Tekst Ritmeester Henny de Boer
Foto Sergeant Hille Hillinga. Video: Adjudant Richard Frigge.
“Attention, attention. Tango scramble, tango scramble”, schalt uit de speakers. Op de Litouwse vliegbasis in de stad Siauliai rennen Nederlandse piloten naar hun F-16’s voor een oefenonderschepping. In een mum van tijd taxiën ze over de baan om met donderend geraas op te stijgen en in de verte te verdwijnen. De vliegers maken deel uit van de missie Baltic Air Policing, waarbij ze met 4 F-16’s 4 maanden lang over het Baltische luchtruim waken.
De vliegers treden op tegen civiele en militaire toestellen die het luchtruim van Estland, Letland of Litouwen (dreigen te) schenden. Zodra een onbekend toestel nadert, krijgen de F-16-piloten een seintje vanuit het NAVO Combined Air Operations Centre in het Duitse Uedem. “Meestal is er niks aan de hand”, weet senior onderzoeker Dick Zandee, defensiespecialist van het Nederlands Instituut voor Internationale Betrekkingen Clingendael in Den Haag. “Vaak zijn de toestellen al verdwenen of ze vliegen vervolgens weg.”
Onderscheppingen
In het gebied is veel Russisch militair vliegverkeer; Russische toestellen vliegen af en aan naar de Russische exclave Kaliningrad, naast Litouwen. De meeste onderscheppingen bij het Baltische luchtruim betreffen dan ook Russische vliegtuigen, zoals een Antonov-26 ‘Curl’ en een Sukhoi-24 ‘Fencer’ die hun transponders hadden uitgezet. “Maar als civiele toestellen niet communiceren gaan we ook kijken”, licht detachementscommandant majoor Martin toe.
De-escaleren
De werkzaamheden in Litouwen zijn praktisch hetzelfde als in Nederland. “De risico's zijn niet groter dan thuis”, vertelt de commandant. “Onze opdracht is de-escaleren. Wij blijven op afstand, bestuderen de situatie en begeleiden het vliegtuig verder het internationale luchtruim in. We provoceren op geen enkele manier.” De bewaking van het NAVO-luchtruim is een vredestaak die al lang loopt. “Wij doen dit vaak, vooral in Nederland. Nu draaien we de missie alleen in een andere hoek van het NAVO-luchtruim.”
Stoorzender
NAVO-lidstaten bewaken het Baltische luchtruim per toerbeurt omdat Estland, Letland en Litouwen zelf geen gevechtsvliegtuigen hebben. Nederland traint in Siauliai overigens vooral onderscheppingen; échte scrambles zijn er amper. Toch is dit werk noodzakelijk, weet vlieger kapitein Stefan. “Als we hier niet zouden zijn, vliegen de Russen rechtstreeks over NAVO-gebied naar Kaliningrad. Nu fungeren wij als een soort stoorzender en moeten ze omvliegen.” Zandee beaamt dat: “Het zijn plagerijtjes, maar als je geen tegengas geeft, komen ze steeds verder. Een kwaadwillende tegenstander buit die zwakte mogelijk op een dag uit.”