Tekst LTZ 2OC (SD) Joost Margés
De reservebank
De flexibele schil aan reservepersoneel die inzetbaar is wanneer nodig en vaak beschikt over unieke kennis en ervaring ‘van buiten’. Het Commando Zeestrijdkrachten doet er graag zijn voordeel mee. Wie zijn deze mensen, wat is hun achtergrond en waarom willen zij reservist zijn? Een drietal vertelt.
SGTMARNALG Marcel Keijzer (51): ‘Blijvende binding met de Korpswaarden’
“Blok 1 van 1993 was mijn opkomst bij het Mariniers Opleidingscentrum (MOC) op de Van Ghentkazerne in Rotterdam. Mijn vader was op dat moment uitgezonden met Cambo 2 als sergeant van de mariniers. Dat ik ook toe zou treden tot het Korps zat eigenlijk al in mijn bloed. Mede doordat mijn beide opa’s korte tijd bij de mariniers dienden. Tijdens mijn mariniersopleiding was er even sprake van dat ons blok met Cambo 3 op uitzending zou gaan, maar dat gebeurde niet. Ik kwam als Faloschutter terecht bij de toenmalige 23e Infanteriecompagnie, de paracompagnie van het Tweede Mariniersbataljon.”
“Na mijn diensttijd kwam ik mijn buddy en andere oud-collega's regelmatig tegen bij activiteiten van het Contact Oud Mariniers. In 2006 kreeg ik een brief binnen met de vraag ‘of ik eervol ontslag wilde of reservist wilde worden’. Dezelfde dag nog geantwoord: reservist worden. Ik heb allerlei functies vervuld, zoals instructeur voor de Algemene Militaire Opleiding, de infanterie-exercitie, het Defensity College, de Maatschappelijke Diensttijd (MDT*) en opleidingen van het MOC. Ook als reservist heb je de blijvende binding met de Korpswaarden: verbondenheid – kracht – toewijding. Een bijzondere rol kreeg ik bij de Netherlands Maritime Special Operations Force (NLMARSOF); hiervoor was ik scheidsrechter tijdens oefeningen in Noorwegen en Spanje en op Curaçao. Verder werkte ik een periode binnen de logistiek en bevoorrading van het MOC. De laatste 4 jaar was in ten slotte met een Individuele Inzet Reservisten (IIR)-contract ‘vast’ aangesteld bij het Training (T)-Squadron van NLMARSOF."
‘Het resultaat: ik ben terug bij mijn oude club’
“Als ZZP buitensport-instructeur en directeur van Sportive Action kon ik mijzelf vrijspelen voor inzetten en werkte ik uiteindelijk fulltime als IIR bij NLMARSOF. De survival-programma’s, waar ook ter wereld, en andere activiteiten schuif ik door naar andere ZZP’ers. Vanwege het personeelstekort bij het Korps, zeker aan mensen met de juiste opleidingen en cursussen én mijn sterke binding, ben ik onlangs teruggevraagd. Met als resultaat dat ik terug ben bij mijn oude club: (inmiddels) 2 Marine Combat Group.”
“Mijn omgeving weet niet beter dan dat ik betrokken ben bij het Korps Mariniers. Op verjaardagen krijg ik altijd vragen over wat ik de afgelopen tijd met de mariniers gedaan heb of ga doen. Natuurlijk zijn er mensen in mijn directe omgeving die het jammer vinden dat ik zoveel weg ben. Gelukkig kunnen we op veel manieren toch contact houden. Nu ik weer terug ben in actieve dienst, kijk ik met veel plezier terug op de goede samenwerking en de vele inzetten bij de reservisten. Velen van hen kom ik nog geregeld tegen op de Van Braam Houckgeestkazerne in Doorn. Ik werk in gebouw As Samawah; ze zijn er altijd welkom!”
LTZ 2 (SD) Arienne Lindeijer (53): ‘Ik had dit wereldje flink gemist!’
“In 1988, op mijn 18e, koos ik voor het avontuur. Varen, buitenland; ik kon niet wachten. Sterker nog: ik vond het zó gaaf dat ik in de eerste maand zelfs vergeten ben om mijn familie een bericht te sturen. Ik was goed in Engels en wiskunde dus koos voor de Operationele Dienst Verbindingsdienst. Na 3 maanden Militaire Vorming in Den Helder volgde anderhalf jaar specialisatie in verbindingen. We moesten zelfs nog morse leren. Op mijn 19e ging ik varen op Hr.Ms. Callenburgh. We bezochten onder andere Sint-Maarten, de VS, Canada en Scandinavische landen. Daarna zat ik in de bunker in Noordwijkerhout en die onder het Commandement in Amsterdam. Dat duurde tot 1992.”
“Na de KM ben ik gaan studeren, werkte ik in de sales en kwam ik in 2015 bij Philips Supply Chain terecht. Door allerlei veranderingen in 2019, inclusief die rond mijn functie, ging ik nadenken over wat ik wilde. Een collega wilde reservist worden. Je kon tot je 52e met een HBO-opleiding officier worden bij de marine. Ik schreef mij meteen in. Ik had dit wereldje flink gemist! De combinatie van teamverband, eensgezindheid en avontuur. Inmiddels aangesteld als reservist, koos ik toch wel weer voor een baan bij Philips, in Nederland. Ik woon in Veldhoven en zou veel moeten reizen om bij de marine-werkplek te komen. Daarnaast heb ik een gezin en is mijn man geregeld weg. Hij is marineman; we kennen elkaar al sinds de Callenburgh. Ooit had hij een plaatsing in de VS en hebben we daar 5 jaar gewoond, met onze toen jonge dochter. Fantastisch!”
