08

Dit artikel hoort bij: Defensiekrant 06

Van hoogtevrees tot hoogtewerker

Tekst KAP Wouter Helders
Foto Bart Nijs Fotografie

In deze rubriek interviewt de Defensiekrant ex-militairen die een bijzondere carrièreswitch gemaakt hebben na hun diensttijd. Kent u ook iemand die voor deze rubriek in aanmerking komt, stuur een e-mail naar defensiekrant@mindef.nl

Boortoren, hijskranen, steigers verschillende daken en een telecomtoren. Op het eerste gezicht is het terrein van Scaves in het Drentse Schoonebeek een raadsel. Tot Pieter Wolf uitleg geeft. Na 15 jaar in dienst besloot hij het twee jaar geleden over een andere boeg te gooien. “Samen met een compagnon ben ik gestart met training en advies omtrent werkzaamheden op hoogte. Een schot in de roos.” 

Hoe en waarom kwam je bij Defensie terecht?

Tijdens een stage van mijn middelbare school (MTS elektrotechniek) kwam ik er achter dat ik wellicht niet de juiste keuzes had gemaakt. Defensie trok me altijd al; het buitenleven, de missies. Ik stopte met school en meldde me aan via de bon in de tv-gids. Het avontuur trok me!

Wat deed je daar precies?

Ik heb begonnen bij de landmacht als soldaat bij de pantsergenie. Toen ik afzwaaide zat ik bij de luchtmacht als helicopter handling instructor. Ik heb van alles mogen doen dus. En leren. Toen ik binnenkwam, had ik zelfs wat last van hoogtevrees en kijk wat ik nu doe. Dat trok me zo aan bij Defensie.

Waarom ben je weggegaan?

Omdat het tijd was iets nieuws te gaan doen, een nieuwe uitdaging aangaan. Bij een cursus kwam ik Steven, mijn huidige compagnon tegen. Hem viel mijn militaire directheid op, het duidelijk en helder presenteren en communiceren. We kwamen in gesprek en het balletje ging rollen. Dat valt me wel op trouwens dat duidelijk communiceren en afspraken maken in het bedrijfsleven minder wijdverspreid is dan bij de krijgsmacht. 

Wat voor bagage heb je overhouden aan je defensietijd?

Ik heb veel geleerd bij Defensie. Dingen die ik tot op de dag van vandaag gebruik. Het aanlopen en managen van bepaalde processen of projecten bijvoorbeeld. De ‘burgermaatschappij’ is gebaat bij mensen met de juiste competenties. Mensen die goed tegen stress kunnen, die kunnen samenwerken en leidinggeven. Defensie heeft die mensen. En ik heb natuurlijk vriendschappen voor het leven opgedaan. Er is een adjudant waar ik super veel van geleerd heb en bijna nog wekelijks contact mee heb. Dat is echt een goede maat van me!

Wat doe je nu precies?

Steven en ik zijn twee jaar geleden gestart met C.R.E.W.(Climbing Rescue Elevated Works) Een bedrijf dat zich richt op werkzaamheden, training en advies op hoogte. Letterlijk. Denk hierbij aan boortoren-verhuizingen, windmolens, telecomtorens. Dit doen we vooral door te werken met touwtechnieken (rope access). In Nederland is dat nog vrij onbekend, maar in bijvoorbeeld Engeland is het gemeengoed. Daar vind je bijna geen steigers meer. Ik houd me vooral bezig met trainingen geven, ontwikkelingen, adviseren, planning en sales. 

Wat vind je zo leuk aan je werk?

Het werken op hoogte heeft best veel raakvlakken met Defensie. Werken op hoogte doe je nooit alleen. Je bent minimaal met je buddy of met een team op klus. Je moet op elkaar kunnen vertrouwen, je hebt allemaal dezelfde trainingen gehad dus je weet wat je van elkaar kan verwachten. Als het mis gaat, moet je er klaar voor zijn.

Zelf klim ik trouwens niet veel meer.  

Wat maakt jou goed in je werk?

Mijn gedrevenheid en de wil om door te gaan. Blijven ontwikkelen, streven naar perfectie. En wat ik eerder aangaf: mijn directieve manier van werken slaat goed aan bij de klant. Dit kan nogal agressief over komen. Bedoel het meer in de trant van duidelijkheid verschaffen.

Zou je ooit terug willen naar Defensie?

Ben een tijdje geleden een dagje naar de heide geweest samen met Steven, even laten zien wat ik vroeger deed. Mijn oude eenheid trainde daar. Het was leuk en goed te laten zien waar ik vandaan kom. Op dat soort momenten mis ik het wel. De kameraadschap vooral. Maar ik ben niet ontevreden. Ik heb bij Defensie een goede tijd gehad, maar dat hoofdstuk is nu afgesloten.

Waar staat C.R.E.W. over 5 jaar?

De uitdaging is de stijgende lijn van de afgelopen jaren vast te houden. Als dat lukt, staan we over 5 jaar in het buitenland. En is touwtechniek ook in Nederland veel bekender. Aan ons zal het niet liggen. We breiden onze faciliteiten steeds verder uit en gelukkig is er veel interesse.