Oorlogvoeren kun je aan Amerikanen gerust overlaten. Tijdens Red Flag hebben vliegers twee weken lang de illusie bij een groot conflict betrokken te zijn. Dat moet ook, want de grootste, beste oefening ter wereld op het gebied van combined air operations, bereidt hen voor op situaties waarin er maar één de winnaar is. Niet geheel onbelangrijk: de luchtmacht doet voor het eerst met de F-35 mee!
Tekst: André Twigt | Foto’s: sergeant-majoor Jan Dijkstra | Video: adjudant Eva Klijn
Red Flag was voor menig deelnemer een oefening om niet snel te vergeten.
Wie in Las Vegas rust zoekt, moet niet bij Nellis Air Force Base gaan wonen. Van alle oefeningen hier is Red Flag de bekendste en de luidruchtigste. Tijdens de zeer realistische luchtverdedigingsoefening draait het om grote getallen. Drie keer per jaar kiezen waves van vijftig tot tachtig toestellen twee weken lang het luchtruim. Spotters hoor je niet klagen; aan variatie geen gebrek. Voor iedere missie stijgt een overdaad aan F-15’s, F-16’s, F-18’s, F-35’s, B-52’s, tankers en AWACS’en – en wat al niet meer – kort na elkaar op.
Tijdens de eerste oefenweek van Red Flag waren al enkele successen te melden.
Vuur aan de schenen
Het luchtruim dat ter beschikking staat, is eveneens echt Amerikaans. De verderop gelegen Nevada Test and Training Range is ongeveer zo groot als Zwitserland. “Here is where de magic happens”, begint detachementscommandant luitenant-kolonel Pascal ‘Smiley’ Smaal met een vrolijke noot. Om deelnemers het vuur aan de schenen te leggen, is de range volgestouwd met moderne grondgebonden dreigingssystemen. Na te zijn uitgeschakeld, komen sommige met een druk op de knop weer tot leven. “Dat maakt het gevechtsveld uiterst onberekenbaar”, aldus Smaal. Daarbij is er ook nog een agressor-eenheid: Red Air beschikt over een variëteit aan toestellen. Soms zijn er wel twintig tot dertig tegenstanders in de lucht.
De Nederlandse commandant bestempelt Red Flag editie 2024 als een regelrechte game changer. Was met de F-16 opereren in de middenmoot het hoogst haalbare. Nu vliegen de Nederlanders in de voorste gelederen van de packages en schakelen ze als eersten vijandelijke doelen uit. Smaal is daarover meer dan opgetogen. De laatste jaren is de vijandelijke luchtverdediging zo in kracht toegenomen, dat je met een F-16 niet langer in de buurt van een doel kan komen. “Door zijn stealth eigenschappen lukt dat met de F-35 wel.”
Red Flag is gericht op het opzetten van een effectieve luchtverdediging, het uitschakelen van vijandelijke toestellen, het penetreren in vijandelijk luchtruim en het uitschakelen van vijandelijke doelen op de grond.
‘Vliegers weten daardoor beter wat er om hen heen gebeurt’
Aanval of verdediging
Andere kwaliteit is sensorinformatie over vooral vijandelijke posities delen. Dat gebeurt met eigen toestellen of met die van coalitiepartners. Vliegers weten daardoor beter wat er om hen heen gebeurt. Zo groeit hun omgevingsbewustzijn. Een aanval of verdediging verloopt zo meer gestructureerd en effectiever. Smaal: “Geïntegreerd samenwerken doen we met alle 5th Gen- en tot op zekere hoogte met 4th Gen -toestellen. Tijdens Red Flag beoefenen we het onafgebroken.”
De overste benadrukt dat met de komst van de F-35 de rol van de oudere toestellen absoluut niet is uitgespeeld. Zodra de 5th Gen jets de luchtdreiging hebben weggenomen, kunnen 4th Gen kisten wel in de buurt van hun target komen. Ook deze werkwijze komt tijdens Red Flag bij herhaling aan bod.“ Groot verschil met een F-16 is dat je met de F-35 ook bij slecht zicht en bij nacht een doel met grote precisie kunt opsporen, identificeren en aanvallen. Met de F-16 zijn die mogelijkheden beperkt.”
Van de dertien Nederlandse F-35’s zijn acht afkomstig van 313 en 322 Squadron. De andere vijf vijf horen bij het Nederlandse Opleidingsdetachement F-35 (NODF-35) op Luke Air Force Base. “Het is voor het eerst dat vliegers-in-opleiding aan Red Flag deelnemen”, begint luitenant-kolonel Joost ‘Niki’ Luijsterburg.
