.
Tekst: Evert Brouwer en Arno Marchand
Gripens bijgetankt
Voor het eerst zijn Tsjechische JAS 39 Gripens in de lucht bijgetankt door een Airbus A330 MRTT van de Multinational Multirole Tanker-Transport Unit (MMU).
Dat gebeurde op 27 februari. Meestal starten afnemers het certificeringsproces voor de A330 MRTT. Omdat de toestellen onder Nederlandse vlag opereren, bekijkt de Nederlandse Militaire Luchtvaartautoriteit vervolgens de documenten. In nauwe samenwerking met de MMU bepaalt het of er daadwerkelijk tests benodigd zijn, zoals in dit geval met de Gripens. De tankvlucht markeert het einde van dat intensieve certificeringsproces. Daarmee heeft de MMU weer een toestel toevoegt aan de lijst met vliegtuigtypes die in de lucht mogen worden bijgetankt. Dat zijn er inmiddels dertien.
Tsjechië is één van de zes partnerlanden binnen de MMU. Die vloot bestaat nu uit zeven A330 MRTT’s en daar komen er vooralsnog nog drie bij. De JAS 39 Gripen maakt om in de lucht te tanken gebruik van het hose and drogue-systeem. De luchtmacht van het land beschikt over twaalf van deze jachtvliegtuigen, die het leaset van Zweden. Foto: Tsjechische luchtmacht.
Beter op de hoogte
Als voorbereiding op de uitzending naar Irak, hebben eind vorige maand nog eens drie CH-47 Chinooks van 298 Squadron en hun bemanningen een bergtraining afgewerkt in Noord-Italië. Het ging om crews die zich niet konden kwalificeren tijdens de jaarlijkse oefening High Blaze, die halverwege 2023 plaatsvond.
Ook nu vormde de Amerikaanse Aviano Airbase de uitvalsbasis voor de Nederlandse transporthelikopters. Dit soort oefeningen vinden sinds 2015 plaats op Aviano, dat vlak bij de Dolomieten ligt. De training maakt beginnend personeel vertrouwd met vliegen boven en tussen de bergen. Voor de Chinook is de zogenoemde ridge landing (foto) een van de belangrijkste technieken om te oefenen: met alleen de achterwielen en laadklep rustend op de rotsen al hoverend troepen en materieel op moeilijk toegankelijke plekken afzetten. Foto: KLu
Meer vluchten Gaza
Een C-130 van 336 Squadron dropte ook begin maart voedselpakketten boven Gaza. Het ging in eerste instantie om zestien bundels. Nederland werkte bij deze operatie samen met transporttoestellen van onder meer België, Jordanië en de Verenigde Staten. Het toestel vloog vanaf een basis in Jordanië.
Nederland blijft zich met internationale partners inzetten voor meer humanitaire hulp aan de bevolking. De meest effectieve manier om op grote schaal goederen in Gaza te krijgen, is over land. Maar omdat die toegang te beperkt is, gebeurt bevoorrading nu ook door de lucht. Israël gaf toestemming voor de operatie.
Een maand geleden dropte Nederland samen met Jordanië medische hulpgoederen boven Gaza. Die waren bestemd voor een Jordaans veldhospitaal. (Zie het artikel in de Vliegende Hollander 01-02). Foto: Defensie
Basis Irak in opbouw
Een genieteam van de landmacht is in de tweede week van maart op Al Asad Airbase in Irak begonnen met de bouw van het onderkomen voor het 120 militairen tellende helikopterdetachement van de Koninklijke Luchtmacht.
De helikopters worden naar verwachting vanaf mei ingezet voor de NAVO-missie in Irak (NMI). Het helikopterdetachement wordt dan ingezet voor onder meer bevoorrading van eenheden en verplaatsing van adviseurs, eenheden en materieel. Wanneer ze hiervoor niet nodig zijn, kunnen ze ook opdrachten uitvoeren voor Operation Inherent Resolve.
Het team is ingevlogen met een Antonov An-124, na de vernietiging van de enige Antonov An-225 het grootste transportvliegtuig ter wereld. Aan boord waren onderdelen van zo’n twaalf meter lang, die niet in een regulier transportvliegtuig passen. Foto’s: Defensie
Houdoe Delta, eerste Echo binnen
De luchtmacht zwaaide begin deze maand de laatste drie AH-64D’s uit. Daarmee eindigde het tijdperk van de tweede generatie Apache-helikopters (na eerst de AH-64A) bij de luchtmacht. Met de aankomst van de AH-64E op Gilze-Rijen begint ook een nieuw hoofdstuk.
De eerste van dertig Boeing AH-64D’s stroomde in 1998 in, de laatst afgeleverde dateert van mei 2002. De laatste drie Delta’s die bij 301 Squadron vlogen, zijn voor het transport gedemonteerd op Vliegbasis Woensdrecht en met diepladers naar de haven in Antwerpen gebracht. Daarna volgt de reis naar de Verenigde Staten. De toestellen keren dan over ruim een jaar terug als gemoderniseerde AH-64E’s.
