Tekst ritmeester Saminna van den Bulk
Foto sergeant-majoor Hille Hillinga
Bijzonder contrast in evenwicht
Natuurgebied de Vliehors is regelmatig het decor voor oefeningen van de Koninklijke Luchtmacht. De Cornfield Range ligt middenin dat beschermde gebied. Eind januari dropte jachtvliegtuigen nog een heel aantal bommen met explosieve lading op het terrein. Tegelijkertijd zorgt de luchtmacht goed voor de flora en fauna. Een natuurliefhebber, tevens luchtmachter, en een ecoloog leggen uit hoe de luchtmacht dit bijzondere contrast in evenwicht houdt.
In een weids natuurgebied, vol met botsende belangen, loopt adjudant Henk Veerdig ons tegemoet. “Welkom in mijn paradijs”, glimlacht hij. De Cornfield Range heeft op het eerste gezicht weinig weg van een oefenterrein, zo in de duinen en omringd door het zacht wiegende helmgras. “Totdat de vlaggen worden gehesen”, weet Veerdig. Dan vallen de bommen in het westelijke deel of slaan de kogels in op oefendoelen, zoals containers. Veerdig vond op Vlieland zijn thuis en werkte 15 jaar als meteoroloog op de Cornfield Range. Inmiddels is hij locatiemanager van Vliegbasis Deelen. Sinds 5 jaar organiseert de Vlielander militair-historische natuurwandelingen op het westelijke deel van het eiland. De plek waar de luchtmacht sinds 1948 huist met detachement ‘Witte Muizen’.
Biotoop
Op de Cornfield Range heerst een bijzonder contrast, volgens Veerdig. “Aan de ene kant is het een natuurrijk biotoop. Het eiland is een kraamkamer voor de natuur met zijn kwelwateren.” Ook is het gebied een hangplek voor de scholekster. De zeldzame strandplevier broedt er kuikens uit. Het gebied valt onder Natura 2000, een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. Daarbij is het waddengebied ook nog eens UNESCO Werelderfgoed. “Aan de andere kant is het de enige plek in Nederland waar F-16’s mogen oefenen met zogenoemde ‘live weapons’.”
Bommen en natuur
Dat is dan ook precies de reden waarom de luchtmacht juíst op de Vliehors bommen dropt. Het is het antwoord op een veel gestelde vraag tijdens Veerdigs natuurwandelingen. “Nederland heeft Defensie om het land te beschermen, maar dat betekent ook dat we klaar moeten zijn voor het gevecht. Oefenen kan niet boven de Randstad, dus wijken we uit naar gebieden waar meer natuur is.
“Defensie is verantwoordelijk voor de natuurwaarden op haar terreinen”, vertelt defensie-ecoloog Karen Krijgsveld van Bureau Natuur. “Door onze activiteiten mogen beschermde natuurwaarden niet achteruit gaan.” Ze legt uit welke afspraken er zijn gemaakt om negatieve effecten op de natuur te voorkomen. Tussen 15 september en 1 maart mogen Nederlandse vliegers, maar ook die van andere NAVO-landen, maximaal 70 bommen in het gebied droppen. In het broedseizoen wordt dus niet met bommen gegooid. Voor omwonenden zorgt geluidsoverlast voor de meeste hinder. Daarom meet Bureau Geluid continu het geluidsniveau. Grens bereikt? Dan staakt het vuren.
“De trainingen zijn niet alleen voor ons”, weet Veerdig, “maar ook voor buitenlandse detachementen. Omgekeerd oefenen onze vliegers ook in hun landen. We zullen dit toch samen moeten oppakken.”
Geven en nemen
Defensie en Vlieland zijn al decennia met elkaar verbonden. “Voorheen werkten 100 man op de Cornfield Range”, vertelt Veerdig. “De luchtmacht zorgde er voor werkgelegenheid. Nu telt de range nog maar 10 man personeel. Maar de verwevenheid blijft. Zo hebben de eilanders sinds kort een zonneweide op verpachte Defensiegrond. Beschermd achter ‘onze’ hekken, goed voor de stroomvoorziening van 300 huishoudens. Zo geeft Defensie ook iets terug. Het is een kwestie van geven en nemen.”
Vaste rijroutes
Voor het grondgebonden werk is er een beheerplan. Vaste rijroutes voorkomen dat militaire activiteiten strandbroeders verstoren. Staatbosbeheer telt de vogelpopulatie, schermt broedgebieden af en ziet erop toe dat ook recreanten die in het weekend de Vliehors op mogen, zich aan vaste rijroutes houden. Krijgsveld: “Doordeweeks is de Cornfield Range afgesloten voor bezoekers in verband met oefeningen. Daardoor doen vooral de strandbroeders het goed, want ze worden niet gestoord door recreanten. Sinds 3 jaar zit er zelfs een lepelaarkolonie in het oefenterrein. Een goed teken.”
Overvliegregels
Ook voor overvliegen zijn en worden regels opgesteld. In 2008 zegde de toenmalig staatssecretaris van Defensie Jack de Vries toe dat voor het militaire vliegverkeer een natuurvergunning geregeld moest worden voor vluchten boven het hele land. Als eerste werden in 2014 de regels voor de laagvlieggebieden voor helikopters van kracht. Over de regels van overige vliegactiviteiten wordt momenteel gepraat. Dit zijn onder meer de vliegoefeningen boven de Vliehors en de transitievluchten over het Waddengebied.
Vliegbewegingen boven Vliehors
Het aantal vliegbewegingen boven de Vliehors neemt af. Van bijna 1.200 begin vorig decennium, naar 950 in 2018. Ecoloog Krijgsveld: “We oefenen vaker op andere manieren en jachtvliegtuigen vliegen bijvoorbeeld steeds vaker hoger in de lucht. Daardoor is de overlast op de grond kleiner.”
Het spel kennen
De effectonderzoeken van het vliegverkeer op de natuur lopen. Zo is inmiddels duidelijk dat vaste vliegroutes voor vogels een groot verschil maken, zegt Krijgsveld. “Vogels op het wad overtijen vaak op een vaste plek, dus de vogels die op de Vliehors zitten, kennen het spel. Als de F-16’s beginnen met oefenen, dan vliegen de vogels een stukje opzij. Daarna reageren ze niet meer, omdat ze gewend zijn geraakt aan die vaste oefenrondjes, en dat er verder niets gevaarlijks gebeurt.” Toch doen de scholeksters in de Waddenzee het slecht. Defensie steunt het project om te onderzoeken waarom. De vogels zijn gezenderd en er wordt gekeken wat het effect is van de vliegoefeningen op de Vliehors.
Krijgsveld: “Feit blijft wel dat het een lange adem vergt. Procedures nemen tijd in beslag, evenals ecologische studies.”
Henk Veerdig wandelt elke zaterdag van de oneven weken over ‘zijn’ Vlieland met recreanten. Een ochtend vol natuur- en militair-historische informatie, helemaal gratis. Aansluitend neemt Veerdig de wandelaars mee naar de oude meteo op de kazerne, waar hij een tentoonstelling inrichtte. Benieuwd? Kijk dan op www.expometeovlieland.nl.