De Amerikaanse strijdkrachten ondersteunen Red Flag met onder meer KC-135 tankers en F-18 gevechtsvliegtuigen.
‘Alles wat daar gebeurt, is supergeheim’
Van een plaatje
De commandant NODF-35 begrijpt dat Nellis een eerste keer intimiderend kan zijn. Hier gaan jonge vliegers dingen doen die ze tot voor kort alleen op een lager niveau deden. Daarbij is de basis een beetje mystiek. Sowieso is het ‘The home of the fighterpilot’. Verderop liggen Area 51 en Dreamland. Locaties waar de gevechtsvliegtuigen van de toekomst worden getest. Allemaal supergeheim. Vlieg je er overheen, dan mag je meteen naar huis. “Verder zie je op Nellis vliegtuigen, die de meeste jonge vliegers alleen van een plaatje of internet kennen. Sommige leerlingen liepen de anderhalve kilometer lange flight line af. Eagles, Growlers, Raptors; hier staan ze allemaal. Daarna stapten ze in hun F-35 en vlogen ze erlangs. Dat is toch een jongensdroom die uitkomt? Sommigen kregen de glimlach niet van hun gezicht.”
Een opgetogen gezicht na een geslaagde vlucht.
Er heel dicht op
Dat Red Flag imponeert, beaamt leerling-vlieger eerste-luitenant Jurre ten volle. De eerste keer in de lucht waren er maar liefst tussen vijftig en zestig kisten actief. “Dat is heel anders dan oefenen vanaf Luke Air Force Base. Daar bestaat het grootste verband uit twaalf toestellen.” Boven de range hield Jurre zich aardig staande. Met de tactische F-35 training op Luke bijna achter de rug, slaagde hij erin boven vijandelijk gebied meerdere keren luchtafweer uit te nemen. “Ik zat er heel dicht op.”
Als Blue Air namen Jurre en zijn collega’s het ook op tegen F-15’s, F-16’s en F-35’s. “Met zoveel sensoren loopt je emmertje snel over. Het vuur wordt je hier echt aan de schenen gelegd. En dan heb je nog de no fly zones midden in het oefengebied. Door die centrale ligging moet je hiermee bij de planning goed rekening houden.” Toen hij weer op Nellis landde, viel er naar Jurre’s zeggen een last van hem af. Er bekroop hem een gevoel van blijdschap; hoe leuk is het hier te zijn. “Helemaal toen ik langs de hangar van het US Air Force ThunderbirdsDemonstration Team taxiede. Je voelt je dan heel bevoorrecht. Een jongensdroom komt uit.”
Commandant van het Nederlands Opleidingsdetachement F-35 luitenant-kolonel-vlieger Joost 'Niki' Luijsterburg vindt Nellis een beetje mystiek. Commandant van het Nederlands F-35 Detachement luitenant-kolonel-vlieger Pascal ‘Smiley’ Smaal: "Here is where the magic happens."
'Betere trainingsmogelijkheden zijn een absolute noodzaak'
Meer gronddreiging
Het typische realisme van Red Flag zou overste Luijsterburg graag naar Nederland exporteren. Hij pleit dan ook grondgebonden dreigingssystemen aan te kopen. “We hebben deze zenders hard nodig om ze in onze day-to-day-training te verwerken. Die komen dan op Vliegbasis Leeuwarden, op de Waddeneilanden of in de Marnewaard te staan. Met meer gronddreiging tillen we ook Frisian Flag naar een hoger niveau. Dat we daarmee een stukje Red Flag naar Europa halen, is geen grootspraak. Bij de laatste editie stonden er zo’n zestig kisten op de flightline. Met de huidige situatie in de wereld zijn betere trainingsmogelijkheden een absolute noodzaak.”
Nachtvliegen was voorbehouden aan de meer ervaren vliegers.
Mijlpaal
Tijdens zijn bezoek aan Red Flag constateert commodore Johan van Deventer dat de luchtmacht met de F-35 fikse vorderingen heeft gemaakt. Tijdens de eerste oefenweek in de VS slaagde het detachement er al in om successen op de oefenvijand te behalen. “Dit bij een high end training voor elkaar krijgen, laat zien dat de Nederlandse F-35 gemeenschap toe was aan een volgende stap”, aldus de Commandant Air Combat Command. “We hebben steeds meer massa gekregen en we kunnen dit niveau aan. Ik beschouw Red Flag dan ook als een mijlpaal in de transitie naar de 5e generatie luchtmacht.”