‘Paars werken zou zorgen voor afwisseling, efficiëntie en integratie’
“Na mijn officiersopleiding ben ik nu luitenant ter zee der tweede klasse (SD) KMR en combineer ik mijn fulltime baan met het reservist-zijn. Die taak vervul ik gemiddeld 1 dag per maand, soms vaker. Het zorgt voor afwisseling en het geeft een enorme voldoening om in het weekend te ondersteunen tijdens evenementen. Zoals in februari in Den Haag tijdens de herdenking van de Slag in de Javazee, naast Prinses Beatrix. Of tijdens de Militaire Prestatietocht te Paard of de Nacht van de Militaire Muziek in Soesterberg.”
“Ik praat enthousiast over mijn rol als reservist met vrienden en familie. Er heeft zich nu zelfs een vriendin van mij (oud-marinevrouw!) aangemeld bij de reservisten. Mijn omgeving reageert vaak verrast, maar met veel respect op dit werk. Graag vertel ik dan ook over mijn medische keuring als destijds 49-jarige, samen met veel 18-jarigen. Die keken mij tijdens de opleiding trouwens raar aan toen ik net als hen met 25 kilo bepakking aan het rennen was. Ik zou een buitenlandse plaatsing nog wel leuk vinden; dat mijn man dan deze keer meegaat als partner. Ten slotte hoop ik dat we als reservisten in de toekomst ‘paars’ gaan werken; dat zou zorgen voor meer afwisseling, efficiëntie en integratie.”
SGTMARNVB KMR Peter Janson (51): ‘Blauw van buiten, maar groen van binnen’
“Oorspronkelijk ben ik opgeleid tot restaurant-kok en heb gewerkt in Nederland en Duitsland. In 1994 kwam ik op ‘voor mijn nummer’ en maakte daarna de overstap naar het Korps Mariniers. Daar wilden ze me kombuis-kok maken, maar daarvoor was ik niet naar het Korps gekomen. Ik werd marinier-algemeen, maar vertrok al snel richting de Verbindingsdienst (VB). Ik zat bij de 10e, 11e en 12e Infanteriecompagnie en maakte deel uit van de eerste bemanning van (toen) Hr.Ms. Rotterdam in 1998, binnen de Amphibious Beach Unit. In 2000 deed ik de Voortgezette Vakopleiding en werd ik korporaal van de mariniers VB.”
“In 2004 koos ik voor de Politie Friesland, tegenwoordig Politie Noord-Nederland. Wel wilde ik door als reservist, maar pas na de politieopleiding. Toen werd ik in 2006 echter gescout door de KNVB en kon ik aan de slag als assistent-scheidsrechter Betaald Voetbal. Dat kostte nog eens 20 uur per week, dus was er geen tijd voor nóg een extra baan. In samenspraak met mijn vrouw besloot ik mij in 2017 alsnog aan te melden. Dat jaar zou ik 45 worden, de laatste mogelijkheid om als korporaal KMR terug te keren. Nu 6 jaar later ben ik sergeant van de mariniers VB KMR. Ik houd mij bezig met algemene taken, zoals het optreden als oefenvijand voor operationele eenheden.”
‘Reservist-zijn zorgt voor afwisseling en je krijgt waardering van de eenheden’
“Daarnaast ben ik instructeur bij de Maatschappelijke Diensttijd (MDT*). Een fantastische club waarbinnen militair instructeurs en professionele coaches een driedaags bivak begeleiden van jongeren van 17 tot 27 jaar. Die committeren zich vrijwillig aan een traject van 80 uur. Ze beginnen met 40 uur bij Defensie. Dan houden wij de jongeren bezig vanuit een tentenkamp op een kazerne. Tijdens het bivak worden ze fysiek en mentaal uitgedaagd op hun eigen niveau. Ze leren verschillende militaire skills & drills en werken aan hun persoonlijke doelstellingen, bijvoorbeeld leiderschap, en gaan samen uitdagingen aan. Daarnaast vervullen ze 40 uur een maatschappelijke taak, zoals helpen bij de Voedselbank of op pad gaan met verstandelijk beperkte jongeren."
“Reservist-zijn zorgt voor een mooie afwisseling en je krijgt waardering van de eenheden die aanvragen doen voor reservisten. Maar ook de inzetten zijn fantastisch, zoals op Curaçao of in Denemarken, Duitsland, Noorwegen, Polen, de VS of gewoon in Nederland. Als reservist kun je bijna het hele jaar aan het werk, als je wilt. Ik probeer 1 tot 2 maanden per jaar actief te zijn. Ik ben nu 51 en mag nog 11 jaar meedraaien. Ik hoop nog een keer een uitzending mee te maken. Ik ben nu weliswaar politieagent, maar zeg vaak genoeg: ‘Ik ben blauw van buiten, maar groen van binnen’.”