Journaal

Emblemen krijgsmacht online

Sinds eind april biedt Defensie op haar website een compleet overzicht van de actuele, officiële emblemen binnen de krijgsmacht. Veel daarvan worden door militairen gedragen op hun uniform, bijvoorbeeld op baret, kraag of mouw. Zo is zichtbaar bij welk wapen, dienstvak of onderdeel van Defensie ze werken. Andere emblemen worden gebruikt op wapenschilden, bijvoorbeeld op schepen of bij vliegbases.
Om de emblemen op dezelfde wijze te presenteren zijn ze opnieuw getekend. Dit gebeurde op basis van de oude tekeningen. De emblemen met een officiële status zijn aangevraagd door een eenheid, goedgekeurd door de commandant van het krijgsmachtdeel en door een speciale traditiecommissie binnen dat krijgsmachtdeel. Bij sommige krijgsmachtdelen wordt bovendien heraldisch advies ingewonnen bij de Hoge Raad van Adel.

Luchtvaartauteur Nico Geldhof overleden

Op 26 maart overleed Nico Geldhof, luchtvaartauteur die onder andere jarenlang als vrijwilliger verbonden was aan het Nederlands Instituut voor Militaire Historie en daarvoor het Instituut voor Maritieme Historie. Op het vakgebied van de militaire geschiedenis heeft hij zijn strepen zeker verdiend, onder meer vanwege zijn grote verdiensten voor de Marine Luchtvaartdienst (MLD). Daarvoor werd hij bij Koninklijk Besluit van 18 augustus 1997 benoemd tot lid van de Orde van Oranje-Nassau.
Geldhof verzamelde veel kennis over de MLD wat leidde tot talloze gewaardeerde en gedegen boeken: de Dornier Wal en Do24K-vliegboten, Nederlanders in de Fleet Air Arm, 70 jaar MLD, een drieluik over het 320 Squadron, de Fokker D.VII en de Sikorsky S.51. In 2017 kwam zijn laatste publicatie uit over de Catalina-vliegboot. Hiernaast schreef hij talloze luchtvaartartikelen. Geldhof werd 89 jaar. Foto: uitgeverij Geromy 

Meidenvaardag, of toch maar vliegen?

Hoe zou het zijn om te werken bij de marine? Ruim 130 jonge dames kwamen daarvoor op 5 april kijken in Den Helder en voeren tijdens de Meidenvaardag mee aan boord van Zr. Ms. Tromp. Defensie wil meiden interesseren voor het beroep van militair, bij de marine of misschien wel bij de luchtmacht. Kyra Feenstra (16) is nog niet overtuigd van een toekomst op zee.
“Ik wil jachtvlieger worden; dat lijkt me het mooiste wat er is.” Als even later een NH90 langs het dek raast, kijkt ze haar ogen uit. Talloze smartphones worden getrokken om snel een selfie met de helikopter te kunnen nemen. De vlieger doet ondertussen zijn best de meisjes te imponeren. “Als ik op een heli terechtkom, is dat misschien toch niet zo erg”, deelt Kyra haar moeder mee na afloop. Los daarvan belooft een wervingsofficier van de luchtmacht Kyra in contact te brengen met een vrouwelijke F-16 vlieger. “Houd die droom vast, meisje, maar eerst je Havo-examen halen!”, zo drukt ze haar op het hart. Foto: Phil Nijhuis

Ereteken in goud voor oud-IGK Cees de Veer

Voormalig Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht en Inspecteur der Veteranen luitenant-generaal b.d. Cees de Veer kreeg op 6 april het Ereteken voor Verdienste in goud. Minister van Defensie Ank Bijleveld-Schouten speldde het hem op na de opening van het nieuwe onderkomen van het Vfonds in Utrecht.
De luitenant-generaal b.d. van de Koninklijke Luchtmacht zette na zijn carrière bij Defensie zijn ervaring in bij het ABP en het Vfonds. Hij was tot 18 februari vicevoorzitter van het fonds dat zich richt op erkenning voor en waardering van veteranen en andere geüniformeerden. Bijleveld stelde dat De Veer veel heeft betekend voor veteranen. "Mede dankzij u kwam de Veteranenwet tot stand, een ongelofelijk belangrijke mijlpaal in de zorg voor onze veteranen. Via uw rol bij het ABP heeft u ook veel kunnen doen voor veteranen op het gebied van schuldhulpverlening. Voor deze merites verdient u erkenning.”
Bijleveld feliciteerde eerder die dag het Vfonds met het nieuwe onderkomen in het centrum van Utrecht en benadrukte het belang van het werk. Het fonds sponsort veel activiteiten, zoals de Liberation Route, Bevrijdingsfestivals en de meerjarige ondersteuning van de Nederlandse Veteranendag. Minstens zo belangrijk is het feit dat het fonds actief is voor en met jeugd en jongeren. Foto: Vfonds

