Tekst LTZ 2OC (SD) Joost Margés
Foto Mediacentrum Defensie
In 2019 jaar eerste zichtbare resultaten
Versterking en verbetering van de organisatie, ter waarde van 400 miljoen euro, defensiebreed. Daar lag de focus op, begin dit jaar. Daarnaast werd er gewerkt aan vervangingen en investeringen voor de langere termijn. Kapitein ter zee Walter Hansen kwam er uitgebreid over aan het woord, in de eerste uitgave van 2018 van Alle Hens. De vraag luidt nu: hoe hangt de vlag er volgens de transitiemanager inmiddels bij?
“We zien onderscheid tussen zichtbare en onzichtbare resultaten”, steekt Hansen diplomatiek van wal. “Er gebeurt veel, maar niet alles is al merkbaar. Al wel zichtbaar, om te beginnen, zijn extra tijdelijke functies. Die zijn voor mensen die helpen om reorganisatieprojecten op te pakken. Het gaat veelal om herintreders, reservisten of mensen die al met Functioneel Leeftijd Ontslag zijn. Ook via de publiciteitscampagne om burgerpersoneel te werven halen we voor deze stoelen mensen binnen. Onze boodschap is vooral: we kunnen iedereen gebruiken!”
Permanente versterkingen
De kolonel benadrukt graag dat er ook permanente functies bijkomen. “Denk hierbij aan geneeskundig personeel bij het Duik Medisch Centrum, mensen bij Opleidingen Koninklijke Marine, bij de Directie Materiële Instandhouding (DMI) en op het gebied van cyber en intell, zoals het Maritiem Tactisch Datalink Bureau van CZSK (wat te maken heeft met raketverdediging). Daarnaast profiteren we van maatregelen die genomen zijn bij andere krijgsmachtdelen. Zo krijgen onze NH90-helikopters van het Defensie Helikopter Commando van de KLu meer vlieguren. Ook de vergroting van de vuursteun van de artillerie van de KL pakt voor ons positief uit.”
‘Onze boodschap is vooral: we kunnen iedereen gebruiken’
Toekomst in handen
Op materieelgebied binnen de KM zelf vallen 5 Autonomous Underwater Vehicles van het type REMUS 100 op. “3 stuks hebben we al binnen, de andere 2 volgen in januari”, aldus Hansen. “Met het eerste drietal hebben we al geoefend en operaties uitgevoerd. Deze middelen horen bij de belangrijke uitbreiding van onze mijnenjachtcapaciteit. Medio 2019 komt een nieuw gehuurd schip in de haven, bemand door een civiele bemanning. We gaan vanaf dit schip opereren, oefenen en testen met de nieuwe toolbox voor mijnenbestrijding. Denk hierbij, naast de REMUS, aan drones en ander toebehoren. De operators zijn van de Nederlandse en Belgische marine. Op die manier doen we al ervaring op voor de vervanging van de verouderde mijnenjagers. Ondanks dat het nieuwe type schip er nog niet is, hebben we de toekomst zo toch al een beetje in handen.”
Contract tekenen
Hansen erkent dat het personeel van de Mijnendienst veel voor de kiezen krijgt, omdat er veel defecten optreden op de huidige mijnenjagers, de oudste schepen van de KM. “Ik ben vooral blij als we, samen met België, komend voorjaar het contract tekenen voor de nieuwbouw van mijnenbestrijdingsvaartuigen, met de al eerder genoemde toolboxen aan boord. Datzelfde geldt voor het Combat Support Ship (CSS), Zr. Ms. Den Helder. Deze tanker annex bevoorrader kan een heel maritiem verband (amfibisch of bestaand uit fregatten) van olie en goederen voorzien. Er is onlangs al een model van het CSS onthuld bij Marin. De daadwerkelijke bouw is straks vooral een zaak tussen de Defensie Materieel Organisatie en scheepswerf Damen. Ondertussen is de marine druk bezig met de voorbereidingen voor de komst van dit schip. We moeten gereed zijn om het te ontvangen en te gaan gebruiken. Daarbij kun je denken aan personeelszaken, zoals bemanningen en opleidingen, maar ook infrastructuur, doctrines en niet te vergeten goede onderhoudsplannen.”
‘Opbouw kost nu eenmaal tijd; vooralsnog verloopt alles volgens plan’
Overleg met bonden en MC’s
Dat er nog niet heel veel zichtbare resultaten in 2018 zijn geboekt, ervaart Hansen niet als teleurstellend. “Zo worden er veel onzichtbare resultaten geboekt binnen de zogenoemde introductiecommissies, onder leiding van Groepsoudsten. Opbouw vereist een grote zorgvuldigheid en dat kost nu eenmaal tijd. Zo hoort bij iedere uitbreiding een zorgvuldig reorganisatietraject. Dit wordt gevolgd in goed overleg met bonden en medezeggenschap. Om de belangen van iedereen te borgen, kost dit tijd.
Minder gestoord
Voor 2019 verwacht Hansen meer zichtbare resultaten dan dit jaar. In het kader van het Fleet Marine Squadron (FMS) worden de eerste zaken zichtbaar. “Het project FMS is bedoeld om de operationele marinierseenheden te ontlasten van taken die de geoefendheid en inzetbaarheid verstoren. Er komt daarom in 2019 een reservisteneenheid die een deel van de ceremoniële en bijstandstaken gaat overnemen. De eerste inzet staat gepland in april. Daarnaast zal de rotatie vanuit de Marine Combat Groups naar Sint-Maarten worden aangepast. In plaats van iedere 4 maanden roteren worden alle functies vast en gaan we voor een plaatsing van 1 of 3 jaar. Dit creëert minder wisselingen en dus meer rust.”
Tot slot is er nog het straks daadwerkelijk operationele FMS. Deze nieuw op te richten operationele eenheid gaat militairen leveren voor guardteams, Vessel Protection Detachments en andere maritieme beveiligingstaken. Het wordt een gecombineerde eenheid van vloot en mariniers en zal per 2021 operationeel worden. “Het FMS zorgt er voor dat de Marine Combat Groups minder gestoord worden tijdens operaties, opwerken en trainen.”
‘Nieuwe mensen met oude spullen of nieuwe spullen zonder voldoende personeel, dat werkt allebei niet’
Mooie ontwikkelingen?
Tegelijkertijd gaat de KM rustig verder met het op orde brengen van de materieellogistiek. Munitie wordt verder aangevuld, net als reserveonderdelen en andere ‘hardlopers’ in de magazijnen. “Laat ik het zo zeggen: het is nog niet perfect, maar het is dit jaar al wel sterk verbeterd. De inhaalslag betekent ook een vergroting van de inkoopcapaciteit en extra logistieke functies op het gebied van SAP, binnen de DMI. En dan heb ik het investeren in opleiden en individueel trainen nog niet genoemd. Dat heeft ook te maken met het uitbesteden van opleidingen, zodat we onze schaarse instructeurscapaciteit elders kunnen inzetten.””
Mooie ontwikkelingen, toch? “Op zich wel”, aldus een voorzichtige kolonel, “maar het is wel belangrijk dat instandhouding en vernieuwing hand in hand gaan met behoud en werving van goed personeel. Nieuwe mensen met oude spullen of nieuwe spullen zonder voldoende personeel, dat werkt allebei niet."
Vragen & antwoorden
Meer weten? Kijk dan op intranet. Onder ‘Doorontwikkeling Krijgsmacht’ is per reorganisatie-onderwerp een overzicht met vragen en antwoorden te vinden.