Tekst Michael Simon
Foto SM Hille Hillinga
26 landen oefenen samen tijdens Tradewinds op Barbados
Met onder meer droppings uit Blackhawks, het enteren van schepen, patrouilles lopen en schietoefeningen, is Barbados 2 weken lang het toneel van Tradewinds. Een samenwerkingsoefening van zo’n 1.000 militairen uit 26 landen. Deze VS-geleide oefening spitst zich toe op humanitaire noodhulp, rampenbestrijding en het tegengaan van potentiële dreigingen in het Caribisch gebied. “Belangrijkste is dat je elkaar weet te vinden als het komt tot daadwerkelijke inzet.”
Op de Pelican Base van de Barbadiaanse kustwacht staan diverse tenten naast elkaar opgesteld. Hierin verblijven militairen van de deelnemende landen. In de brandende Caribische hitte biedt het tentdoek enige bescherming. Een paar meter verderop ligt een snelle boot van het type FRISC aan de kade, klaar om in actie te komen. Een tiental militairen stapt in, gewapend en veelal voorzien van gezichtsmasker. Slechts de vlaggetjes op hun uniform geven iets van herkenbaarheid weg: de Dominicaanse Republiek. Zij worden door Nederlandse mariniers van het Bootpeloton Curaçao en Aruba naar een verderop gelegen schip gebracht, om te enteren.
Contacten op alle niveaus
Majoor der mariniers Rick is als Officier Belast met de Leiding verantwoordelijk voor de Nederlandse bijdrage aan de oefening. “De grootste waarde van Tradewinds is dat we onze partners beter leren kennen. Op alle niveaus leggen we contacten, waardoor je elkaar sneller vindt als het komt tot een daadwerkelijke inzet.”
Als voorbeeld noemt de majoor de opgedane contacten met de Mexicaanse liaison. “Mochten Nederland en Mexico ooit gezamenlijk humanitaire hulp gaan verlenen in het Caribisch gebied, dan zijn de contacten gelegd en heb je een iets meer vliegende start dan wanneer je elkaar ter plekke voor het eerst ontmoet.”
Nederlandse bijdrage
Nederland was met zo’n 130 militairen aanwezig bij Tradewinds:
- Marine Squadron Carib;
- Mariniersdetachement St. Maarten (voornamelijk instructeurs);
- Bootpeloton Curaçao en Aruba (Nederlandse mariniers gestationeerd);
- Curaçaose Militie (1 peloton);
- Ondersteuningsvaartuig Zr.Ms. Pelikaan (uitgerust met vrachtruim, medische faciliteit en watermaker).
Veeltalig peloton
Nergens wordt die internationale samenwerking van Tradewinds zo duidelijk als op de militaire basis Paragon, nabij de Barbadiaanse hoofdstad Bridgetown. In een groot tentenkamp verblijven hier veel deelnemende militairen. Aan de meeste tenten hangt een vlag van het land of de eenheid. Als er één peloton is dat met militairen uit zo´n beetje elk land kan communiceren, is dat die van de Curaçaose Militie. Zij spreken Engels-, Spaans- en Nederlandstalige collega’s aan in de eigen taal. “En ook de aanwezige Surinamers”, zegt pelotonscommandant Sicni Meulens, met een glimlach. “Wij beheersen net als zij Sranantongo, een Creoolse taal.”
Professionalisering
Voor dit peloton, bestaande uit 26 militairen, is dit de eerste grootschalige, buitenlandse oefening. Hun deelname past in de opmars van professionalisering die al een aantal jaren aan de gang is bij de Curaçaose Militie. Meulens merkt dat. “3 jaar geleden bestonden we nog uit een half peloton, inmiddels zijn dat er 3. Tel daar een compleet Combat Service Support-peloton bij op en dan komen we al op 135 man. Bovendien liepen we toen rond in uitrustingen die afgedankt waren. Tegenwoordig krijgen wij, net als iedereen, nieuw materiaal. Zo maken we op alle gebieden grote stappen in een vrij korte tijd.”
‘3 jaar geleden een half peloton, nu hebben we er 3’
Tradewinds is voor het peloton een uitgelezen mogelijkheid om kennis en ervaring op te doen en te verbreden, vervolgt Meulens. “Er wordt in ons geïnvesteerd en we dragen zelf uiteraard ook ons steentje bij. We hebben bijvoorbeeld kaderleden die opleidingen volgen in Nederland. Doordat we meer kansen krijgen, gaat het niveau van onze eenheid in de volle breedte omhoog.”
