10

Dit artikel hoort bij: Landmacht 08

Wijsheid in de warmte

Tekst KAP Saminna van den Bulk
Foto Paul Tolenaar, SGT Aaron Zwaal, TGTF

Nieuwe gevechtsuitrusting onderzocht

Hoe groter de dreiging, hoe meer beschermende uitrusting, hoe sneller je opwarming. Wanneer ligt hitteletsel op de loer? Dr. Koen Levels, onderzoeker in het optreden in extreme omstandigheden, greep de invoer van de nieuwe gevechtsuitrusting van Soldier Transformation Ongoing (STRONG) aan om dat uit te zoeken.

Dr. Koen Levels, onderzoeker bij Trainingsgeneeskunde en Trainingsfysiologie.

Dr. Koen Levels is onderzoeker bij de afdeling Trainingsgeneeskunde en Trainingsfysiologie (TGTF) van het Commando Landstrijdkrachten. Hittebelasting is zijn expertise. “We wilden weten hoe snel je opwarmt als je de nieuwe gevechtsuitrusting draagt. Data die een hoop ellende kunnen voorkomen, want bij een lichaamstemperatuur van veertig graden loop je gevaar hitteletsel op te lopen. Dit kan blijvende schade aan je zenuwstelsel veroorzaken. Door hitteziekte kun je zelfs sterven.”

Van topsporters naar militairen

Voordat Levels bij Defensie aan de slag ging, werkte hij voor sportkoepel NOC*NSF, waar hij topsporters bijstond in de aanloop naar de Olympische Spelen van Tokio, afgelopen zomer. “Ik hielp de sporters bij de voorbereiding om een topprestatie neer te kunnen zetten in de hitte aldaar.” Het werk van een topsporter en een militair is op sommige vlakken vergelijkbaar, zegt hij: “Beiden hebben te maken met hitteproblematiek en moeten kunnen presteren in extreme omstandigheden.”

Marsen in warme kamer

Meten is weten. Elf vrijwilligers deden begin dit jaar mee aan het onderzoek. Uit verschillende krijgsmachtdelen, met verschillende conditieniveaus, in de leeftijd van 21 tot en met 43 jaar. “En met verschillende functies. Sommigen waren operationeel, anderen hadden een bureaubaan. Die verscheidenheid was belangrijk, omdat de uitrusting door iedereen binnen de krijgsmacht gedragen gaat worden.”

Het onderzoek werd uitgevoerd in samenwerking met de Vrije Universiteit Amsterdam. Zo werd er gebruik gemaakt van hun klimaatkamer, waar extreme weersomstandigheden werden nagebootst: “Zij hadden de perfecte ruimte en de middelen om dit onderzoek uit te voeren”, aldus Levels.

Om de hittebelasting te testen belandden de vrijwilligers in een warme klimaatkamer van dertig graden. Behangen met sensoren liepen de militairen met een marssnelheid van zes kilometer per uur op een loopband. Ze droegen een basispak met helm en geweer aan de sling, waar de uitrustingsstukken in drie verschillende configuraties bovenop kwamen. Want dat is wat STRONG uniek maakt. De militair kan alle uitrusting dragen, maar ook slechts enkele onderdelen, afhankelijk van opdracht, dreiging en omstandigheden.

De vrijwilligers werden gedurende de loopbandstudie op allerlei vlakken gemonitord. Zo werden de rectaal-, huid- en gemiddelde lichaamstemperatuur bijgehouden, alsook de hartfrequentie en het gemiddelde energieverbruik van de deelnemers. Daarbij werd de vrijwilligers gevraagd naar hun ervaring op het gebied van uitputting, thermische sensatie en thermisch comfort.

Configuratie één was de lichtste: het protectievest met zachte beschermingsplaten plus de gevechtsriem.

De tweede bestond uit het A-vest als chestrig met zachte beschermingsplaten, alsook de gevechtsriem en een rugzak met twee kilo.

Nummer drie gold als de zwaarste. Het A-vest gecombineerd met het protectievest, met daarbij de harde ballistische platen, een steunband, een rugzak met twee kilo en extra uitrustingsstukken op schouder en nek.

Bepakking bemonsterd

Het onderzoek van Levels focust op de thermisch-fysiologische belasting van STRONG. Bedoeling van de nieuwe uitrusting is namelijk dat het zo goed mogelijk aansluit bij het gebruik van de militair. Om dat voor elkaar te boksen, is de uitrusting tot in de puntjes getest. Zo waren er de gebruikerstesten bij onder andere 13 Lichte Brigade en het Korps Mariniers. Want pas in gebruik valt op wat er goed is en wat beter kan. Dan de materiaaltesten – voldoet het aan de normen van Defensie? – en onderzoeken omtrent fysieke mobiliteit. Om te kijken naar de correcte bescherming van de militair, werden er in samenwerking met onderzoeksbureau TNO ballistische testen uitgevoerd.

Zwaarder, warmer

“Een pittige test, weet ik uit eigen ervaring”, glimlacht Levels. De uitkomst van het onderzoek lag voor de hand. Wie de zwaarste bepakking droeg, warmde het snelst op. Dit kwam niet enkel door het gewicht, maar ook doordat de uitrustingsstukken een groter oppervlak op het lichaam bedekten. Binnen een paar minuten was het verschil duidelijk in de grafieken te zien. Na een uur op de loopband tikten de meeste proefpersonen al een gemiddelde kerntemperatuur van 39 graden aan. “Wereldschokkend is het niet”, zegt Levels. “Maar dit onderzoek geeft wel inzicht in hoe snel iemand opwarmt met lichte uitrusting om, vergeleken met zware bepakking, en hoe snel iemand risico loopt op hitteletsel.”

Na het opwarmen volgt het afkoelen. “Een pittige test, weet ik uit eigen ervaring”, aldus Levels. “Daarom wil ik de vrijwilligers ook bedanken voor hun inzet. Zonder hen hadden we deze data niet kunnen vergaren.”

Commandant beslist

Wie met smart de resultaten afwachtten, waren kolonel Jan Vonk (programmaleider STRONG) en ingenieur Ilse Kroesen (manager systeemintegratie STRONG). Vraag is namelijk: wat kun je met deze data? “Project Hittebelasting was een van de vele onderzoeken die we hebben gedaan met STRONG”, zegt Kroesen. Voor alle uitrusting geldt dat de dreiging dicteert. Zo kan een commandant er in een situatie bij dreiging laag voor kiezen zijn eenheid in een lichte configuratie op pad te laten gaan. Denk bijvoorbeeld aan enkel het A-vest met zachte beschermingsplaten. Vonk: “Fight light is steeds meer het uitgangspunt. Want hoe zwaarder je de militair belast qua uitrusting, des te lager de mobiliteit en het uithoudingsvermogen.

Op dit moment wordt er een quick reference card ontwikkeld voor commandanten. Daar staat op welke samenstellingen er mogelijk zijn in de uitrusting, maar ook wat deze configuraties betekenen voor de bescherming en tegelijkertijd belasting van de militair. Vonk: “Het zijn handvatten. De commandant kan met de kaart in de hand de afweging maken welke configuratie er nodig is voor een specifieke operatie.”