Tekst Arjen de Boer
Foto EU, Mediacentrum Defensie (MCD) en sergeant-1 Joyce Rutjes
Nederland klaar voor EU-voorzitterschap
De analyses liegen er niet om. De veiligheidssituatie in de wereld is instabiel en - zo menen experts - dat blijft voorlopig zo. In deze uitdagende tijden krijgt Nederland de voorzittershamer van de Europese Unie (EU) in handen. “Er zijn nieuwe problemen, daar moeten we nieuwe antwoorden op vinden.”
Aansporen en sturen
Nederland is de eerste 6 maanden van 2016 EU-voorzitter en krijgt te maken
met een Unie, die zich ontworstelt aan een economische crisis. Ondertussen zijn
er diverse brandhaarden aan de Europese grenzen. “Denk aan de Russische
inmenging in de Oekraïne en de opkomst van terreurorganisatie
ISIS ”, schetst topambtenaar Jean–Pierre van Aubel die namens Defensie het
EU-voorzitterschap voorbereidt. “Er zijn nieuwe problemen, daar moeten we nieuwe
antwoorden op vinden.”
To-do-list
Om de problemen het hoofd te bieden, heeft Defensie enkele prioriteiten, die tijdens het voorzitterschap worden uitgedragen:
- Een nieuwe Europese veiligheids- en buitenlandstrategie.
- Meer samenwerking tussen Europese krijgsmachten en versterking van militaire capaciteiten.
- Betere betrokkenheid van nationale parlementen bij defensiesamenwerking.
Nieuwe strategie
Onder leiding van EU Hoge Vertegenwoordiger Federica Mogherini wordt
momenteel gewerkt aan een nieuwe strategie. Deze moet in juni 2016 klaar zijn.
Veiligheid en defensie moeten een belangrijk onderdeel worden in deze nieuwe
strategie die in grote lijnen een antwoord moet geven op hoe de EU omgaat met
bijvoorbeeld de dreiging aan de zuid- en oostgrens.
Nederland wil ook de uitvoering van de strategie al op de agenda zetten. “Want
wat gaan we precies doen? Wat is het militair ambitieniveau en welke militaire
capaciteiten zijn nodig?”, zegt Van Aubel. “Zo’n strategie op papier is mooi,
maar het gaat om de uitvoering.”
Uitbreiding militaire capaciteiten
Het is niet de bedoeling dat de EU een tweede NAVO wordt, maar uitbreiding van de Europese militaire capaciteit is wel vereist. Dat komt ook de NAVO ten goede, aldus Van Aubel. Momenteel is in Europa een gebrek aan onder andere inlichtingencapaciteit, tankvliegtuigen en transporttoestellen voor strategisch luchtvervoer. “Daarin leunen we te veel op de Verenigde Staten. Die tijd is echter voorbij.”
Meer samenwerking
Nederland probeert echter duidelijk te maken dat samenwerking geen afbreuk doet aan soevereiniteit, maar juist de slagkracht vergroot. Zo hoopt Nederland te bereiken dat de Europese ministers van Defensie eenmaal per jaar de vorderingen qua samenwerking bespreken.
“We willen laten zien op welke manieren wij samenwerken met landen als België en Duitsland”, vertelt Van Aubel. “We nemen vertegenwoordigers van lidstaten mee langs diverse initiatieven en laten zien wat er goed gaat. Maar ook wat de moeilijke kanten van samenwerking zijn, daar leren we allemaal van.”
Tot slot wil Nederland de nationale parlementen beter betrekken bij de gezamenlijke veiligheids- en buitenlandstrategie om de besluitvorming over snel inzetbare eenheden, maar ook Europese defensiesamenwerking te verbeteren.
Dienend voorzitterschap
Nederland vervult een dienende rol in de eerste helft van 2016. Brussel bepaalt veelal de agenda en de Hoge Vertegenwoordiger heeft de leiding. “Het zou een vooruitgang zijn als we onze aandachtspunten op een goede manier bespreekbaar maken. Maar we moeten niet denken dat we de EU binnen 6 maanden geheel veranderen”, zegt Van Aubel. “Enig realisme is dus wel gepast. ”