Tekst ritmeester Saminna van den Bulk
Foto luitenant-kolonel Elmar Hermans

Ver buiten onze landsgrenzen, bij een ander krijgsmachtsdeel of in het bedrijfsleven: luchtmachters zetten zich overal ter wereld in voor de defensieorganisatie. In deze rubriek vertellen zij over hun bijzondere plaatsing. 
 


Wie: luitenant-kolonel Elmar Hermans (54)

Functie: Defensieattaché Australië en Nieuw-Zeeland

Standplaats: Canberra, Australië
 

Werken

Geen dag is voor Hermans hetzelfde, vertelt hij vanuit zijn woon- en werkplaats Canberra. In juli 2017 vertrokken hij en zijn vrouw Simone naar Australië, waar Hermans op de Nederlandse ambassade werkt als dé intermediair tussen de Nederlandse, Australische en Nieuw-Zeelandse krijgsmacht. “Alle vragen en uitnodigingen gaan via de attaché. Ik faciliteer bezoeken van delegaties en onderhoud contacten met militair attachés uit andere landen.” 

Hermans krijgt bezoek van premier Mark Rutte.

Hermans was nog nooit in het land geweest, maar zag een kans. “Australië en Nederland hebben veel raakvlakken. We hebben samen de F-35 aangekocht. Waar mogelijk delen we informatie en kennis nu Australië een nieuwe onderzeeboot ontwerpt. En ook de Bushmaster is hier geproduceerd.”

Elmar Hermans en zijn vrouw Simone Steendijk bij de Australische luchtmacht.

‘Australië en Nederland hebben veel raakvlakken’

Kortom, een krijgsmachtsbrede link. “De uitdaging hier is om Australië bij Nederland goed op de kaart te zetten en vice versa; de afstand met Nederland letterlijk en figuurlijk te overbruggen. Dat is een constante strijd. Neem de 5e generatie luchtmacht, een hot item in zowel Nederland als Australië. Binnen dit brede onderwerp is samenwerking echt mogelijk. Daar zet ik me voor in. Maar het feit dat het 30 uur kost om hier te komen, schrikt mensen soms af.” 

Ook reist Hermans heel wat af. “Australië lijkt misschien klein op de kaart, maar in vergelijking reis ik bijna heel Europa door. Even een treintje pakken is er niet bij. Je moet hier bijna alles vliegen.” Duidelijk geen 8 tot 5-job, want het werk gaat ’s avonds en in het weekend gewoon door.  

Australië was in 2018 het decor van de Invictus Games. De atleten en de staf werden op het vliegveld verwelkomd door onder andere Hermans (midden) en zijn partner Simone Steendijk (rechts). Foto’s: sergeant Jasper Verolme.

Leven

Een ding scheelt: reizen zit bij zowel Hermans als zijn vrouw in het bloed. Zo ontdekte het stel de Filipijnen en Vietnam op de tandem. Beide waren ze op zoek naar een baan in het buitenland, toen er een defensiestoel aan de andere kant van de wereld vrij kwam. “Mijn vrouw werkte als hoofdcommissaris bij de politie. Zo’n baan verlaat je niet zomaar. Toch was de verhuizing een goede keus, want wij voelen ons hier nu beiden thuis.” 

‘Wij voelen ons hier nu beiden thuis’

Het leven down underverschilt weinig van het Nederlandse. Beide zijn westerse landen, die momenteel staan voor een globaal probleem: de coronacrisis. “Het hamsteren begon hier al een paar weken geleden; de run op toiletpapier hebben wij al gehad.” Waar Nederlanders namelijk vooral naar ontwikkelingen in Europa kijken, richten Australiërs de blik op de regio en dus China. “Er wonen en werken hier veel Aziaten, dus de angst dat het virus over zou slaan, zat er snel in.” 

Het is de tweede crisis die Hermans meemaakt in het land. Van september tot en met februari werd Australië geteisterd door bosbranden. Een gebied zo groot als 3 keer de oppervlakte van Nederland werd in de as gelegd. “Op 10 kilometer van huis konden we de vlammen zien. Too close for comfort”, zegt Hermans. “Echt bang waren we niet, maar we hadden wel een plan voor het geval dat. De auto stond volgetankt klaar in de garage. We zetten de wekker om de 2 uur om de situatie in de gaten te houden. Absurd.” 

Van september 2019 tot en met februari van dit jaar werd Australië geteisterd door gigantische bosbranden. Hermans zag de vlammen vlakbij zijn huis. “Echt bang waren we niet, maar we hadden wel een plan voor het geval dat.” Foto: luitenant-kolonel Jamie Martin van de Australische luchtmacht.

“In zo’n situatie verwachten we in Nederland dat de overheid het probleem aanpakt. Maar Australië is verdeeld in autonome staten: iedere staat heeft haar eigen aanpak.”  Wat opviel: “De zelfredzaamheid en het gevoel van gemeenschap is hier groot. Mensen helpen elkaar, vrijwilligers komen massaal op de been.” 

‘De zelfredzaamheid en het gevoel van gemeenschap is hier groot’

Als attaché probeerde hij ook zijn steentje bij te dragen. “Ik kreeg van een luchtmachtcollega informatie over een instantie in Nederland, die zich bezighoudt met het vruchtbaar maken van geërodeerde grond. Zo probeer je te helpen waar je kan.”

Wonen

Hermans woont midden in de natuur, aan de rand van de Australische hoofdstad Canberra. 1 zeecontainer spullen mocht het gezin meenemen uit Nederland. “Met eigen meubels en spullen voelt het nu echt als ons thuis”, vertelt de attaché. 

Toch blijft het reizen kriebelen. Het stel zit tot juli 2021 in Australië. Tot die tijd proberen ze, zover het werk het toelaat, zoveel mogelijk van het gebied te zien. “Tasmanië, Perth, de westkust, Nieuw-Zeeland; ook Darwin wil ik nog graag bezoeken. Door omstandigheden ben ik daar nog niet geweest. We grijpen de kans nu het kan.”  

Hermans en zijn vrouw proberen zoveel mogelijk van het gebied te zien in hun vrije tijd. Hier een foto van het duo in Nieuw-Zeeland.