Tekst Andre Twigt
Foto Studio 38c, Dustin van Wijk (video) en Karel Polack (montage)
Waar is de kris?
Waar zijn de krissen gebleven, die eeuwenlang vanuit de koloniën in de Oost naar Nederland zijn gehaald? De mythische dolk, met het kenmerkende - vaak kronkelig vormgegeven blad, werd in vroeger tijden doorgaans als souvenir meegenomen. Met het verstrijken van de tijd belandden veel van deze prachtige wapens op stoffige zolders, in vochtige kelders of ze werden achteloos weggegooid.
Krissen verdienen zo'n behandeling niet, vindt David Povel. Het liefst ziet de krissenexpert - en groot liefhebber van Indische wapens - dat mensen krissen uit bijvoorbeeld nalatenschap komen tonen tijdens de jaarlijkse Krissendag op landgoed Bronbeek in Arnhem.
Een kris is volgens Povel niet zomaar een stuk staal met handvat eraan. De keris, zoals de Maleise benaming luidt, wordt ook in het hedendaagse Indonesië nog steeds gezien als een heiligdom (Pusaka), waaraan mystieke krachten worden ontleend. Een kris behandel je daarom met respect.
Doordat veel Indo’s geloven dat het wapen is bezield, wordt hij regelmatig verzorgd met offers en reinigingsrituelen. Maar ook met eten en drinken. Worden deze handelingen op gezette tijden uitgevoerd, dan beschermt de kris zijn eigenaar. Doet hij dat niet, dan is de kans groot dat hij tijdens zijn slaap van het leven wordt beroofd.
Hoe expert David Povel over deze verhalen denkt: “Sommige zullen waar zijn en andere niet.” Door de eeuwen heen zijn krissen bewierookt, gekoesterd, maar vooral gevreesd.