Tekst RITM Bianca Brasser
Foto SGT Sjoerd Hilckmann | Video: SM Yoran Christianen
‘Terroristen worden steeds slimmer’
Waar de een al de rillingen krijgt van de MOR, stapt een ander met plezier een container met échte strijdmiddelen in. De mannen van 101 CBRN Verdedigingscompagnie (11 Pantsergeniebataljon) behoren tot die laatste categorie. Afgelopen zomer trainden zij in Canada met echte chemische, biologische en radiologische stoffen. 5 vragen aan Head of Delegation Marc, over de oefening en het prangende tekort aan CBRN’ers.
Wat is het doel van deze oefening in Canada?
Dit is een jaarlijkse oefening met echte CBRN-strijdmiddelen, opgezet door de NAVO. In totaal trainen hier 13 landen. Dat is aan de ene kant voor de eenheden zelf, om vertrouwen te krijgen in het materiaal en elkaar. Trainen met echte stoffen doet iets met je. Vergelijk het met een schietoefening. Als je met scherp schiet, sta je ook anders op de schietbaan. Aan de andere kant is deze oefening er om bij andere NAVO-landen ‘in de CBRN-keuken’ te kijken.
101 CBRN Verdedigingscompagnie oefende samen met CBRN-experts van de EODD. In een van de scenario’s troffen zij een zelf-gefabriceerd sproeivliegtuig aan. Tussen de chemische lading lag een bom. Bekijk in deze video hoe zij te werk gingen.
Hoe staat Nederland er voor in vergelijking met andere landen?
Qua DIM-capaciteit (detectie, identificatie en monitoring) lopen we achter. We zijn bijvoorbeeld niet in staat om ‘biologisch te meten’. We kunnen wel een biologisch besmet gebied betreden en samples nemen, maar we hebben geen laboratorium om de monsters te analyseren. Kijk je naar Duitsland, dan zie je dat ze overal ter wereld een lab kunnen opzetten. Essentieel, want een sample van een biologisch middel kun je niet even per vliegtuig naar TNO sturen voor analyse. Ook tussen de CBRN-pakken zitten verschillen. Zo bestaat het pak van de Duitsers uit 1 stuk met een rits: veel handiger in de ontsmettingsstraat. En het is ook een stuk dunner dan dat van ons.
Is er iets waarvan andere landen zeggen: ‘Dat doet Nederland goed’?
We zetten een ontsmettingsstraat snel en eenvoudig op. In 20 minuten staat onze straat. Andere landen doen hier langer over, omdat ze bijvoorbeeld hele douche-installaties neerzetten. Dat is helemaal niet nodig, wij doen het efficiënter.
CBRN is in de initiële opleiding niet het populairste onderdeel, hoe zit het met de bezetting van de CBRN-compagnieën?
We zitten rond de 30 procent en hebben dus veel vacatures. Onbekend maakt onbemind. CBRN is zoveel meer dan ‘de MOR in’ tijdens de AMO. Of dat rondje rennen ‘voor straf’ met een gasmaker op. CBRN; Can’t Bother Really Nobody, zeggen wij weleens. Een ondergeschoven kindje. Maar de noodzaak is groot. CBRN warfare is een serieuze dreiging. Terroristen worden steeds slimmer. Als zij een bom maken met radiologisch of chemisch spul, is het effect enorm.
Wat is het mooie aan dit vak?
We maken een onzichtbare vijand zichtbaar. Met een klein team heb je veel verantwoordelijkheid. De leiding verwacht dat je de juiste samples neemt en de goede metingen verricht. Als het mis gaat, is het echt foute boel. We zijn specialisten. En dat betekent dat je als sergeant soms een brigadegeneraal adviseert. We werken veel samen met andere eenheden. We krijgen mooie opleidingen in Duitsland en Amerika. En als kers op de taart zijn er veel oefeningen in het buitenland, zoals deze in Canada.
Kunnen robots CBRN-taken niet opknappen?
Er zijn wel ontwikkelingen. In 2022 krijgen we nieuwe verkenningsvoertuigen waarmee we detectieapparatuur op afstand bedienen. Maar je hebt altijd mensenkennis nodig, ook als je robots inzet. Iemand die begrijpt welke samples genomen moeten worden. Doe je het verkeerd of verpak je iets niet goed, dan kan het heel fout aflopen.
Wie doet wat?
Nederland heeft 2 CBRN-verdedigingscompagnieën; 101 en 414. Daarnaast is er een CBRN Respons Eenheid. Defensie zet eerstgenoemde compagnieën voornamelijk in het buitenland in. Recente operationele inzet was een verkenning in Afghanistan, rond een fabriek dichtbij het Nederlandse kamp in Mazar-e-Sharif. Ook op Sint-Maarten deden CBRN’ers, na orkaan Irma, verkenningen.
De CBRN Respons Eenheid staat in Nederland paraat om civiele hulpdiensten te ondersteunen bij incidenten. Mocht er extra ontsmettingscapaciteit nodig zijn, leveren 101 en 414 dit.