Tekst Evert Brouwer
Foto SM Aaron Zwaal en video: Paris Hidden
‘Nationale’ oefening Riptide levert schat aan gegevens op
Een superrealistische, nationale onderzeebootbestrijdingsoefening met de inzet van Zr.Ms. Van Amstel, Zr. Ms.Dolfijn, Zr.Ms. Mercuur én Zr.Ms. Johan de Witt, met 3 NH90-maritieme gevechtshelikopters in de anti-submarine warfare (ASW)-configuratie aan boord. Dat mag je gerust bijzonder noemen.
Het Commando Zeestrijdkrachten bracht de schepen en de luchtmacht-helikopters, met in totaal zo’n 385 opvarenden en crew, onlangs ‘op de mat’ tijdens oefening Riptide, voor de kust van Noorwegen. “We hebben een schat aan ervaring opgedaan”, zegt de commandant van de Van Amstel en leider van de oefening, kapitein-luitenant ter zee Wilco Faber. “De kennis en kunde zijn verbreed en vergroot.”
Bekijk hier een mooie impressie van de oefening Riptide:
‘Het belangrijkste is dat we er nu al beter van zijn geworden’
Prioriteiten gesteld
Het was voor overste Faber vrijwel constant schakelen tijdens Riptide. “We hebben deze oefening organisch aangelopen (een aanpak waarbij de denk- en doe-fase door elkaar lopen en gestreefd wordt naar gemeenschappelijke doelen, red.). Het was dus constant schakelen. Dat maakt de oefening juist reëel”, geeft hij aan.
Dat betekent niet dat de doelen van de oefening uit het oog zijn verloren. “Alle eenheden hebben aangegeven waar hun behoeftes lagen, om te leren en te kijken waar mogelijke hiaten in de opleiding zitten. Zo hebben we prioriteiten geïdentificeerd en zo nodig bijgesteld. Die gegevens zijn van belang voor de Anti-Submarine Warfare Frigates (ASWF) die worden gebouwd. Het belangrijkste is echter dat we er nu al beter van zijn geworden.”
‘Onze rekencapaciteit is enorm toegenomen’
Geduchte jager
Onderzeebootbestrijding staat door de aanval van Rusland op Oekraïne en de activiteiten boven en onder het wateroppervlak na jaren weer vetgedrukt in de agenda van de Koninklijke Marine. Deze oefening, met de inzet van zoveel middelen, zorgt ervoor dat de kennis en kunde worden aangepast aan de eisen van deze tijd. Daarnaast haalt de KM haar tweede M-fregat, Zr.Ms. Van Speijk, uit de mottenballen ter vergroting van de onderzeebootbestrijdings-capaciteit.
Zr.Ms. Van Amstel is op dit moment de enige groot-bovenwater specialist in onderzeebootbestrijding van de KM. Het schip mag dan dik 30 jaar jong zijn, aan de capaciteiten valt niet te twijfelen. “Het combat management systeem is helemaal up to date gemaakt en de rekencapaciteit is daardoor enorm toegenomen. Met de beproefde Low Frequency Active Passive Sonar (LFAPS) aan boord is het Multipurpose-fregat een geduchte onderzeebootjager.”
Veiliger opereren
Deze LFAPS kan dus zowel signalen uitzenden (‘pingen’) als opvangen. Dan zijn er nog de zeebeeldradar Seastar, de boegsonar en vanzelfsprekend eyeball MK-1, oftewel: ogen die met verrekijkers speuren naar signalen dat er een onderzeeboot in de buurt is. Faber: “Het is belangrijk om te oefenen en te ervaren hoe je alle middelen tactisch goed inzet, zonder dat ze elkaar in de weg zitten (interferentie, red.). Hoe stiller je zelf bent, hoe beter je kunt waarnemen. De LFAPS zorgt ervoor dat we verder uit de buurt van een onderzeeboot kunnen blijven. En dat betekent veiliger opereren."
‘Het is soms net Aikido: je gebruikt de energie van je tegenstander’
Tactisch voordeel
“Het zijn heel verschillende eenheden met diverse middelen die moeten samenwerken”, stelt Faber. “Onze operators kunnen oefenen met een live-onderzeeboot, die op zijn beurt reageert op ons. Dat is wel even anders dan op de simulator. Je zit hier in een grote bak met water en weersomstandigheden die per uur veranderen.”
De commandant van de Van Amstel, met een verleden bij de Onderzeedienst, kent de tactieken van een onderzeebootcommandant. “Van onderzeebootbestrijding wordt vaak gezegd dat het een schaakspel is. Maar ik zie het ook als Aikido: de energie van de tegenstander gebruiken voor je eigen kracht. Het is ons gelukt in combinatie met de dipping sonar van de NH90 om de onderzeeboot zó te misleiden, dat ze dachten onbespied te zijn. We hebben ze echt gefopt. Daar kun je een groot tactisch voordeel uit halen. Voor de onderzeeboot is dat ook weer een belangrijk leermoment waarmee ze aan het werk kunnen.”
