Iedereen heeft zijn eigen uitrusting. Enig idee wat collega’s met zich meezeulen? Welke ‘gereedschappen’ voor hen onmisbaar zijn? Maandelijks vertelt een landmachter over de essentiële benodigdheden waarmee hij zijn opdrachten uitvoert. Deze keer ‘breacher’ korporaal-1 Bram.
Hindernissen opwerpen voor oprukkende vijanden of obstakels juist afbreken, zodat eigen troepen kunnen doorstoten – het zijn zomaar een paar voorbeelden van wat de pantsergenie allemaal kan. Samen met de infanterie gaan ze voorop in de strijd. Om het maximale uit de opdracht te halen beschikt de breacher-pantsergenist over een hoop zware gereedschappen. Kijk maar mee.
Quicky saw
Deze Stihl-cirkelzaag is niets anders dan een enorme slijper met een diamanten randje. De breacher gebruikt de 23 kilo wegende geweldenaar op zwaar hekwerk, betongaas en metalen deuren. Om de machine aan de praat te houden, topt hij ‘m voor een actie op met Aspen 2-takt; speciale benzine voor tweetaktmotoren.
Light breaching kit
Elke pantsergeniegroep heeft er hier eentje van. Bevat robuuste apparaten van Sweden Entry Tools waarmee je vrijwel alle binnendeuren en lichte buitendeuren open krijgt. Ook zit er een zeisvormige glaszaag in, handig bij bijvoorbeeld het slopen van draadglas, wat je veel in schuurdeuren ziet.
Explo
Verschillende oefenladingen. Je ziet op de foto een lineaire lading die – mocht ‘ie in het echt worden ingezet – een deur verandert in een klapperend saloondeurtje. Daarnaast een zogenaamde slotlading in de vorm van een C. Een breacher zal deze gebruiken wanneer hij er een compleet slothuis uit wil blazen, waardoor de infanterie de deur daarna eenvoudig kan openen. Het speciaal voor OVG-toepassingen ontworpen slagkoord dat erbij zit, is ‘non-el’ (niet-elektronisch) en werkt op dezelfde manier als een slaghoedje.
De zware set
Een aanvulling op de light breaching kit. Hiervan heeft elk pantsergeniepeloton er maar 1. Als een groep verwacht dat het te maken krijgt met zware buitendeuren nemen ze deze gereedschappen (stormram, koevoet en hamer) mee. En al zitten er 9-puntssluitingen en anti-inbraakstrips op een poort, de breacher komt na enig rammen en breken binnen zónder motorische hulp of explosieven.
Rescue saw
Een op diepte in te stellen kettingzaag, speciaal ontworpen om door vliegtuigrompen te kunnen zagen. Oftewel, ook licht plaatstaal, houten deuren, hekwerk en aluminium maken geen schijn van kans als de breacher dit speeltje tevoorschijn haalt. Loopt op tweetaktbenzine, maar moet ook gevoed worden met olie vanwege de ketting die het vuile werk opknapt. De kap heeft te maken met de diepte van het werkgebied. Als de pantsergenist weet dat er achter een deur een drukstang zit, stelt ‘ie de rescue saw zo in dat de ketting niet op dat staal slaat.
Knip- en spreid
Deze hydrauliekafhankelijke uitrusting gebruikt de breacher om bijvoorbeeld brede loodsdeuren mee te openen en zwaar sluitwerk te forceren. De set bevat naast de uit de kluiten gewassen knipper en spreider een hydrauliekpomp – essentieel bij deze tools, want zonder druk kun je dit gereedschap beter in Wezep laten.
“Het allermooiste is de diversiteit. Wij hebben hier een natte kreet: STAM. Specialist, Terreindeskundige, Adviseur en Medestrijder. Het klinkt wat bombastisch maar het is echt een waarheid als een koe.
Ik ben 4 maanden naar Litouwen geweest. Helaas konden we door COVID-19 niet alle doelstellingen halen, maar het samenwerken met 45 Pantserinfanteriebataljon was geweldig. Dat is waar je altijd voor traint; schouder aan schouder optreden met de infanterie. Bij de enhanced Forward Presence kwamen alle facetten van het breachwerk aan bod. Ik heb daar bijna alles kunnen toepassen waar ik jaren voor getraind heb, van contra-mobiliteit tot binnendringingstechieken.
Vanuit Wezep zaten wij er met 1 peloton. Praktisch gezien kwam dat erop neer dat ieder peloton van de C-cie van het 45e een groep pantsergenisten had. De ene keer bleven we met onze groep bij elkaar, maar in voorkomend geval splitsten we op. Bij OVG-en deden we dat eigenlijk altijd, zodat de infanterie altijd minimaal 1 pantsergenist bij zich had. Maar als we uitdagende hindernissen moesten bouwen of afbreken hadden we juist vaak de hele groep nodig.
De gróótste uitdaging die ik tot nu toe gehad heb? Dat heeft niet eens zozeer te maken met hindernissen. Het is het feit dat je enorm goed je mannetje moet staan omdat jij een collega van de infanterie een gedegen advies dient te kunnen geven. Je moet binnen je specialisme boven de stof staan waardoor je geloofwaardig overkomt en een groep niet de dood injaagt. Zeker voor veel nieuwe jongens is dat best spannend… en voor mij ook toen ik net begon.
Stel dat je aan de rand van een dorp staat en de infanterie een bepaald huis wil invallen. Maar jij ziet dreigingen waar jij wel voor bent opgeleid en zij niet. Dan moet je een verdomd goed verhaal ophangen om uit te leggen waarom de infanterie absoluut geen instap moet doen. Het kan dan immers gaan om het verschil tussen leven en dood.”
