Tekst Jopke Rozenberg-van Lisdonk
Foto Zadrach Salampessy

Hoogspanningskabel bespaart kosten, mankracht en milieu

x
1 hoogspanningskabel is bijna 15 keer dunner dan 36 laagspanningskabels bij elkaar en levert net zoveel vermogen. Op de foto staan 18 laagspanningskabels met 1 hoogspanningskabel.

Als eerste marine in de wereld gebruikt Nederland sinds kort een hoogspanningskabel van 6,6 kilovolt (kV) aan wal. Voor de 3 grootste stroomvreters, Zr.Ms. Rotterdam, Johan de Witt en Karel Doorman, is de kabel een verademing. Op diverse gebieden levert het voordelen op.

Een dik roze snoer, verbleekt door de zon en de zilte zeelucht, verbindt Zr.Ms. Johan de Witt met de walvoeding. Marine-engineer Edwin van Dijk wijst naar de lange kabel: “Deze ene kabel is bijna 15 keer dunner dan de nu benodigde 36 kabels bij elkaar en levert net zoveel vermogen.”

x
x
In tegenstelling tot laagspanningskabels die aan boord van het schip liggen, wordt de hoogspanningskabel vanaf de wal aan boord gebracht en ‘ingeprikt’.
x
Een medewerker van de technische dienst sluit aan boord van de Johan de Witt de hoogspanningskabel aan.
Walvoeding

De 36 laagspanningskabels voedden tot voor kort de Johan de Witt vanaf de Helderse wal. De hoogspanningsaansluiting op steiger 20 neemt dat werk nu over. Van Dijk: “We zijn de enige marine ter wereld die een hoogspanningsaansluiting in de haven heeft. Elders moeten de Karel Doorman, Rotterdam en Johan de Witt op laagspanningskabels of op eigen bedrijf draaien.”    

walvoeding
x
x
KLTZ Glijn van Marion is blij met de tijdelijke hoogspanningsaansluiting op steiger 21.
x
DMO-engineer Edwin van Dijk ontwierp samen met diverse onderaannemers de hoogspanningsaansluiting aan boord van de schepen.

Tijdelijke hoogspanningsaansluiting

De Johan de Witt is als eerste van de 2 Landing Platform Dock’s uitgerust met een hoogspanningsaansluiting. Zodra de financiën rond zijn, wordt ook de Rotterdam aangepast. De Karel Doorman is bij de bouw direct uitgevoerd met een hoogspanningsaansluiting. Dat kon ook niet anders volgens hoofd technische dienst van de Karel Doorman, kapitein-luitenant ter zee Glijn van Marion. “Zelfs als we binnen liggen kunnen we vanwege het benodigde vermogen geen gebruik maken van laagspanning. We hebben alleen voldoende aan laagspanning wanneer het schip in onderhoud gaat. Dan gebruiken we namelijk alleen de verlichting en ventilatie.” Van Marion is dan ook blij met de tijdelijke hoogspanningsaansluiting op steiger 21, die speciaal voor het Joint Support Ship (JSS)werd aangelegd.

“Die aansluiting hebben we in driekwart jaar moeten ontwerpen en aanleggen”, vertelt Rinke Nijs, engineer van het Energiedistributiebedrijf (EDB) van de marine die mede zorgde voor de hoogspanningsinstallatie op de wal. “Dat komt omdat de bouw van de geplande hoogspanningsaansluiting gestopt was wegens de mogelijke afstoting van de Doorman. Toen werd besloten het schip toch in dienst te stellen, was een extra hoogspanningsaansluiting noodzakelijk. Het JSS kan namelijk moeilijker aanleggen bij steiger 20.” Medio 2016 kunnen de 3 schepen ook tijdens het onderhoud gebruik maken van een hoogspanningsaansluiting op steiger 24.

x
x
De hoogspanningsinstallatie wordt vanuit de technische centrale aan boord bediend en gemonitord. Hier aan boord bij de Johan de Witt.

Veiligheidsrisico’s

De tijdelijke opstelling bestaat uit twee bestaande transformatorhuisjes voor laagspanning met elk 18 aansluitingen en een transformator die alle spanning omzet naar 6,6 kV. Deze constructie moet de Karel Doorman een klein jaar van stroom voorzien als het schip in de Helderse haven ligt. “Anders hadden we aan wal op eigen bedrijf moeten staan”, zegt het hoofd technische dienst. “En daar kleven toch wel wat nadelen aan. Zo zijn de kosten veel hoger, is diesel veel milieu-onvriendelijker, moeten de dieselgeneratoren vaker in onderhoud en door het brandgevaar van de draaiende generatoren moet er een reewachtsvolk van 10 mensen continu wachtlopen.”

Walvoeding
De tijdelijke hoogspanningsaansluiting op steiger 21: twee transformatorhuisjes voor laagspanning met elk 18 aansluitingen met daar tussenin een transformator in een blauwe container die alle spanning omzet naar 6,6 kV. Op de foto wordt de ligplaats bezet door het Belgische M-fregat Leopold I. (Foto: Edwin van Dijk)

Extra behuizing

De hoogspanningsaansluitingen zijn niet onveiliger dan de laagspanningsaansluitingen, volgens de DMO-engineer. “Dat komt doordat er strengere eisen gelden voor de constructie. De installaties zijn voorzien van een extra veilige behuizing. Verder gelden er strengere procedures omtrent het werken met hoogspanning. Het technisch personeel is er zelfs speciaal voor opgeleid. Dus maak je niet ongerust.”

walvoeding
De hoogspanningskabel op steiger 20 vanaf de wal aan boord gebracht. (Foto Edwin van Dijk)