Tekst André Twigt
Foto SM Hille Hillinga |video: SM Henry Westendorp

‘Echter dan dit wordt het niet’

Oud-militairen kunnen zich de gevechtsbaan op de Harskamp nog wel herinneren. Ratelende mitrailleurs die salvo’s scherpe munitie over je hoofd joegen. Geschreeuw van de sergeanten. En de overdadige geur van kruit. Wat voor veel lichtingen toen de ultieme beleving van het echte werk was, is voor de huidige generatie militairen ook weer relevant. Onlangs werd op het Infanterie Schietkamp (ISK) Harskamp de gerenoveerde gevechtsbaan in gebruik genomen.

Het verhaal van de grondige opknapbeurt is het verhaal van majoor Marc van Groenestein. De commandant ISK is naar zijn zeggen 9 jaar bezig geweest om de vervallen faciliteit onder de aandacht te brengen. Dat was volgens de infanterist in het begin als trekken aan een dood paard. Een klein decennium geleden zat de landmacht met een veel te krappe beurs nog naar vredesoperaties te staren. Schieten onder gevechtsomstandigheden had toen weinig tot geen prioriteit. Inmiddels zijn de kaarten anders geschud en is verdediging van het eigen territorium weer de hoofdtaak. In dit tijdperk past de gevechtsbaan perfect.

Bekijk hier de clip!

Een overzicht van de gevechtsbaan met in het midden de toren van de commandant mitrailleurposten.
Na bijna een decennium lobbyen en een grondige renovatie ziet de baan er weer uit als een juweeltje.

Dynamiek

“Echter dan dit wordt het niet”, oordeelt eerste luitenant Robin nadat hij met zijn mannen de gevechtsbaan heeft gedaan. Commandant 2 Pel, Alfa-cie, 11 Infbat Garderegiment Grenadiers en Jagers spreekt over een mooie ervaring. Wel ervoer hij dat het op linie komen in de eindloopgraaf zorgde voor verlies aan momentum. “Je tijgert 100 meter ‘hakken-billen’, waarna de oefening stilvalt tot de laatste man op locatie is. Pas dan mag je doorladen voor de afsluitende doelpresentatie. Op dat moment is de dynamiek geheel weg.”

Het pelotonskader zou graag zien dat de collega’s die bij het tijgeren niet laag genoeg blijven, genoteerd worden. Zo kan het kader ze later over de noodzaak hiervan aanspreken. Tot slot is Robin van mening dat de gevechtsbaan zeker realiteit toevoegt aan het palet schietoefeningen van zijn eenheid.

de majoor staand en lachend.
Majoor Marc van Groenestein is de motor achter de wederopbouw van de gevechtsbaan.

‘We zouden in principe iedere dag kunnen draaien’

Beperkt gebruik

“We bieden hem beperkt aan”, tempert Van Groenestein al te hoge verwachtingen. Ondanks dat er voldoende geld was om de baan te renoveren, is geschoold personeel voor het bemannen van de veiligheidsorganisatie schaars. Daardoor ligt de focus bij het gebruik op de initiële opleiding van met name onderofficieren en officieren. “De gevechtsbaan hoort nu eenmaal bij de vorming tot aspirant-militair”, aldus de commandant.

“Dat we er beperkt gebruik van kunnen maken, is jammer. Want de baan leent zich ook uitstekend voor gecombineerde wapentraining, verzwaarde trainingen voor parate eenheden en zelfs voor special operations forces. Geef mij meer personeel en we wij kunnen in principe iedere dag draaien.”

‘Opmerkelijk is dat de indeling van de baan hetzelfde is gebleven’

Typisch oorlogsrumoer

Na de renovatie ziet de baan er weer uit als een juweeltje. De geluidsinstallatie voor het typische oorlogsrumoer op de achtergrond is nieuw. Net als de verlichting, die voorheen bestond uit halogeenlampen. Lichtflitsen van ontploffende granaten nabootsten, gebeurt nu met ledverlichting. Hiermee lijken gevechtssituaties nog echter. Zo ook een aanval in de schemering.

een schreeuwende militair in de bunker.
De gevechtsbaan staat garant voor bijna levensechte situaties en emoties.

