Tekst Bert van Elk
Foto SGT-1Mike de Graaf | artist impressions: Damen Shipyards

x
Artist impression boven: Zr.Ms. Evertsen vaart naast de Den Helder, gereed om brandstof in te nemen.

De Koninklijke Marine houdt de traditie nog altijd in ere. Bij de kiellegging van een nieuw marineschip, leggen autoriteiten een geluksmunt op de bodemplaat. Dat gebeurde woensdag 2 juni ook in Roemenië. Bij Damen Shipyards in Galati lasten Commandant Zeestrijdkrachten vice-admiraal Rob Kramer en directeur Defensie Materieel Organisatie vice-admiraal (TD) Arie Jan de Waard de dop vast op de bodem van het Combat Support Ship (CSS) Den Helder. Daaronder: een halve gulden uit 1822.

Voor een munt uit dat jaar was gekozen, omdat de marine toen de beschikking kreeg over Willemsoord in Den Helder. Sindsdien is Den Helder de thuishaven van de marine.

De halve gulden uit 1822 moet voor bemanning en schip voor voorspoed en geluk zorgen.
Het moment suprême. De dop wordt op de Den Helder bevestigd.

Bevoorrading hoofdtaak

Het was overigens iets meer dan 10 jaar geleden dat een dergelijke ceremonie voor het laatst plaatsvond. Toen werd de kiel gelegd voor Joint Support Ship Karel Doorman, het zusje van het nieuwe Combat Support Ship (CSS) Den Helder. 

"De Karel Doorman heeft 3 taken", aldus projectleider CSS Den Helder, kapitein ter zee (TD) Glijn van Marion. "Bevoorrading op zee (BOZ), strategisch zeetransport en sea basing:  het maritiem vermogen om geselecteerde functies en taken op zee uit te voeren zonder afhankelijk te zijn van infrastructuur aan wal.Het CSS krijgt één taak: BOZ. De Den Helder krijgt geen voertuigendek en er zijn geen voorzieningen om langdurig voor de kust een operatie op land te ondersteunen."

De vice-admiraals Kramer en De Waard met tussen hen in de door hen vast gelaste dop met daarin de halve gulden.

'De Den Helder wordt een eenvoudig en robuust bevoorradingsschip'

Eenvoudig en robuust

De voorganger van de Den Helder was de Amsterdam; in de NAVO-terminologie een Auxillary Oiler and Replennisher. De Den Helder wordt een CSS. "We noemen het zo, omdat het een marine-eenheid is, die zorgt voor combat support", aldus Van Marion. "Dat is een vrij nieuwe term, in gebruik sinds 2018 toen in de Defensienota stond dat de combat support voor de hele krijgsmacht moet worden versterkt. Voor de marine betekent dat meer BOZ-capaciteit. Als de Karel Doorman meewerkt aan een internationale inzet met bijvoorbeeld Duitsland, is de marine haar bevoorradingscapaciteit kwijt. Daarom is er een tweede schip nodig dat andere marineschepen voorziet van brandstof en munitie. De Den Helder wordt een eenvoudig en robuust bevoorradingsschip."

Een helikopter nadert de Den Helder. Het schip heeft een helikopterdek en een hangaar (artist impression).

Andere dekopbouw

Damen bouwde de Karel Doorman en nu het CSS. Lijken beide schepen op elkaar? Ja en nee, volgens Van Marion. "We wilden zoveel mogelijk gebruik maken van het ontwerp van het JSS om goedkoper te kunnen aanbesteden. Als je naar de contouren kijkt, zijn het 2 verschillende schepen, maar de technische voorzieningen en systemen aan boord zijn voor een groot deel hetzelfde: de voortstuwingsconfiguratie, de leveranciers en de BOZ-installatie. 

Het uiterlijk verschilt, omdat het JSS een groot voertuigen- en helikopterdek heeft. Daarom staat de opbouw aan de voorkant van het schip. Bij het CSS staat de opbouw verder naar achteren, want de BOZ-posities staan ervoor, net als het containerdek." De Karel Doorman is ruim 200 meter lang en heeft een waterverplaatsing van 27.000 ton. De Den Helder wordt 180 meter lang met een waterverplaatsing van 22.500 ton. "Qua waterverplaatsing zijn beide schepen groter dan de LPD's door de hoeveelheden brandstof die ze kunnen meenemen."

‘Het schip is bemand voor de taak die het moet uitvoeren: BOZ’

Telt de bemanning van de Doorman 159 personen, de Den Helder krijgt er slechts 75. Niet verwonderlijk, vindt de projectleider. "We zijn 10 jaar verder in de tijd", zegt hij, "en hebben de automatiseringsgraad verhoogd. Het schip is bemand voor de taak die het moet uitvoeren: BOZ. Daarom kan je met minder mensen toe. Er zijn overigens 160 bedjes aan boord."

Zelfbescherming

De Den Helder krijgt beperkte zelfbeschermingsmiddelen. "Het schip wordt gebouwd voor een vast budget. We moesten keuzes maken. Er is bewust niet bezuinigd op de taak van het schip: brandstof vervoeren en afgeven op zee. Daarom krijgt de Den Helder noch de Goalkeeper, noch de vervanger ervan. Daarvoor was geen geld. Het schip krijgt wel de voorzieningen om die wapens er later op te zetten. Als het enigszins spannend wordt, moeten fregatten het verdedigen."

De Den Helder aan de steiger in thuishaven Den Helder (artist impression).
Wapenschild Den Helder: Het scheepsembleem van de Den Helder, zoals dat in de toekomst op het schip wordt bevestigd.

Afbouw in Roemenië

De Den Helder wordt in Roemenië (af)gebouwd. De proeftocht vindt plaats op de Zwarte Zee. Het schip komt daarna op eigen kracht naar Nederland en wordt direct opgeleverd door Damen. "Alleen de Defensie-specifieke systemen plaatsen we nog in Nederland", aldus Van Marion. "Deze werkwijze hebben we destijds ook met patrouillevaartuigen 3 en 4 in Roemenië gehanteerd. De eerste twee zijn wel volledig in Vlissingen gebouwd." 

Laatste beproevingen

De oplevering van de Den Helder staat gepland voor juni 2024. Dan is het schip van Defensie. DMO zorgt vervolgens voor het combat management systeem, de wapens en er volgen schietproeven op zee. Van Marion: "Dan nog de laatste beproevingen, zoals de windlimieten bepalen voor helikopters. We zijn er, alles bij elkaar, een jaar mee bezig. In juni 2025 is de Den Helder van de marine en is het schip fully operational capable."