De eerste gemoderniseerde Apache Echo landde op 14 maart op Vliegbasis Gilze-Rijen waar het als welkom een traditionele waterboog kreeg. De ‘Echo’s’ zijn al in gebruik bij het 302 Squadron op Fort Cavazos in Texas. In totaal krijgt dat squadron er acht. De overige twintig Apaches komen op Gilze-Rijen te staan. De toestellen worden met een C-17 Globemaster naar Vliegbasis Woensdrecht gebracht waar ze het acceptatieproces doorlopen. Halverwege 2025 moeten alle gemoderniseerde helikopters zijn geleverd. De helft van de Apache-vloot krijg een Fire Control Radar boven op de rotorhead, zoals op de foto. In volgende nummers van de Vliegende Hollander meer over de AH-64E. Foto’s: sergeant Gregory Fréni
Nog even genieten van Super Sabre
Het Nationaal Militair Museum (NMM) gaat vernieuwen en daarom gaat – onder andere – de F-100 Super Sabre naar het depot. Dankzij donaties van vele donateurs is dit toestel een paar jaar geleden van de ondergang gered, volledig gerestaureerd en als een van de pronkstukken in het museum geplaatst.
Voor het tienjarig bestaan van het NMM gaat een groot aantal voertuigen en vliegtuigen wisselen, zo ook de F-100. De Super Sabre is niet zomaar een straaljager. Het gaat om het eerste vliegtuig dat in horizontale vlucht door de geluidsbarrière brak. Van 1956 tot 1960 vloog de F-100 bij het Amerikaanse 32nd Fighter Day (later Interceptor) Squadron vanaf Vliegbasis Soesterberg. Wie de Super Sabre nog een keer wil zien, heeft daarvoor de laatste kans in het weekend van 10 en 11 mei. Foto’s: NMM
Chinook-bemanningen oefenen brandblussen
Het blussen van branden met een helikopter is een vaardigheid waarvoor een aantal helikopterbemanningen zich jaarlijks moet kwalificeren. Dat gebeurde eind maart een week lang op De Vlasakkers. Daar werkten 298 Squadron, het Mobile Air Operations Team van Vliegbasis Gilze-Rijen, Brandweer Nederland en de Veiligheidsregio Noordoost-Gelderland (VNOG) samen om deze vaardigheid tot in de puntjes te beheersen.
Op het moment dat een brand niet of moeilijk bereikbaar is voor de brandweer op de grond, kan een beroep worden gedaan op de helikopters van de luchtmacht. Fire Bucket Operations kunnen zowel door Chinooks als door Cougars worden uitgevoerd. Blussen gebeurt met een bluszak die onder de helikopters hangt: een Bambi Bucket. Dat doet de bemanning overigens op aanwijzingen vanaf de grond. Altijd is de VNOG de instantie die dat aanstuurt. Vandaar dat er goed geoefend moet worden. Het was bij elkaar dan ook een flinke operatie, waarbij naast diverse Chinooks zo’n zeventig personen van Vliegbasis Gilze-Rijen betrokken zijn. Water halen deden de Chinooks in het riviertje de Eem, even ten zuiden van Amersfoort, waar de helikopters veel bekijken trokken. Foto’s: Sergeant Gregory Fréni
Prince of Wales bezoekt Rotterdam
Een bijzonder bezoek, eind maart in Nederland. Vliegkampschip HMS Prince of Wales, het tweede schip van de Queen Elisabeth-klasse, legde op 19 maart aan in Rotterdam. Het schip was net teruggekeerd van de grote NAVO-oefening Steadfast Defender.
Met een lengte van 284 meter en een breedte van 73 is het vliegkampschip een imposante verschijning. De komst ervan is een primeur. Het eerste bezoek aan Rotterdam in juni 2020 ging door corona niet door. In 2009 was HMS Illustrious de laatste (Britse) carrier die Nederland bezocht. Die was met 210 meter lengte en 36 meter breedte een heel stuk kleiner.
Aan boord van de Prince of Wales is plaats voor 1600 bemanningsleden en 36 F-35B’s (de versie die verticaal kan starten en landen), maar voor Steadfast Defender waren dat er acht. Voor aankomst in Rotterdam waren deze toestellen al naar hun thuisbasis gevlogen. Wel aan boord waren nog zes Merlins, onder andere in de airborne early warning-variant. Daarvoor draagt de helikopter een radar met een opblaasbare koepel aan de zijkant van de romp (zie eerste foto in de carrousel hieronder).
Zo’n zes weken lang oefende de Prince of Wales in Steadfast Defender. Onbedoeld, want eigenlijk zou zusterschip HMS Queen Elizabeth afreizen naar Noorwegen, maar vanwege technische problemen moest dat verstek laten gaan. Maandag 25 maart keerde het schip terug naar Portsmouth. Foto’s: Herman Zonderland