‘Leuk’, ‘leerzaam’ en ‘geweldig’, aldus Meulens over de internationale samenwerking. “Niet alles is uiteraard één op één te implementeren, wij hebben onze eigen doctrine, maar het is leerzaam om te zien hoe andere landen dingen aanpakken.” Het is niet alleen kennis hálen: de Curaçaose Militie verzorgt ook lessen voor anderen. Meulens: “Wij leren hen bijvoorbeeld hoe wij een Vehicle Checkpoint inrichten. Op ons eiland doen we dit bijna dagelijks, mede vanwege onze intensieve samenwerking met lokale autoriteiten.”
Uitdagende entering
Vanaf Aruba zijn 28 mariniers van het Marine Squadron Carib (Troop 2) naar Barbados afgereisd. “Meedoen aan Tradewinds is voor ons heel tof en leerzaam”, vertelt de commandant eerste luitenant der mariniers Luc. “Het enteren, veiligstellen en overnemen van een cruiseschip is bijvoorbeeld heel complex. Met name al die nauwe ruimtes aan boord maken het uitdagend. Net als de verschillende dekken, omdat we nu niet alleen naast, voor, achter en boven ons moeten kijken, maar ook alert moeten zijn op eventueel gevaar onder ons.”
De omstandigheden vallen de commandant niet mee. “We dachten dat het qua temperatuur wel vergelijkbaar zou zijn met Aruba, maar hier is het écht heet. Niet alleen bij ons, maar ook bij andere eenheden zijn meerdere mannen uitgevallen. Dus het is zaak om goed op je manschappen te letten.”
Solide afspraken
Het internationale aspect van Tradewinds blijkt ook voor Luc het belangrijkst: “Het communiceren met buitenlandse eenheden en taalbarrières overwinnen, met bijvoorbeeld de Mexicanen, is superleerzaam. Het dwingt je tot het maken van solide afspraken van te voren. Je wil namelijk zo min mogelijk bijsturen tijdens een operatie. Tijdens een oefening enterden wij bijvoorbeeld een schip samen met Mexicanen. Wij gingen naar de brug, zij naar de machinekamer. Vervolgens namen zij contact op via de intercom, maar hun leidinggevende sprak alleen Spaans. Dat verstonden wij niet. Dan leer je dat je soms nog beter op alles voorbereid moet zijn.”
Maritieme samenwerking
Puur maritiem werd Nederland tijdens Tradewinds vertegenwoordigd door Zr.Ms. Pelikaan. “Wij zijn eind april met voertuigen en FRISC’s vertrokken vanaf Curaçao”, vertelt commandant luitenant ter zee 1 Marc Jereskes. “Via Aruba voeren we naar Barbados waar we om te beginnen deelnamen aan de Pre Sail Conference. Alle deelnemende varende eenheden kwamen op die conferentie bij elkaar om een oefenplan in elkaar te zetten.”
“Dat kwam neer op een 9-tal schepen uit de VS, Mexico, Barbados, Saint Vincent en de Grenadines, de Bahamas, Frankrijk, Canada en de Dominicaanse Republiek.” Het plan resulteerde onder meer in manoeuvreren, bevoorraden en schieten op open zee, in combinatie met communicatieoefeningen. Jereskes: “We versterken en verbeteren hiermee vooral de samenwerking tussen de landen in het Caribisch gebied.”
Netwerk op orde
Een belangrijk onderdeel voor Zr.Ms. Pelikaan tijdens Tradewinds is hulpverlening na een orkaan. Daarom waren ook civiele organisaties uitgenodigd waarmee militairen te maken kunnen krijgen tijdens rampenbestrijding. Jereskes: “Onder meer mensen van UNICEF, het World Food Program en lokale ngo’s kwamen aan boord. Wij vertelden hen wat Nederland doet in het Caribisch gebied en wat ons schip kan betekenen tijdens Humanitarian Aid and Disaster Relief, zeg maar: noodhulp. Zij konden leren van ons en wij van hen. Zo is ons netwerk nog beter op orde voor als je elkaar echt nodig hebt.”
Jereskes kijkt tevreden terug op wat zijn laatste oefening is met de Pelikaan. 28 juni draagt hij het commando over aan luitenant ter zee 1 Max Borsboom. “Voor de bemanning was het oefenen met andere maritieme eenheden sowieso zeer leerzaam, maar voor ons als schip was het aanhalen van relaties het belangrijkste. 1 juni staat immers het orkaanseizoen voor de deur, dat loopt tot 1 december. Dus Tradewinds was de perfecte gelegenheid om in alle rust samen te komen en ons voor te bereiden op wat komen gaat.”
Meer weten?
Wil je meer zien en weten over Tradewinds en over Defensie in het Caribisch Gebied? Volg dan Defensie Caribisch gebied op Instagram.