Exact hetzelfde

Om de baan weer tiptop in orde te krijgen, lagen er volgens Van Groenestein lastige constructieve uitdagingen. Zo was het houten beschot onder het maaiveld van de bunker compleet vergaan. In de gracht met boomstammen stond grondwater. Na het plaatsen van nieuwe keerwanden is dit obstakel nu iets minder diep, maar optisch merk je daar weinig van. Verder werd er veel vervuild zand afgegraven, dat van de kogelvanger inbegrepen. En de doelvoorstelling had te lang stilgestaan. Die was defect en werd vervangen.

Opmerkelijk is dat de indeling van de baan hetzelfde is gebleven. Alle obstakels en hindernissen van toen zijn er nog. Tijgeren en klauteren over boomstammen over de gracht – terwijl de kogels over je hoofd zoeven – zijn nog steeds geijkte manieren om op militairen de beleving van een echt vuurgevecht over te brengen.

tijgerende mannen op de gevechtsbaan en veel rook.
Een tekort aan personeel werkt in de hand dat de gevechtsbaan momenteel beperkt gebruikt kan worden.

Juiste ammo

Van Groenestein vertelt dat het verkrijgen van de speciale 7.62 mm munitie voor de coaxmitrailleurs 6 jaar duurde. Schieten over personeel mag alleen met vergelijkbare wedstrijd-gekwalificeerde munitie. Dat is om de geringe kans op verschillen in hoe de kogels afkomen, uit te sluiten. Dat alles zo lang duurde, kwam volgens de majoor doordat bij de verwerving van een nieuwe kwaliteit munitie een traject van 5 tot 7 jaar normaal is.

drie kruipende militairen op de baan met op de achtergrond een tribune met toekijkende militairen.
In de jaren 50 van de vorige eeuw werd op het ISK een baan gebouwd, waar infanterie onder realistische gevechtsomstandigheden kon oefenen.

Niet alleen de munitie, maar ook de 24 sterk gemodificeerde coaxmitrailleurs van het type MAG zijn bijzonder. Bij de strenge veiligheidseisen voor deze wapens hoort ook het bijhouden van het aantal schoten. Bij het bereiken van een maximum gaan mitrailleurs en affuiten naar het hogere echelon voor een uitgebreide inspectie.

militairen met verwilderd gezicht staande in de bunker.
De bunker is een van de lastigste hindernissen. Na 75 meter tijgeren, komen de deelnemers in dit obstakel terecht, waar ze een kleine hindernisroute volgen. Hierna tijgeren ze de laatste 25 meter naar de eindloopgraaf.
het nieuwe beschot van de bunker
Alle houtwerk in de bunker dat zich onder het maaiveld bevond, werd tijdens de renovatie vervangen.

Razendsnel

Gerko Donkersteeg is niet in dienst geweest en heeft nooit de gevechtsbaan hoeven doen. Wel is de ploegchef brandweer ISK lid van de veiligheidsorganisatie. Gezeten achter een van de 3 mitrailleurs houdt hij het voetpedaal ingedrukt. Zo bedient de functionaris in de commandotoren op afstand het wapen en geeft op een hoogte van 1 meter, 40 schoten af. Bij gevaar haalt Gerko razendsnel de druk van het pedaal, waarna het wapen abrupt stopt.

Deze taak is historisch gegroeid. Ook in vroeger tijden verleende de brandweer bijstand aan Bureau Veiligheid. Volgens de brandweerman wordt de baan tot het einde van het jaar nog 6 dagen gebruikt voor telkens 4 runs. “We zouden veel vaker aan de bak willen, maar door een chronisch tekort aan handjes kan en mag dat niet.”

drie schutters die doelen bevuren.
De laatste fase bestaat uit het vuren op de doelvoorstellingen.