08

Dit artikel hoort bij: Materieelgezien 07

Opknapbeurt voegt dimensie toe

Tekst André Twigt
Foto John van Helvert

Kop van Instandhoudingsproject Walrusklasse is er af

Met één boot af en nummer 2 op het droge is de kop van het Instandhoudingsproject Walrusklasse er af. Zr.Ms. Zeeleeuw heeft het onderhouds- en modificatieprogramma voor een groot deel achter de rug en de bemanning zit midden in het beproevings- en opwerktraject. Bij de Dolfijn zijn inmiddels de gaten voor de nieuwe optronische masten geboord. Ook is al een groot deel van het instandhoudingsprogramma uitgevoerd. Zr.Ms. Bruinvis zou volgend jaar de kant op gaan, maar dat is met minimaal 12 maanden uitgesteld.                                                          

“Om kennis op te doen, moet je varen. Pas dan kom je te weten welke verschillen er zitten tussen wat op de tekentafel is verzonnen en wat je aan boord ervaart.”

Dat de Bruinvis langer door vaart, heeft te maken met de specifieke technische capaciteit van het onderhoudsbedrijf van de Directie Materiële Instandhouding (DMI) in Den Helder. Het project Walrusklasse legt een fikse claim op de beschikbaarheid ervan. Daarom stemde de projectleider namens DMO, kapitein-luitenant-ter-zee van de Technische Dienst Martin Noordzij, ermee in de overgebleven onderzeeboten later dan gepland onderhanden te nemen. Op die manier komt het onderhoud aan andere marineschepen niet in de problemen.                  

Combineren

Een andere overweging bij deze aanpassing qua tijd is volgens KLTZ Noordzij de continue vraag naar de inzet van onderzeeboten. Die is nu beter  gewaarborgd. Ook de training van het personeel speelt een rol bij de fasering. Ten slotte is een echte sub hiervoor de beste leerschool. Al met al genoeg redenen de Bruinvis langer operationeel te houden. “Ook nu we het langdurig met 1 boot minder moeten doen, blijft kennisopbouw belangrijk”, vindt Noordzij. Waaraan de TD'er absoluut niet tornt, is de opzet om het Instandhoudingsproject Walrusklasse én het 18-Jarig Onderhoud gelijktijdig uit te voeren. “Stel dat je dat niet zou doen, dan moeten alle boten 2 keer uit de vaart en dat is onlogisch.” Daarbij is de noodzaak om de projecten tegelijk te doen volgens Noordzij dwingend van aard. “Het materieel is verouderd en technisch hard toe aan een grote beurt. Vandaar.” 

Ondanks het drukke opwerktraject zag de bemanning van de Zeeleeuw kans deel te nemen aan de Rotterdamse Wereldhavendagen.

Zonder tegenslagen

Na aanpassing ziet het lijstje er als volgt uit: Zr.Ms. Dolfijn is eind 2018 gereed. Zoals gezegd gaat de Bruinvis halverwege 2018 het onderhoudsprogramma in en is dan eind 2020 klaar. Als laatste is Zr.Ms. Walrus aan de beurt. Die gaat half 2020 onder het mes. Eind 2022 mag de onderzeeboot gaan opwerken. Zr.Ms. Zeeleeuw blijft de komende jaren in het water en krijgt tussentijdse (software)-updates voor een maximaal rendement. Nam het instandhoudingsprogramma voor deze onderzeeboot ruim 3 jaar in beslag, de overige boten zijn naar verwachting in tweeënhalf jaar klaar. 

Een groot deel van de modificaties van het Instandhoudingsproject Walrusklasse heeft betrekking op de werkstations in de commandocentrale. Op de achtergrond de optronische mast die de oude vertrouwde periscoop vervangt.

Sneller

Na de omvangrijke update is de onderwatervloot nog beter in “zien zonder gezien te worden”. Sneller en met grotere nauwkeurigheid vijandelijke oppervlakteschepen en dito onderzeeboten detecteren en identificeren? Met de nieuwe apparatuur is dat geen probleem. De bemanning van Zr.Ms. Zeeleeuw is momenteel druk bezig zich de nieuwe uitrusting eigen te maken. Dat is nodig, want het combat management systeem aan boord is het neusje van de zalm. Het voegt een geheel nieuwe dimensie toe aan opereren met de boot. “Het is net alsof we van Commodore 64 naar Playstation 3 zijn gegaan”, vertelt commandant luitenant-ter-zee 1 Erwin Ruijsink. “Dat is wennen voor iedereen bij de onderzeedienst.”

Momenteel werkt de bemanning in stappen op naar volledige operationaliteit.” Die status bereiken de mannen midden volgend jaar. In de tussentijd moet er nog veel gebeuren. Zo gaat de Zeeleeuw dit najaar voor zogenoemde Sea Acceptance Trials naar de diepe wateren van Noorwegen. Hier vindt het afstellen van de sonar, het torpedosysteem, evenals het afvuren van oefentorpedo’s plaats. Enkele tests vonden al plaats op de wal in de Marinehaven of op de rede van Den Helder. Ruijsink: “We nemen natuurlijk geen enkele risico, sommige zaken wil je getest hebben voor je gaat varen.” 

Sensoroperators in de weer met het bijzonder geavanceerde Combat Management Systeem, dat als eerste op de Zeeleeuw werd geïntroduceerd.

Tekentafel

Het doet de onderzeebootman goed om na een periode van 3 jaar weer het ruime sop te mogen kiezen en op te werken naar een volledig inzetbare ‘Zeeleeuw’. “Om kennis op te doen, moet je varen. Pas dan kom je te weten welke verschillen er zitten tussen ‘wat op de tekentafel is verzonnen’ en wat je aan boord ervaart. Voorbeeld: in het begin hadden we 4 beelden vol informatie op 1 beeldscherm. Dat lijkt handig, maar er stonden domweg teveel gegevens te dicht bij elkaar. Dus voegden we een scherm toe. Dat soort dingen moet je proefondervindelijk vaststellen.”

SATCOM-mast

Radiomast vervangen door SATCOM.

Centraal lucht monitoring systeem

Geupdate centraal luchtmonitoring systeem aangebracht. Dit apparaat houdt de luchtkwaliteit in de gaten.

Coating

Vierlaags coating op de blanke scheepshuid aangebracht.

Consoles

Consoles aan stuurboord in de commandocentrale aangebracht ten behoeve van Combat Management System.

Navigatieconsole

Navigatieconsole vervangt papieren kaartentafel.

Sonar

In het kader van het Sonar Safety Project van de NAVO werd een Mine Avoidance Sonar gemonteerd.

Torpedo’s

Mk48 torpedo’s opgewaardeerd van mod 4 naar digitale mod 7.

Sonar ontvanger

De vernieuwde Sonar Intercept Array onderschept uitzendingen van actieve sonarsystemen.

E-room

E-room heringericht voor processingapparatuur van onder meer de optronische mast, sonar en het Combat Management Systeem.

Optronische mast

Optische navigatiemast vervangen door een optronische mast.