Tekst LTZ 1 (TD) Marcel van der Biezen

Onderhoud 16 vaartuigen straks uitbesteed aan markt

De Directie Materiële Instandhouding (DMI) maakt komend jaar een grote stap in het verhogen van de inzetbaarheid van vooral hard core-marineschepen (zoals op de foto boven). Dat gebeurt met het project Meerjarige Uitbesteding Metalen Vaartuigen. Door de instandhouding van een aantal, vooral kleinere, vaartuigen uit te besteden aan commerciële bedrijven komt DMI-breed capaciteit vrij. Per 1 januari 2018 hoopt DMI het volledige onderhoud van 17 vaartuigen over te dragen aan de markt.

Al sinds 2009 wordt onderzoek gedaan naar de manier waarop de instandhouding van kleine, lichte vaartuigen het beste kan worden uitgevoerd. Hoofdconclusie is dat DMI die instandhouding die niet in het hogere geweldspectrum worden ingezet, het beste kan uitbesteden. Deze conclusie bleek een bevestiging van een al ingeslagen weg. Immers, het onderhoud van een beperkt aantal vaartuigen gebeurde al buiten de deur. Dan gaat het om de 3 nieuwe slepers van de Noordzeeklasse, het zeilende opleidingsschip Zr. Ms. Urania en het binnenwater-duikvaartuig Soemba.

De Hydra in onderhoud bij Damen.

Eenlingen of ‘speciaaltjes’ maken de instandhouding relatief duur en tijdrovend.

Efficiënt onderhoud

Uitgangspunt van de uitbesteding is dat de zogenoemde life cycle-kosten omlaag gaan, terwijl de beschikbaarheid van diezelfde schepen minimaal gelijk blijft. Dit leek mogelijk doordat marktpartijen gewend zijn dergelijke schepen op efficiënte wijze te onderhouden.

Om te onderzoeken of dit in de praktijk ook haalbaar was, stelde DMI samen met Price Waterhouse Cooper zogenoemde Kritieke Prestatie-Indicatoren op. Daarmee vond in 2016 een marktverkenning plaats. De kennis die hiermee is opgedaan, heeft een blauwdruk opgeleverd voor toekomstige uitbestedingen.

De Kinsbergen is al kind aan huis bij Niestern Sander.

Succesvolle samenwerking

Met de conclusies op tafel, vond eerst binnen DMI afstemming plaats. Dit om de afdeling Materieel Logistiek en de verschillende taakgroepen bij het project te betrekken. Daarna werd contact gezocht met de Rijksrederij van Rijkswaterstaat, die veel kennis en ervaring heeft met meerjarige uitbestedingen. Deze gesprekken leidden tot een succesvolle samenwerking, waarbinnen op collegiale wijze deze kennis en ervaring worden uitgewisseld.

Zr. Ms. Urania bij scheepswerf Van der Hoeve.

Duur en tijdrovend

De volgende stap is om de volledige instandhouding van 17 schepen via een aanbestedings- en gunningstraject uit te besteden. Het gaat dan om het opleidingsvaartuig Van Kinsbergen, de duikvaartuigen Cerberus, Nautilus, Argus en Hydra, het tankschip Patria en een drukwaterponton. En verder nog de sleepboten Gouwe, Balgzand, Breezand, Schelde, Wierbalg, Westwal, Zuidwal, Malzwin en de haven-communicatievaartuigen Noorderhaaks en Zuiderhaaks.

Vrijwel al deze vaartuigen zijn ‘van de plank’ gekocht. Dit betekent dat de gebruikte systemen in de commerciële wereld goed te onderhouden zijn. Binnen de afdeling Klein Bovenwater (KBW) van CZSK worden deze systemen juist gezien als eenlingen of ‘speciaaltjes’. Dat maakte de instandhouding relatief duur en tijdrovend.

Onderhoudsactiviteiten en materiële logistiek worden 3 jaar middels een raamovereenkomst uitbesteed.

Het binnenwater-duikvaartuig Soemba in onderhoud bij Padmos.

Kwaliteit gewaarborgd

De afdeling Materieel Logistiek, de instandhoudingsgroep KBW en de taakgroepen PLF (Platformen), SWS (Sensor- en Wapensystemen) en C4I (Command, Control, Communication, Computers & Intelligence) worden straks ontzorgd. Het onderhoud wordt dan niet meer ad-hoc uitbesteed, maar structureel en voor langere tijd. De externe partij verzorgt dan ook de bijbehorende materiële logistiek, terwijl het onderhoud gebeurt door commerciële werven.

Dit scenario was bij de reorganisatie van 2012 al als winst ingeboekt en dat pakt nu ook in financieel opzicht goed uit. Deze besparing heeft straks overigens geen negatieve consequenties voor de kwaliteit. De systeemverantwoordelijkheid blijft bij DMI en deze blijft de kwaliteit van het onderhoud toetsen. Daarnaast zal ook Lloyd’s periodiek inspecties uitvoeren.

Wat vraagt DMI?

Wat vraagt DMI in feite van de marktpartij? Dat deze periodiek en correctief onderhoud uitvoert en over een storingsdienst beschikt die 24/7 bereikbaar is. Daarnaast dient deze partner, waar mogelijk, de onderhoudsplanning te optimaliseren. Ook wordt verwacht dat deze modificatievoorstellen doet, om onderhoudskosten te verlagen, bij een minimaal gelijkblijvende beschikbaarheid.

Zoals eerder aangegeven, levert de opdrachtnemer materialen en onderdelen. Ook is zij straks verantwoordelijk voor het op peil houden van de boordvoorraad. Wat het onderhoudsmanagement en de hele papierwinkel daaromtrent betreft: ook die zijn straks voor de marktpartij.

Nieuwe balans

Kort samengevat betekent dit dat alle onderhoudsactiviteiten en de materiële logistiek 3 jaar, met een optie tot een verlenging tot maximaal 6 jaar, middels een raamovereenkomst worden uitbesteed. Dit geeft DMI meer tijd voor de hard core-marineschepen.

Straks zal er een nieuwe balans ontstaan, die de leverbetrouwbaarheid van DMI naar verwachting doet toenemen. En dat is vooral goed nieuws voor het Commando Zeestrijdkrachten dat tijdig en voldoende schepen moet leveren voor missies en andere operaties.