Tekst Jack Oosthoek
Foto DMI & Damen Shipyards
“Nieuw schip bouwen bij wijze van spreken makkelijker”
Nog even en dan keert een van de grootste schepen van de marine terug in de boezem van het maritieme krijgsmachtdeel, de haven van Den Helder. Met DMO als eindverantwoordelijke ondergaat de transportkolos Zr.Ms. Johan de Witt op dit moment gelijktijdig een renovatie én een grote onderhoudsbeurt bij Damen Naval in Vlissingen. In april 2023 meert het schip weer af in Den Helder en gaat de laatste fase van het project in. Begin 2024 is de Johan de Witt als vanouds gereed voor marine-operaties overal ter wereld.
‘Stopcontacten om een radio aan te sluiten verdwijnen’
Wat er zich sinds de start van het project op 1 maart van dit jaar op de Johan de Witt afspeelt mag enige naam hebben. Zoals bij zoveel schepen halverwege de levensduur, ondergaat het onder de naam Midlife Update (MLU) een grote renovatie en daarnaast een ‘100.000 kilometer’ beurt ofwel Benoemd Onderhoud (BO). ”Daarna is de Johan de Witt weer voor vijftien tot twintig jaar operationeel inzetbaar”, meldt projectleider MLU namens DMO, kapitein-luitenant ter zee van de Technische Dienst ing. Olaf van Kampen. Het is aan systeem-integrator ing. Ron van der Windt om de systemen te koppelen zodat ze, in zijn woorden, ‘op het juiste moment raakschieten’.
Digitaal hospitaal
In de Midlife Update worden alle systemen vervangen die door de rap voortschrijdende technologie aan doelmatigheid verliezen en steeds meer onderhoud behoeven. Hetzelfde geldt voor installaties die niet langer voldoen aan wet- en regelgeving. Het hospitaal van de Johan de Witt bijvoorbeeld wordt voor een belangrijk deel ‘gedigitaliseerd’. “Stopcontacten om bijvoorbeeld een radio aan te sluiten verdwijnen. Muziek beluister je tegenwoordig op je smartphone, bovendien is er internet aan boord”, legt Van Kampen uit.
‘Goed internet is voor de bemanning van een marineschip essentieel’
Ook de koel- en vriesinstallaties ondergaan een update, evenals de wasserij en consoles op de brug, ofwel de werkplekken voor operators. Die krijgen hypermoderne soft- en hardware. De technische en commandocentrale worden ook op nieuwe leest geschoeid. “Ze worden helemaal opnieuw ingericht”, vertelt Van Kampen.
Klus met prioriteit
Een andere megaklus betreft de volledige vervanging van de sprinklerinstallatie. Daarvoor wordt dwars door het schip 6,2 kilometer waterleiding vervangen en vijfduizend vierkante meter plafond tijdelijk weggehaald. Zo kunnen maar liefst 4.200 nieuwe leidingstukken worden ingebouwd. “De sprinklerinstallatie is qua planning een klus met prioriteit”, benadrukt Van der Windt.
Verder wordt het ventilatiesysteem aangepakt. Dat wordt schoongemaakt en voorzien van een nieuwe methode om het aanzuigen van ‘eigen’ uitlaatgassen te voorkomen. Want dat gebeurde tot nu toe wanneer de wind ‘verkeerd’ stond. De bezem gaat ook door het ICT-systeem en de satcom-apparatuur die beide nog draaiden op verouderde en minder goed beveiligde besturingssystemen. “Goed internet is ook voor de bemanning van een marineschip essentieel. Dat is gewoon een eis. Overigens scheiden we internet van de overige systemen om hacken daarin te voorkomen”, aldus Van der Windt.
‘We lopen tegen onverwachte zaken op die ook nog eens complex zijn’
Alles bij elkaar omvat de MLU circa 80 kleine en grote modificaties waarbij ongeveer 65 kilometer aan nieuwe voedings- en datakabels wordt vervangen. Nog twee wetenswaardigheden: de MLU slurpte tot nu toe 40.000 liter verf op, de klussen komen voor rekening van een team van circa 250 werklieden van Damen Naval en de 60 bij het project betrokken onderaannemers. Op piekmomenten werken er op de Johan de Witt dagelijks ongeveer 450 man.
De MLU slurpte tot nu toe 40.000 liter verf op
Tamelijk voortvarend
En dan de ‘100.000 kilometerbeurt’ die parallel loopt aan de MLU. Daarbij wordt een lijst met 1200 punten afgeturfd. Hoe staat het ervoor met de voortstuwingsinstallaties en het leidingwerk? In welke staat verkeren hangardeur, inwendige liften, afsluiters en kleppen? Te veel om allemaal op te noemen. “Samen met de Directie Materiële Instandhouding (DMI) controleren we of en waar correcties nodig zijn”, vat Van Kampen samen.
Tien maanden na de start van het monsterproject loopt alles tamelijk voortvarend, maken hij en Van der Windt de balans op. “We moeten enorm veel coördineren, met Damen als ‘grote regelaar’ en DMO als eindverantwoordelijke. Daarbij lopen we tegen onverwachte zaken op die ook nog eens complex zijn. En het vreet allemaal tijd. Een nieuw schip bouwen is bij wijze van spreken makkelijker. Anderzijds bezorgt het project ons veel energie.”
Van der Windt: “Zoals in elke monsterklus lopen sommige zaken niet van een leien dak. Maar door de goede samenwerking loopt het toch tamelijk vlot.” Wat hem en Van Kampen betreft leidt het geen twijfel: begin 2024 is de Johan de Witt weer klaar voor actie. “Iedereen gaat ervoor.”
“Fiat Multipla onder de marineschepen”
Gebouwd bij de Koninklijke Schelde Groep (KSG) in Vlissingen, tegenwoordig Damen Naval, is Zr.Ms. Johan de Witt sinds 2007 in dienst bij de marine. Het schip is in te zetten bij amfibische en humanitaire hulpoperaties en geschikt om als stafschip een vlootverband (Task Group) aan te sturen. Aan boord is plek voor tanks, vrachtwagens, helikopters en landingsvaartuigen.
Verder herbergt de Johan de Witt een ziekenhuis, een helikopterdek met 2 landingsplaatsen voor helikopters, een hangar, een dok en ‘hotelfaciliteiten’. “Het is geen mooi, maar wel functioneel schip. De Fiat Multipla onder de marineschepen”, grapt Van Kampen.
‘Het is geen mooi, maar wel functioneel schip’
Zr.Ms. Johan de Witt wordt gerund door 155 bemanningsleden. Daarnaast is er ruimte voor circa 400 ‘opstappers’ als mariniers, helikopterbemanningen of een medisch team. Nog wat cijfers: lengte ca. 176 meter (twee voetbalvelden lang), breedte 30 meter, diepgang 6,5 meter, hoogte 45 meter. Ruimte voor 4 tot 6 landingsvaartuigen van het Korps Mariniers en 6 Cougar/NH-90-helikopters.