De Nederlandse deelname aan de strijd tegen ISIS en de VN-missie Minusma in Mali wordt met een jaar verlengd. De onrust en instabiliteit in de regio’s die grenzen aan Europa blijven aanhouden. Daarom wordt de bijdrage aan de internationale bestrijding van die crises voortgezet. Deze kabinetsbesluiten zijn vandaag in de vorm van zogenoemde Artikel 100-brieven gemeld aan de Tweede Kamer. 

Verlenging missies

Irak

Het huidige mandaat voor de Nederlandse deelname aan de strijd tegen ISIS loopt tot 1 oktober aanstaande en is nu verlengd tot 1 oktober 2016. “Meer dan ooit is onze interne veiligheid verbonden met externe veiligheid”, aldus minister Bert Koenders (Buitenlandse Zaken). “Dat is de reden waarom Nederland net als veel gelijkgezinde landen zijn internationale verantwoordelijkheid neemt.”  

Minister Jeanine Hennis-Plasschaert: “Deze brute terroristische organisatie is een aanslag op alles waar wij voor staan”. Volgens haar is voortgezette militaire inzet, als onderdeel van een bredere politieke strategie, dan ook hard nodig. “De methoden en handelingen van ISIS zijn onacceptabel. Onmenselijk en een regelrechte schending van de fundamentele rechten van de mens”, aldus de ministers.

Samenwerking België

Na 1 oktober aanstaande zet Nederland de deelname aan de luchtcampagne tegen ISIS voort met 4 F-16’s, ondersteund door ongeveer 200 militairen. Verder blijft Nederland met 130 militairen Iraakse strijdkrachten en Peshmerga trainen. Ook is ons land voornemens met België te gaan samenwerken. Onder voorbehoud van politieke besluitvorming neemt België de Nederlandse inzet vanaf juli 2016 voor de duur van een jaar over.

Verlenging missies

Mali

De huidige Nederlandse bijdrage aan de VN-missie in Mali, MINUSMA, loopt tot het einde van dit jaar en wordt nu verlengd tot eind 2016. Deze contributie richt zich op het verzamelen van inlichtingen voor VN-missie Minusma. Ze bestaat uit ongeveer 450 militairen: onder wie special forces, analisten en bemanningen voor gevechts- en transporthelikopters. Ook de Nederlandse civiele experts en politiefunctionarissen blijven in Mali. 

Waardering

“Nederland heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan het opzetten van de inlichtingencapaciteit. Nederland heeft hiermee iets nieuws gebracht. Daar is internationaal veel waardering voor”, aldus minister Hennis. Mali kampt nog steeds met terrorisme, grensoverschrijdende criminaliteit en het risico van steeds grotere migratiestromen als de regio verder destabiliseert. Dat raakt uiteindelijk ook Europa.

Koenders: Mali bevindt zich op een belangrijk moment in het vredesproces en Minusma heeft daarbij een belangrijke rol. Vandaar het besluit de aanzienlijke Nederlandse inspanning met een jaar te verlengen”. Nederland gaat de komende tijd een aantal taken aan andere landen overdragen.

Afghanistan

Het kabinet schreef vandaag ook een brief aan de Tweede Kamer over de Nederlandse militaire inzet voor de NAVO-missie in Afghanistan, Resolute Support. Sinds het einde van de ISAF-missie op 31 december 2014 is Afghanistan zelf verantwoordelijk voor de veiligheid. De huidige missie richt zich op het trainen en adviseren van de Afghaanse veiligheidstroepen. 

De NAVO heeft besloten de eerste fase van deze missie, die eigenlijk tot oktober 2015 loopt, te verlengen. Reden is de vertraging van het trainings-en adviesprogramma. In fase 2 bouwt de NAVO zijn aanwezigheid af. Vanwege het belang van de missie zet het kabinet de huidige Nederlandse bijdrage van maximaal 100 militairen voort in de verlengde eerste fase. De invulling van fase 2 komt later aan bod. De einddatum van de missie blijft vooralsnog 31 december 2016.