Continu helikoptercapaciteit
Niet dat Zr.Ms. Dolfijn zich continu van de wijs liet brengen, moet NH90-tactisch coördinator luitenant ter zee 1 Tim met brede glimlach bekennen. “We dachten haar op zeker moment te pakken te hebben met onze HELRAS-dipping sonar en sonoboeien, maar de boot lag toen héél ergens anders.” Dat is dan weer een moment om de reflecteren voor 860 Squadron.
Tim en sensor-operator sergeant-majoor ODOPS Marcel kijken terug op een mooie tijd op Zr.Ms. Johan de Witt. “De ondersteuning was fenomenaal”, willen ze, gezeten in het Noorse zonnetje, kwijt. 860 Squadron was met 55 man uitgerukt voor Riptide en dat komt zelden voor. Tim: “We hebben continu heli-capaciteit kunnen bieden. Er is in 8 dagen tijd zo’n 75 uur gevlogen. Dat was ook voor het schip bijzonder, met klokje-rond vliegoperaties.”
‘De ondersteuning van de Johan de Witt was fenomenaal’
‘Er zitten onder water echte mensen die nadenken en onverwachte beslissingen nemen’
Op elkaar reageren
De samenwerking met Zr.Ms. Van Amstel alleen al leverde de helicrews een schat aan gegevens op. Hoe combineer je bijvoorbeeld de middelen van het schip met de dipping sonar en sonoboeien, zonder dat ze elkaar verstoren. Tim: “Met simulatie train je vooral de technische vaardigheden. Nu konden we op elkaar reageren. Er zitten onder water echte mensen die nadenken en onverwachte beslissingen nemen, die weer gevolgen voor jou hebben. Het was ook een perfecte omgeving voor onderzeebootbestrijding. Het water is bij Noorwegen veel dieper dan de Noordzee; zo’n 300 meter, dus met meer mogelijkheden om je te verstoppen.”
Insteek tweeledig
En dat laatste, dat deed de onderzeeboot uitstekend. “De insteek was tweeledig”, zegt luitenant ter zee 1 Hans, commandant van de onderzeeboot. “Enerzijds om de bovenwater-eenheden contact te laten maken met een onderzeeboot en anderzijds voor onszelf om juist te ontkomen aan hun zoektocht. Het kon dus voorkomen dat we gevonden móésten worden of juist niet. Na het instandhoudingsprogramma voor de Walrusklasse is er voor de Onderzeedienst heel wat veranderd, maar ook bovenwater volgen de ontwikkelingen elkaar snel op. Dus je moet blijven oefenen.”
‘Er volgt een grondige analyse door het Maritime Warfare Center’
Jonge bemanning
De onderzeeboot kent een relatief jonge bemanning, omschrijft de commandant. Met 66 opvarenden was het overigens behoorlijk druk. Bewust, zo blijkt: “We spelen met de werving al in op de komst van de nieuwe onderzeeboten, met meer bemanning. We hebben dus een extra aantal jonge matrozen en officieren aan boord die hun ogen uitkijken en vooral leren.”
Er waren echter ook opstappers uit Canada en Zweden. Hans: “Hun onderzeeboten, van de Victoriaklasse en de Gotlandklasse, zijn niet helemaal vergelijkbaar, maar het ging bij Riptide vooral om de manier van varen. Wat doe je als een fregat en helikopters tegen je worden ingezet?”
Beter maken
Een oefening als Riptide, puur gericht op onderzeebootbestrijding en qua materieel ook nog eens nationaal, is lang niet gehouden. Overste Faber vat het ten slotte nog even samen: “Het zijn heel verschillende eenheden die hebben samengewerkt tijdens Riptide. We delen de gegevens zoveel mogelijk, zodat we kunnen leren van elkaar. Dat kon al tijdens de oefening, maar over een aantal weken volgt nog de grondige analyse van ons Maritime Warfare Center (MWC). Vast staat dat Riptide een schat aan gegevens heeft opgeleverd die ons beter maken.”
Mercuur meester in misleiding
Hoewel er geen torpedo is afgevuurd, vormde torpedowerkschip Zr.Ms. Mercuur een onmisbare schakel binnen Riptide. Luitenant ter zee 1 Bastiaan Bolt, de commandant van het schip: “We waren er om de bemanning van de onderzeeboot logistiek van dienst te zijn én te trainen.” Zr.Ms. Mercuur werd namelijk ook ingezet als oefenvijand. Misleiding was troef. “Via het SOCRATES-systeem kunnen wij een andere signatuur aannemen. Zo kunnen wij ons bijvoorbeeld voordoen als Russisch fregat of als helikopter. Op de sensoren van de onderzeeboot ziet dat er levensecht uit. Daarmee kunnen de collega’s onder water hun voordeel doen.”