05

Dit artikel hoort bij: de Vliegende Hollander 03 | 2018

Mission Commanders in de dop

Werelden bijeen tijdens Tactical Leadership Programme

Onder de felle Spaanse zon starten zo'n 30 motoren één voor één op. De flightline vult zich met de geur van verbrande peut en de herrie is zonder dubbele gehoorbescherming oorverdovend. Tijdens het taxiën naar de startbaan groeten de vliegers elkaar nog vriendelijk, maar eenmaal in de lucht is het 'oorlog'. De opdracht van vandaag: schakel de vliegtuigen uit ‘Bussia’ uit.

Vlieger majoor Toon hoort bij de vaste Nederlandse staf in Albacete. Tijdens de ochtendbriefing krijgen de vliegers een stortvloed aan informatie over bijvoorbeeld het weer, het dreigingsniveau en andere beschikbare intel.

Het Tactical Leadership Programme (TLP) in het Spaanse Albacete is bedoeld voor jonge vliegers, met 500 tot 1.000 vlieguren op de teller. Tijdens de cursus leren ze leidinggeven aan een formatie van verschillende vliegtuigen om een Combined Air Operation (COMAO) uit te voeren. Tijdens de eerste TLP-cursus van dit jaar werken 4 Nederlandse F-16 vliegers samen met die van Duitse, Italiaanse en Spaanse Eurofighters, Franse Mirages en Rafales, Griekse F-16’s en Spaanse Hornets. "Vliegers zien het vaak als een buitenkans om een TLP-cursus te mogen volgen", weet mission coördinator (MC) majoor Toon, lid van de internationale TLP-staf in Spanje.

Met de 4 Nederlanders die deze TLP-cursus volgen, reizen zo’n 50 luchtmachtcollega’s mee ter ondersteuning. Toon: “Veel disciplines zijn nodig om de toestellen in de lucht te houden. Het is een behoorlijke logistieke operatie, want je weet het nooit; alles kan kapot.”

In het diepe gooien

De cursus bestaat uit 4 intensieve werkweken. De ene dag vallen de vliegers een marineschip aan, de volgende bevrijden ze een gegijzelde collega uit oorlogsgebied. “Bij dat laatste scenario werken Amerikaanse V-22 Ospreys en Italiaanse combat search and rescue-heli’s mee”, vertelt majoor Toon. "Dat zijn mogelijkheden die één land alleen niet kan opbrengen, maar deze TLP-samenwerking maakt veel mogelijk. Veel jongens hebben nog nooit samengewerkt met een helikoptercrew of rescue leader. En elke discipline spreekt haar eigen vaktaal. Ze moeten zich in elkaar proberen te verplaatsen en soms gewoon iets van een andere expert aannemen. We gooien ze in het diepe; op die manier brengen we werelden bijeen."

De Franse Mirage 2000D is 1 van de 8 types straaljager die meedeed aan het eerste TLP van dit jaar.

Gotthardtunnel

Het TLP bestaat in mei 40 jaar. De verhuizing vanuit België naar Spanje, 8 jaar geleden, bleek een goede keuze: het luchtruim is groter en dankzij het goede weer kunnen bijna alle missies doorgaan. Toch ziet de Toon niet alleen maar voordelen. “Midden door ons vlieggebied loopt een strook voor de burgerluchtvaart waarmee we rekening dienen te houden. Elke dag moeten vliegers in een treintje dezelfde route nemen door een soort Gotthardtunnel. Dat kost 65% van onze tijd in de lucht en die gebruiken we liever om te ‘knokken’. Tijdens Frisian of Red Flag kunnen we de helft van de tijd in de lucht echt het gevecht voeren. Daar moeten we met het TLP ook naartoe. Alleen liggen zulke beslissingen op hoog niveau.”

Majoor Toon: “De eerste 2 weken zien we veel eilandjesvorming van nationaliteiten. Het is mooi om te zien dat daarna het vertrouwen en de cohesie groeien en het team weet wat het aan elkaar heeft.”

Springplank

Het scenario en de opdracht tijdens de ochtendbriefing zijn elke dag een verrassing. Wie de leiding heeft, als mission commander (MC), ook. Want dat is waar de TLP om draait: het zijn van een goede MC. Toch komen de Nederlanders niet uit deze opleiding met de kwalificatie van mission commander. "Andere nationaliteiten wel, maar wij kiezen daar niet voor", vertelt Toon, die zelf 2 keer MC was tijdens de Nederlandse inzet boven Irak. "MC zijn is niet niks. Het TLP is een opleiding; het is te schools. Je autorijbewijs moet je ook in het verkeer halen en niet op het schoolplein. Het TLP is een goede voorbereiding op het halen van het MC-examen in Nederland. Daarom geef ik de jongens mee: 'Hier kun je nog een fout maken, probeer eens wat uit'. De tools die ze hier krijgen, vormen een springplank voor de rest van hun carrière."

