Tekst kapitein Arthur van Beveren
Foto Mediacentrum Defensie

DBBB spil in uitvoering nieuw energiebeleid

Defensie werkt toe naar meer onafhankelijkheid van fossiele brandstoffen in het operationele domein. In lijn met het rijksbeleid moet in 2030 een reductie van 5% ten opzichte van 1990 zijn bereikt. Het Defensie Brand- en Bedrijfsstoffen Bedrijf is één van de adviseurs en uitvoerders van die ambities: “Systemen moeten wel gewoon blijven presteren”.

“Het maakt me niet uit of we fossiel, bijgemengde biodiesel of een compleet synthetische brandstof of elektriciteit gaan gebruiken. De hoofdtaak voor het DBBB is blijven leveren”, begint commandant Rob van Gelderen over de verantwoordelijkheid van het DBBB. Hij is sinds zeven weken de nieuwe commandant van het bedrijf dat zich midden in de energietransitie bevindt. Een interessante tijd, waarin de zoektocht naar nieuwe manieren van energievoorziening hoog op de agenda staat. De mensen van het DBBB zitten als experts op dit gebied aan tafel, in Den Haag, bij de krijgsmachtdelen en – het liefst aan de voorkant – bij materieelprojecten.

Commandant DBBB Rob van Gelderen.

‘Geen kwestie van moeten maar van willen´

Signaleren en benoemen

Maar volgens Van Gelderen, die inmiddels 36 jaar ervaring binnen Defensie heeft, is het geen kwestie van moeten maar van willen. “Defensie wil gewoon minder afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen. Want als de verkrijgbaarheid steeds lastiger wordt, dan gaan we daar op een bepaald moment ook een wedstrijd over voeren in de wereld. Het levert strategisch dus ook iets op om op zoek te gaan naar alternatieven.” Wat nu al gebeurt is het bijmengen van diesel met een 20% bio-variant om de uitstoot minder vervuilend te maken. Het doel voor de komende jaren vanuit de defensietop ligt op 30% bijmengen. “Onze taak is het dan op tijd te signaleren en te benoemen wat de markt aan mogelijkheden biedt. Het moet wel kunnen. Bijmengen kost extra geld, dus wil je die ambities bereiken dan moet het budget ook verhoogd worden”, zegt Van Gelderen.

Defensie heeft een aantal waterstofauto’s aangekocht om te kijken hoe die het op de openbare weg doen. In het veld duurt dat nog even.

Waterstofpilot

Het DBBB leunt dus zeker niet achterover. Sterker, vooral de laatste twee jaar is veel energie gestoken in het vergroten van de naamsbekendheid binnen de organisatie. En de medewerkers gaan op zoek naar kennis in het energieveld. “Je moet jezelf daarin ontwikkelen, zo vroeg mogelijk aan innovaties meedoen die in de toekomst de standaard kunnen worden. Zodat je als het zover is met leveranciers op de inhoud kan argumenteren”, aldus de commandant. Eén van die toekomstige energiebronnen is waterstof. “Samen met 100 andere bedrijven doet Defensie mee aan een waterstofpilot van de Provincie Utrecht in Soesterberg. Primair voor de personenwagens, maar met de ambitie dat ook zwaar transport er op gaat rijden”, aldus plaatsvervangend commandant Jan-Willen Cnossen.

‘Zo vroeg mogelijk aan innovaties meedoen´

Kennis delen

Vanuit DMO is het Kennisnetwerk Energie opgezet dat kennis over het onderwerp wil delen onder de verschillende spelers in het veld waar het DBBB er één van is. Vorig jaar werd in Havelte een waterstofdag georganiseerd. En ook vanuit het internationale veld kwam inbreng. “Een Engelse officier vertelde hoe het Engelse leger omgaat met nieuwe energievormen. Dat is interessant om te horen, want in de kern zit je met dezelfde vraagstukken. Daar kunnen we zeker nog meer stappen in zetten”, aldus Cnossen. Binnen de NAVO ziet Van Gelderen dat er meer kan gebeuren. “Daar zijn ze nog veel te fossiel gericht. Nederland gaat als host nation vanuit het Kennisnetwerk Energie een seminar faciliteren voor de 27 NAVO-landen plus twee partners over het begrip energie. Daar hoor je dan ook van andere landen hoe ze met het vraagstuk omgaan.”

Flexibele zonnepanelen kunnen op kleine schaal voordelen bieden. Opschalen, en op internationaal niveau, is een grotere uitdaging.

Retourstromen

Niet alleen het leveren van brand- en bedrijfsstoffen is een functie van DBBB. Ook de retourstromen zijn een verantwoordelijkheid van het bedrijf. Die informatie moet je onderzoeken en meenemen in het gebruik. “Wij weten uit ervaring al dat diesel met een bio-component sneller kwaliteitsproblemen geeft bij langdurige opslag. Hoe zit dat met andere nieuwe bronnen? Ben je aan de voorkant heel duurzaam bezig maar creëer je aan de achterkant een grote afvalberg?”, vraagt Cnossen zich af. Zijn de bronnen herbruikbaar of stoot je ze veilig af. Allerlei zaken waarin het DBBB haar kennis voor de toekomst opbouwt.

Voor fossiele brandstoffen bestaat een uitgebreid logistiek netwerk. Voor nieuwe producten moet dat nog opgezet worden.

‘We worden vroegtijdig betrokken als kennispartner´

Logistiek

Kennis opdoen gaat verder dan alleen de technologie van nieuwe producten. Ook logistiek komt er veel kijken bij toekomstige ontwikkelingen. “Dat wordt nog wel eens vergeten. Tijdens een pilot op kleine schaal is de bevoorrading van brandstof niet zo’n probleem. Maar hoe regel je dat als je het hele wagenpark met waterstof gaat uitrusten?” De marine wil bijvoorbeeld graag methanol gebruiken voor de nieuwe hulpvaartuigen. Maar methanol haal je niet uit de pomp om de hoek. “Als wij daar niet naar vragen is het niet vanzelfsprekend dat die informatie wordt meegenomen in zo’n project. En dan heb ik het nog niet eens over de financiering van opslagfaciliteiten”, benadrukt Cnossen.

Spanningsveld

Het is een spanningsveld dat ontstaat met de introductie van nieuwe energiebronnen in het operationele domein. “Wij werken bovendien op internationaal niveau samen. Hoe ga je ervoor zorgen dat je ook internationaal met duurzame energievormen kan werken. En dat daar een standaard ontstaat voor een energiebron”, aldus Cnossen.

“Dat spanningsveld, frictie, wensdenken omzetten in feiten. Dat speelt altijd bij nieuwe projecten”, besluit commandant Van Gelderen. “Als leverancier van brand- en bedrijfsstoffen mogen ze terecht bij ons aankloppen voor kennis, mogelijkheden en ons opdracht geven op zoek te gaan naar informatie. Ook worden we steeds meer vroegtijdig betrokken als kennispartner en kunnen we daardoor het juiste advies geven, of het nou fossiel is dan wel waterstof of methanol.”