van de baan staat een grote bunker van tien meter diep met een ingang van vijf bij vijf meter. Het is de ‘kogelvanger’ voor de baan. In de berg zand in de bunker smoort uiteindelijk ieder projectiel. Ieder kanon wordt na een aanpassing van het stuk of het voertuig uitvoerig getest. Is de schietbuis vervangen, of de reminrichting van bijvoorbeeld een pantserhouwitser? Dan moet het geschut opnieuw gekalibreerd worden. En net als bij klein kaliber wapens gaat dat onder andere door groepen te schieten. Het projectiel moet daar terecht komen waar de schutter op richt.

De bunker aan het eind van de Hojelbaan gezien vanuit de nieuwe cabine.

Analyseren

Afhankelijk van het kaliber staan voor de bunker schietschijven van 1,25 bij 2,5 meter of soms zelfs 8 bij 8. De wiellaadschop vult de bunker met de juiste hoeveelheid zand of maakt juist ruimte voor een schietschijf, als het buiten bijvoorbeeld te hard regent, en het karton van de schijf slap wordt. Met een grote hoeveelheid aan meetapparatuur worden de eigenschappen van wapensystemen en munitie nauwkeurig vastgelegd. Die moeten aan de strenge eisen van Defensie voldoen omdat ze uiteindelijk veilig door onze militairen gebruikt worden. De claim van de fabrikant wordt onder andere op de Hojelbaan getoetst.

De nieuwe wiellaadschop kan met verschillende hulpmiddelen worden uitgerust.

‘Schietschijf van 8 bij 8 meter’

Camerabeelden

De medewerkers van het kenniscentrum gebruiken allerlei apparatuur om data mee te verzamelen. Een belangrijke daarvan is de snelbeeldcamera, die het mogelijk maakt om het ‘gedrag’ van munitie, dat zich meestal afspeelt binnen letterlijk een flits, precies vast te leggen. Klopt de vertraging bij inslag van een projectiel bijvoorbeeld? Soms moet die eerst de grond penetreren en dan pas detoneren, en in andere gevallen moet juist boven de grond een explosie plaatsvinden. Met de camerabeelden is ook goed waar te nemen welk effect een mortiergranaat op een betonnen bunkerdak heeft. Om dat te simuleren wordt een mortierbuis horizontaal geplaatst en wordt het wapen dus als vlakbaangeschut gebruikt waarbij de granaat in een directe lijn op het beton wordt afgeschoten. Dat is eenvoudiger dan de normale krombaanmethode, waarbij het raken van een klein stukje beton een uitdaging is. Dit is ook de manier waarop gepantserde containers voor Afghanistan destijds werden getest.

Met gemak is het zeven ton zware pantserhuisje verplaatsen.

Testen

Andere testen waarbij het personeel dichtbij moet staan, vragen om een zeven ton wegend pantserhuisje dat de wiellaadschop ook op onverhard terrein op kan tillen en plaatsen. Vanuit deze positie kunnen testen veilig worden bijgewoond. Bij nieuwe type granaten wordt onder andere de druk in de schietbuis gemeten. Daarvoor wordt een drukmeter in een geboord gat in de loop geplaatst. Nauwkeurig bepaalt men hoe ver zo’n granaat met een bepaalde elevatie (hoek van de schietbuis, red.) en voortdrijvende lading komt. Op basis van deze testen wordt een schootstafel opgemaakt die in de computer van bijvoorbeeld een pantserhouwitser wordt geladen. Wanneer de bemanning van zo’n voertuig een coördinaat van een doel invoert, is direct duidelijk welke lading gebruikt moet worden en kiest het systeem zelf de elevatie. Voor mortieren geldt hetzelfde concept en bestaat een computertje als hulpmiddel. De schootstafel wordt overigens gebaseerd op ruim honderd testschoten per granaatsoort.

Een pantserhouwitser op de Hojelbaan in 2016. (Foto’s: Louis Meulstee)

‘Voorraden munitie krijgen hier hun levensduurverlengend onderzoek’

Veiligheid

Uiteindelijk draait alles hier op de Hojelbaan om veiligheid. Voorraden munitie krijgen hier hun levensduurverlengend onderzoek. Munitie die langer in opslag ligt wordt onderworpen aan een reeks van testen. Ze worden onder zeer koude en warme omstandigheden (-40 tot +60 Celsius) bewaard, ondergaan tril- en valtesten en worden daarna op de baan uitgeprobeerd om te zien of de munitie reageert zoals verwacht en daardoor weer een aantal jaar vooruit kan. Met de nieuwe wiellaadschop is er meer te tillen, te verplaatsen en te vervoeren. Dat scheelt tijd en geld wat de experts van het Kenniscentrum Wapensystemen & Munitie meer ruimte geeft om hun belangrijke werk te doen.