Defensie blijft ‘15 augustus’ ondersteunen

Defensie verleent de komende 5 jaar ceremoniële ondersteuning aan de Stichting Herdenking 15 augustus 1945. Op 6 april werden de handtekeningen onder de intentieverklaring gezet door kapitein ter zee b.d. Frank Marcus (Stichting Herdenking 15 augustus 1945) en generaal-majoor Gijs van Keulen (Defensie).
Elk jaar wordt op 15 augustus het einde van de Tweede Wereldoorlog herdacht, omdat op deze datum in 1945 het Japanse Keizerrijk capituleerde. Dat gebeurt bij het Indisch Monument aan de rand van de Scheveningse Bosjes in Den Haag. Sinds jaar en dag helpt de krijgsmacht bij de voorbereiding en uitvoering.
Momenteel brengt Defensie alle steunverleningen in kaart. Het ministerie vindt maatschappelijke dienstverlening aan herdenkingen als deze belangrijk. Tegelijkertijd moet ook worden afgewogen of de beslaglegging op de krijgsmacht in balans blijft met de operationele taken en inzet. Foto: sergeant Hille Hillinga

Duitse luchtverdedigingseenheid onder Nederlands bevel

De Duitse luchtverdedigingseenheid Flugabwehrraketengruppe 61 kwam op 4 april onder bevel van het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigings Commando (DGLC). Commandant kolonel Jan Blom nam de eenheid op de Luitenant-generaal Bestkazerne in Vredepeel symbolisch over van de Duitse plaatsvervangend Commandant der Strijdkrachten (foto). Ook minister van Defensie Ank Bijleveld, haar Duitse collega Ursula von der Leyen en Commandant der Strijdkrachten luitenant-admiraal Rob Bauer waren aanwezig.
Flugabwehrraketengruppe 61 bestaat uit ongeveer 300 militairen en beschikt over radargeleide kanon- en raketsystemen voor vliegtuig- en projectielbestrijding op korte afstand. De Duitse eenheid blijft gehuisvest in Todendorf in Duitsland. Wel versterken Duitse collega’s de staf, het kenniscentrum en de opleidingseenheid van het DGLC.
Het DGLC is de 5e eenheid die geïntegreerd samenwerkt met Duitsland. Von der Leyen sprak over het vervolg van een speciaal succesverhaal. Ook qua luchtverdediging werken Duitsland en Nederland al langer samen. Zo is sinds het najaar van 2016 al een uitzendbare Duits-Nederlandse Patriot-eenheid operationeel. Binnen het DGLC is inmiddels een binationaal kenniscentrum opgezet ter verbetering van de bestrijding van bemande en onbemande vliegende toestellen en ballistische raketten. Foto: Defensie

Port Defender 2018

Vele facetten van terrorismebestrijding en havenbescherming werden begin april beoefend tijdens Port Defender 2018. Verschillende organisaties tastten af hoe het zit met de onderlinge samenwerking, communicatie en coördinatie.
De Koninklijke Marine, politie, Kustwacht Nederland, gemeenten en havenbedrijven doorliepen een week lang verschillende scenario’s. Er werd geoefend op zee en in de havens van IJmuiden en Amsterdam. Voor ondersteuning vanuit de lucht was het 860 Squadron aanwezig met een NH90. Foto: Martijn Beekman

F-35 klaar met ‘ontwikkelings- en demonstratievluchten’

De F-35 Lightning II maakte op 11 april de laatste testvluchten van de ontwikkelingsfase gemaakt, de System Development and Demonstration (SDD) phase. Dat gebeurde op Naval Air Station Patuxent River in Maryland. Sinds de F-35 in 2006 voor het eerst het luchtruim koos, is er 11 jaar getest. Het toestel maakte 9.200 vluchten en was 17.000 uur in de lucht. De F-35 werd in die jaren op 65.000 punten beproefd.
Al tijdens de SDD-fase is een internationaal team bezig met de Operationele Test en Evaluatiefase (OT&E) waaraan Nederland actief deelneemt vanaf Edwards Air Force Base in Californië. Die zal naar verwachting medio 2019 worden afgerond. In de komende jaren wordt gewerkt aan de verdere ontwikkeling van het toestel. Dit valt onder het zogenoemde Continuous Capability Development and Delivery (C2D2)-programma. Infographic: Lockheed Martin

