ATAK-systeem communiceert sneller, eenvoudiger en nauwkeuriger

Een operationele planningskaart die real time tot leven komt. In dit digitale tijdperk geen ondenkbare tool. Toch werken lucht- en grondeenheden vaak nog op relatief ouderwetse manier samen: met een papieren planningskaart de lucht of het veld in en elkaar via radio zoveel mogelijk op de hoogte houden. Onmisbaar wanneer online communicatie geen optie is, maar in de oorlogsvoering van vandaag moet het als het even kan sneller, eenvoudiger en nauwkeuriger.
Tekst: Jopke Rozenberg-van Lisdonk | Foto’s: Jarno Kraayvanger
Real time gegevens delen
De oplossing? Die lag feitelijk al een poosje op de plank. Maar zoals bij elke verandering kost het implementeren ervan tijd en moeite. En die moet beschikbaar zijn óf moet voorrang krijgen, volgens kapitein Joris van het Helicopter Warfare Centre (HWC). Hij is projectleider van het zogenoemde ATAK-systeem voor het Defensie Helikopter Commando (DHC). ATAK staat voor Android Tactical Assault Kit en is simpel gezegd een soort militaire Google Maps waarop real time locatiegegevens kunnen worden gedeeld. Ook geschreven berichten en foto’s kunnen via de softwareapplicatie onderling uitgewisseld worden.

Falcon Spring
Joris is met hulp van diverse partners binnen Defensie (zie kader onderaan artikel) sinds september bezig het systeem voor de helikopter-community te onderzoeken. “Er werd al zo’n drie jaar gekeken naar hoe ATAK een rol kan spelen in de DHC-operaties, maar sinds september heeft de Commandant DHC er grotere prioriteit aangegeven. Vanaf dat moment zijn we er steviger mee aan de slag gegaan.” Na enkele kleine tests wordt er medio mei tijdens de grote luchtmobiele oefening Falcon Spring op grotere schaal mee geoefend. Een Apache en Chinook detachement beoefenen luchtlandingsoperaties in samenwerking met 11 Luchtmobiele Brigade en de Amerikaanse 12th Combat Aviation Brigade (12CAB). Die laatste twee werken al met een variant van ATAK. De kunst is om de systemen aan elkaar te koppelen, zodat ze genetwerkt kunnen samenwerken.

Network Enabled Capabilities
Defensie besloot onlangs al te investeren in een nieuw communicatieconcept voor helikopters: de Network Enabled Capabilities (NEC). Hierin worden diverse ICT-gerelateerde systemen aan elkaar gekoppeld, zodat alles met elkaar kan communiceren. Hiermee kunnen helikopterbemanningen sneller en effectiever tactische informatie uitwisselen met elkaar én met partners. De omvang van NEC is echter veel groter dan ATAK. Het is een hoog gerubriceerd geheel aan communicatiesystemen voor de hele grond-luchtketen met zowel spraak, data als gps. NEC kan niet alleen worden ingezet tijdens de operatie, maar al vanaf de planfase tot en met de evaluatie van de missie. Volgens planning worden de eerste NEC-systemen volgend jaar geleverd. ATAK is minder uitgebreid, lager gerubriceerd en in principe direct beschikbaar. Het systeem is daarmee een goede interim-oplossing voor het genetwerkt informatiegestuurd optreden.

Niet automatisch delen
Zo moeilijk kan dat aan elkaar koppelen toch niet zijn als je allemaal hetzelfde systeem gebruikt, zou je denken. Toch gebeurt het tijdens de oefening handmatig. Ofwel: plot de luchtmacht iets op de kaart, dan schrijft iemand dat over op de digitale variant die de luchtmobiele eenheid gebruikt. “Je moet het zo zien”, verduidelijkt eerste luitenant Rob, tijdens de oefening hoofd van de CIS-eenheid: “Iedereen die het tekstverwerkingsprogramma Word op zijn computer heeft, kan daarmee niet automatisch ook in Word-bestanden op andere computers kijken. Om daarin te kunnen, moet je samen een netwerk delen.”

‘Als je het ongeorganiseerd doet, wordt het een zooi’
Informatie-overload
Daarbij is het niet alleen een kwestie van genetwerkt kúnnen samenwerken, benadrukt Joris. Minstens zo belangrijk zijn de afspraken die je erover maakt: wat deel je wel en niet met elkaar. “Als je ongeorganiseerd informatie op deze applicatie gooit, wordt het een zooi. Je moet het structureren om efficiënt te kunnen werken.” “Het menselijk brein kan een beperkte hoeveelheid informatie tegelijkertijd aan”, weet Rob als IT-expert. “Je moet dus alleen relevante zaken in ATAK verwerken en op de kaart laten zien.” “We zoeken nu samen met de gebruikers uit welke informatie dat is”, vult Joris aan. “Een informatie-overload is namelijk een potentieel gevaar.”