Tijdens het TLP werken maximaal 10 NAVO-landen samen. Vlieger kapitein Daan: “Tijdens het planningsproces lopen we tegen verschillende denkwijzen en tactieken aan. Soms moet je iemand even zijn gang laten gaan, maar op het juiste moment steken we onze hand op.”

Puzzel

De oefenvijand Red Air komt vandaag uit het fictieve Bussia. Toon: "Het scenario is altijd zo realistisch mogelijk." De MC van de dag heeft na de ochtendbriefing slechts 3 uur om met alle vliegers tot een solide aanvalsplan te komen. "Daar staat normaal gesproken, bijvoorbeeld tijdens Red of Frisian Flag, 3 dagen voor”, vertelt vlieger kapitein Daan. “En vaak heeft de MC het plan dan al voor 80% uitgewerkt." Vandaag zijn de Nederlanders in charge. In de planningroom pent Daan gretig mee op een whiteboard terwijl zijn collega's op- en aanmerkingen maken. Met de informatie van intel, humint en meteo proberen ze de puzzel compleet te krijgen.

De 9 sterren op de staart van deze Mirage herinneren aan evenzoveel Franse collega’s. Zij kwamen om door het neerstorten op de flightline van een Griekse F-16 tijdens het TLP op 26 januari 2015. Op de basis van Albacete is een memorial voor hen gebouwd. Elke TLP vindt daar een herdenkingsceremonie en flyby plaats.

Gaaf gevoel

De staf volgt het proces nauwgezet  van achter uit de zaal . Als er vraagstukken zijn waar de vliegers niet uitkomen, springen ze bij. "Een plan is nooit 100% af als we de lucht in gaan", vervolgt Daan. "De tijdsdruk dwingt ons om goed naar elkaar te luisteren. We leren analystisch denken en gebruikmaken van elkaars kennis en systemen, zonder direct naar de oplossing te springen. De actie in de lucht is niet het meeste werk, die duurt maar een paar uur. Toch is dat wel het gaafste gevoel: zoveel kisten met vliegers die jouw plan uitvoeren, dat is niet iets wat we thuis dagelijks meemaken. In de lucht ga je niet met elkaar in conclaaf. Als de MC opdracht geeft om links te gaan, gáát iedereen links. Dat geeft een kick.”

Het is voor het eerst dat vliegers tijdens het TLP oefenen met de AIM-9X. Toon: “Dat wapen biedt meer mogelijkheden om te kunnen inzetten. Als het erop aankomt, heb je daarmee als vlieger een grotere overlevingskans.”
 

Toekomst met F-35

Aan het einde van dit jaar vindt het TLP voor het eerst plaats vanaf het Italiaanse Amendola. "De doelgroep en de doelstelling van de flying course blijft dezelfde”, vertelt Toon. “Het mooie aan dit uitstapje: deze basis is het Italiaanse thuishonk van de F-35. En dat is ook ónze toekomst. We kunnen gebruikmaken van de Italiaanse faciliteiten en kennis. We kijken uit naar de komst van de F-35, maar vergeet niet: het is ook maar gewoon een vliegtuig. Wél een met aanvullende mogelijkheden. Stilstand is achteruitgang. Als we het TLP relevant willen houden, moeten we innoveren. In Italië krijgen we die kans.”

Na de missie is de dag voor de vliegers nog niet voorbij. Kapitein Daan: “'s Avonds krijgen we een debriefing en evalueren we met de staf. En later nog eens informeel met de vliegers aan de bar. Ook dat is belangrijk voor de samenwerking. De dagen duren te kort.”

Steile leercurve

Een paar dagen later horen de 4 Nederlandse vliegers bij de groep die het eerste TLP van dit jaar afrondden. Toon: "Ze zijn nu een stuk breder opgeleid en weten beter wat ze aan hun NAVO-partners hebben. De Nederlanders scoren hier bovengemiddeld. Ze durven hun mond open te trekken en spreken beter Engels dan de meeste andere niet-Engelssprekenden. Per land zijn er dan wel kwaliteitsverschillen, de mindset zit bij iedereen goed. Iedereen is leergierig en trots op wat 'ie doet. Nederlanders zijn van veel markten thuis, maar dat is ook een valkuil. We denken weleens alles zelf te kunnen. Daar is geen tijd voor. Dan verval je in micromanagement. Vliegers moeten delegeren: zaken uitbesteden. Ik zie elke TLP een steile leercurve; het leiderschap verbetert sterk. Dat maakt mij trots.”

.

Tekst: ritmeester Djenna Perreijn

Foto’s: sergeant Jan Dijkstra