Koninklijk werkbezoek aan Vliegbasis Eindhoven

Koning Willem-Alexander bracht op 13 april een werkbezoek aan Vliegbasis Eindhoven. Commandant Luchtstrijdkrachten luitenant-generaal Dennis Luyt en commandant Vliegbasis Eindhoven kolonel Elanor Boekholt-O’sullivan onthaalden de koning. Na een korte toelichting op de ontwikkelingen binnen de luchtmacht werd stilgestaan bij de oprichting van het Air Mobility Command, dat zich richt op luchttransport.
Willem-Alexander, zelf gebrevetteerd luchtmachtvlieger, werd verder geïnformeerd over de toekomst van de basis en de taken en operaties van de squadrons en hij sprak met personeel. Ook werd gesproken over de openstelling van de basis voor de civiele medegebruiker Eindhoven Airport. Militairen maken dat mogelijk. Verder was er aandacht voor de ondersteuning aan de hulpverlening na orkaan Irma, de ondersteuning vanuit Eindhoven aan militaire operaties in het buitenland en de strijd tegen ISIS. Foto’s: Louis Meulstee

Monument voor neergestorte Britse bommenwerper

In het Nationaal Park De Alde Feanen (Oude Venen) in Friesland is een monument onthuld voor 3 omgekomen bemanningsleden van een Lancaster. De bommenwerper van de Royal Air Force stortte 76 jaar geleden neer op weg naar Bremen. Nabestaanden van de bemanningsleden waren bij de onthulling aanwezig. 15 april is de datum waarop Friesland van de Duitsers werd bevrijd.
Lancaster R5682 ‘QR-R’ van No. 61 Squadron op RAF Syerston was samen met 75 andere Lancasters, 98 Vickers Wellingtons, 41 Handley-Page Halifaxes en 36 Short Stirlings op weg naar Duitsland. ‘s Nachts zouden ze in Bremen de Focke Wulf vliegtuigfabrieken bombarderen, maar boven de Waddeneilanden werd het toestel geraakt door Duits afweergeschut. De bommenwerper kreeg de genadeklap van de Do.215, gevlogen door Hauptmann Helmut Lent van Nachtjagergruppe 2 van de Vliegbasis Leeuwarden. Ironisch genoeg, stortte de Lancaster om 2.51 uur neer. Van de 251 toestellen van deze missie kwamen er 12 niet terug. Aan boord van de R5682 waren 4 Britten en 3 Canadezen. De vlieger Peter Joshlin, heeft 4 bemanningsleden kunnen laten springen voordat het toestel bij Warten, ten zuidoosten van Leeuwarden crashte. Hijzelf, E.J. May en James Cooper kwamen om het leven.
In 2017 werd begonnen met de berging van de Lancaster. In het wrak werden menselijke botresten gevonden, waarvan het vermoeden bestaat dat het om boordschutter Cooper zou gaan, maar zekerheid daarover is tot nu toe niet verkregen. Op de plek van de crash is ter nagedachtenis het monument Zwaluwmuur verrezen, ontworpen door Nynke Rixt Jukema. De halfronde muur in het water is opgebouwd uit Engelse bakstenen en voorzien van 251 gaten waarin zwaluwen kunnen nestelen. In elk nestgat zit een metalen capsule voorzien van een boodschap. De capsules zijn gemaakt uit de omgesmolten onderdelen van het vliegtuig. Een andere verwijzing is de 32 meter die het monument breed is, net zoals de spanwijdte van de bommenwerper.
Op 15 april ging ook de expositie ‘Geraakt, de laatste vlucht van Lancaster R5682’ in het bezoekerscentrum van het nationaal park open. Foto’s: itfryskegea

Vliegbasis Leeuwarden ontvangt Europese-gekoppelde UAV-simulator

Het 306 Squadron op Vliegbasis Leeuwarden ontving in april een Unmanned Aerial Vehicle (UAV) simulator. Deze maakt deel uit van een project vanuit het Europese Defence Agency (EDA) en is onderdeel van een netwerk van trainingssimulatoren voor onbemande vliegtuigen. Het 306 Squadron is momenteel in oprichting op Vliegbasis Leeuwarden en gaat in de toekomst met de MQ-9 Reaper opereren.
Deelnemende landen kunnen hiermee direct informatie en ervaringen met elkaar delen.
Begin 2016 spraken de EDA en de European Air Group (EAG) af om de samenwerking op trainingsgebied te vergroten. De deelnemende landen (Duitsland, Frankrijk, Griekenland, Italië, Nederland, Polen en Spanje) zijn verenigd in de zogenoemde MALE RPAS-gemeenschap. Deze afkorting gaat om ‘medium altitude long endurance, remotely piloted aircraft system’, dus op afstand bestuurde vliegtuigen voor middelbare hoogte en lange vliegduur. België en Groot-Brittannië hebben zich voor deze gelegenheid ook bij het collectief aangesloten en brengen het aantal op 9 gekoppelde trainingssystemen.
Naast dit netwerk van 9 proceduretrainers hebben de deelnemers afspraken gemaakt over het delen van informatie over onderhoud, logistiek, trainingen en concepten en procedures. Zo is onder andere studiemateriaal van de verschillende Europese opleidingsscholen gelijkgeschakeld. Foto: Reint Jonker