De grootste meerwaarde
Een rondje te velde levert een aantal positieve reacties op. Apachevlieger ‘Smash’ kijkt – deels op afstand – mee met de gebruikers en de bevindingen tijdens Falcon Spring. Hij vliegt zelf niet mee tijdens de operaties, maar is binnen 301 Squadron de aangewezen ATAK-expert. “Tweeënhalf jaar geleden vond op Falcon Autumn de eerste test met ATAK plaats. Sindsdien ben ik bij het project betrokken namens 301. De grootste meerwaarde is de digitale kaart die tot leven komt, doordat intell real time informatie kan pushen over de vijand en ik real time kan laten weten wat ik met die vijand doe. Daarbij kan ik snel switchen op hetzelfde device tussen de stafkaart en de satellietkaart. Normaal hebben we die beide uitgeprint bij ons en dan zit je in de cockpit toch wat onhandig te vouwen. We moeten nu wel handmatig zaken invoeren tijdens het vliegen, dus dat levert extra handelingen op en dat is wennen. Het zou handig zijn als ATAK gekoppeld kan worden met Link16, het tactische datalink netwerk van Defensie. Maar daaraan zitten veel classificaties.”

Ontdekken
Chinook loadmaster ‘Rex’ herkent die extra werklast. “Binnen onze vliegcrew is het nog even ontdekken wie dit werk het beste kan uitvoeren, een van de vliegers of de loadmaster.” Van de meerwaarde is Rex, die pas tijdens de oefening kennismaakt met ATAK, overtuigd. “Live je locatie delen, informatie over de vijand krijgen en exact weten waar een FARP (forward arming and refuelling point, red.) is opgeworpen, is super handig. Voorheen zat je dan je papieren kaart handmatig bij te werken met verkregen informatie via de radio, nu is alles rechtstreeks geplot door de zender.”

Communicatie is makkelijker
Informatie is daardoor niet alleen sneller en eenvoudiger beschikbaar, maar ook minder foutgevoelig. Commandant Tactical Assembly Area (TAA) kapitein Frank vindt het doorgeven van wijzigingen op het originele operatieplan via ATAK ook een uitkomst. “Van tevoren bedenk je waar je een TAA gaat uitbrengen, maar als je eenmaal ter plaatse of op basis van intell-informatie besluit toch een andere locatie te pakken, kun je dit gelijk in de kaart plotten. Normaal hoop je het nog door te kunnen geven via de radio. Wanneer dat niet lukt, kunnen collega’s in de lucht pas op het laatste moment anticiperen. De chatfunctie is ook ideaal, communicatie met de drie eenheden waarmee we tijdens Falcon Spring opereren is zo een stuk makkelijker.”
ATAK is open source
Steeds meer gebruikers
Verschillende partnerlanden werken al met ATAK. Een groot voordeel is dat je het ATAK-netwerk over de satelliet kan laten lopen, maar ook via het telefoonnetwerk of een radioverbinding. De open source applicatie bestaat al een aantal jaar in de civiele wereld; later is daar een ook militaire versie van gemaakt. Deze is export controlled en wordt uitgegeven door het Amerikaanse ministerie van Defensie. Ook binnen de Nederlandse krijgsmacht komen er steeds meer gebruikers bij. Zo werkt bijvoorbeeld het Netherlands Special Operations Command al met de software.

Pionieren
“De reden dat we dit niet volledig centraal kunnen aanlopen is dat iedere eenheid andere behoeftes heeft”, weet Joris. “Het systeem is in de basis hetzelfde, maar je kunt er diverse plug-ins aan toevoegen. Wat dat betreft is iedereen zelf wat aan het pionieren, maar tegelijkertijd delen we ook onze kennis en ervaringen binnen de ‘ATAK-community’ en leren we van elkaar.” “Je kunt in het systeem aanvinken welke informatie, ofwel plug-ins, je wel en niet wilt zien als operator”, vult Smash aan. “Dat werkt op zich heel handig, maar je moet het ook wel enigszins met elkaar afstemmen. Je kunt bijvoorbeeld informatiepakketjes maken per operatie.” “Het mag duidelijk zijn dat we de inrichting en het gebruik ervan dus nog goed moeten finetunen”, besluit Joris. “Mensen erin opleiden is een volgend aandachtspunt, dat is misschien nog wel een grotere taak dan de technische oplossing zelf.”
Implementatie ATAK
Het ATAK-testsysteem dat tijdens Falcon Spring wordt gebruikt, is grotendeels ontwikkeld door KIXS (de innovatieafdeling van het Joint IV Commando van Defensie) in samenwerking met de afdeling Concept Development & Experimentation van het HWC. Team Digitalisatie van het DHC helpt bij het ontwikkelen van de uiteindelijke ATAK-oplossing. Daarbij is input vanuit de operationele squadrons, zoals 301 (Apache), 298 (Chinook) en het samengestelde Combat Service Support Squadron van vitaal belang voor het opleveren van een goed product.
