Tekst André Twigt
Foto Herman Zonderland en Paul Tolenaar
Geen wapenkamer in Nederland is zo interessant als die van het Kenniscentrum Wapensystemen en Munitie (KCW&M) in ‘t Harde. Wapens van de krijgsmacht uit heden, verleden en van de toekomst worden hier soms tot het uiterste getest. “Militairen mogen zich afvragen of een wapen goed werkt.”
Als Defensie een nieuw type geweer of pistool aanschaft of als er storingen optreden bij wapens-in-gebruik, dan is er bij het Bureau Schiettechniek werk aan de winkel. Deze club specialisten legt zich toe op een breed scala beproevingen van wapens én munitie. Volgens beproevingsleider Johan Tempelman ook bij reguliere afname van nieuwe patronen of wanneer aangekochte partijen afwijkingen vertonen.
Bij de beproevingen worden ook wapens gebruikt, waarmee (potentiële) tegenstanders zijn uitgerust
Voldoet het wel?
“Van al onze munitie willen we weten of het aan de eisen voldoet”, begint Tempelman. Is er sprake van veroudering? Wat is het gedrag van de munitie tijdens de vlucht? hoe reageert een patroon op lage of hoge temperaturen? Militairen opereren tenslotte in meer klimaten dan alleen het Nederlandse. “Een zogenoemde type-classificatietest vergt vaak vele duizenden schoten. Die allemaal bestuderen, is veel werk. Maar daarna weet je wel hoe de munitie onder alle denkbare operationele omstandigheden functioneert.”
Tempelman vertelt ook over zogenoemde weerstand-materiaaltests. Hierbij wordt onderzocht of persoonlijke beschermingsmiddelen zoals het scherfvest aan de criteria voldoen. Ook cabineruiten van de vaak tactische voertuigen moeten het geregeld in ’t Harde ontgelden.
Tegenstanders
Om er zeker van te zijn dat beproevingen conform het voorschrift worden uitgevoerd, gaan ze bij KCW&M nimmer over één nacht ijs. Bij de beproevingen worden de wapens gebruikt, waarmee (potentiële) tegenstanders zijn uitgerust. “Zo beschikken we onder meer over Kalashnikovs typen AK47 en 74, het Dragunov snipergeweer en een Hongaars 14,5 mm antimaterieelgeweer.” Ook worden beproevingen vaak uitgevoerd met verschillende typen munitie, waaronder fragmenterende en pantserdoorborende projectielen.
Ook wapenfabrikanten en NAVO-partners weten het kenniscentrum te vinden
Gecertificeerd
De Defensie Materieel Organisatie en de krijgsmachtdelen behoren tot de voornaamste opdrachtgevers van KCW&M. Daarnaast weten ook wapenfabrikanten en NAVO-partners het centrum te vinden. Niet zo vreemd, want binnen het bondgenootschap geldt het als gecertificeerd testlab voor de NAVO-breed ingevoerde 5.56 en 7.62 mm patroon. Wat inhoudt dat het KCW&M als onafhankelijke partij buitenlandse wapens en munitie mag onderzoeken.
Nooit mag de militair in het veld zich afvragen of zijn wapen het doet
Expertise
Vrij apart zijn tests na een incident of ongeval, waarbij een defensiewapen is betrokken. In voorkomend geval wordt een beroep gedaan op de expertise van het KCW&M en komt alles uit de kast om de omstandigheden rondom zo’n ‘zaak’ natuurgetrouw na te bootsen. “Van belang is dat we vaststellen of we met een technisch probleem of een menselijke fout te maken hebben”, verduidelijkt Tempelman.
Bij het uitvoeren van al die labtests is volgens Tempelman enige fascinatie en gepast respect voor vuurwapens en munitie wel op zijn plaats. “Een beetje hobbyisme is goed bij dit werk, maar we streven wel heel duidelijk een professionele werksfeer na. Nooit mag de militair in het veld zich afvragen of zijn wapen het doet. Dat is onze missie.”
Volgens de expert is zijn groep zeer goed uitgerust om zelfs de meest uitzonderlijke beproevingen aan vuurwapens en munitie uit te voeren. Inclusief omgevingstests. De amfibische omstandigheden nabootsen waaronder mariniers hun wapens gebruiken? Daarvoor wordt een wapen blootgesteld aan een zout milieu met een hoge temperatuur en dito vochtigheidsgraad.
