Dit artikel hoort bij: de Vliegende Hollander 10 | 2016
Ops en Log temmen veelkoppig monster
Trainen en sleutelen voor 1 gezamenlijke taak: Airpower leveren
Ontspannen maar tegelijkertijd gedreven zitten de Directeur Operaties (DO) en Materiële Instandhouding (DMI) tegenover elkaar. Maar eigenlijk staan commodores André Steur en Mario Verbeek zij aan zij: want wat eerstgenoemde nodig heeft – airframes – levert de 2e. Juist daar lagen de afgelopen jaren of zelfs decennia de grootste problemen. Te weinig reservedelen zorgde voor dito inzetbare helikopters en vliegtuigen. Dat wordt nu anders bezweren beiden.
‘Geen luchtmachtdagen en geen F-16 demo – dat is pijnlijk’
Airpower, daar zijn we van
Zelf noemen ze het de belangrijkste dialoog, die tussen Ops en Log. Het vormt de kern uit ‘herstel brede inzetbaarheid’, naast de transitie en innovatie hét speerpunt van de Commandant Luchtstrijdkrachten om de materiële gereedheid van hoofdwapensystemen te verbeteren. Steur: “Waar zijn we als luchtmacht nu écht van?, is de vraag die wij ons in deze schaarse tijden steeds moeten stellen. En dat is Airpower leveren. Niets anders. Zonder de inzet daarvan is de inzet van andere krijgsmachtdelen maar beperkt mogelijk. We zijn het dus ook aan onze collega’s van landmacht en marine verschuldigd dat we volledig getraind en inzetbaar zijn. Daarom dus dit jaar geen luchtmachtdagen en wederom geen F-16 demo. Dat is pijnlijk. Maar zonder focus krijgen we dat veelkoppige monster, de achterstand in training en materiële gereedheid, niet in bedwang.”
‘We bleven vliegen – eigenlijk best wel knap’
Reorganisatiestress
Deze situatie heeft een duidelijke reden. Verbeek: “De luchtmacht en heel Defensie kreeg de afgelopen decennia nogal wat over zich heen. Vele reorganisaties, bezuinigingen, recentelijk nog 1 van liefst 30%, en de bedrijfsmatige invoering van SAP en assortimentsgewijs werken. We hebben alles gedaan – en vooral moeten doen – om de organisatie uit de “reorganisatiestress” te halen. Dat we ondanks al die zeer ingrijpende veranderingen en bezuinigingen nog zijn blijven vliegen, is eigenlijk best wel knap. We zijn door een dal gegaan met enorm lage beschikbaarheid van kisten. Dan jaar-in, jaar-uit toch airpower kunnen blijven leveren, verdient een dik compliment aan ons personeel.”
‘Soms maar 2 vliegtuigen op de velden beschikbaar’
Haast te mooi om waar te zijn
“Door de continue uitzenddruk van ruim 2 decennia, hadden we de afgelopen jaren soms maar 2 vliegtuigen op de velden beschikbaar voor de training van onze vliegers”, zegt Steur. Onze helikopter-crews hebben vanwege het urentekort en het gebrek aan een goede simulator al jaren geen operaties in het hoogste geweldsspectrum kunnen oefenen. Niet goed, gezien de ontwikkelingen in de wereld. Niet goed ook voor de andere krijgsmachtdelen die op onze helikopters rekenen. “Ooit hadden we 213 F-16’s. Na alle bezuinigingen zijn dat er nu nog 68 die vervangen worden door 37 F-35’s. Dat is een vermindering van zo’n 85%. Zorgelijk.” Maar eind 2017 (en 2018 voor de helikopters), heeft de luchtmacht zijn inzetbaarheid weer grotendeels terug. Klinkt haast te mooi om waar te zijn, maar beiden hebben er volledig vertrouwen in.
‘Voor het eerst op deze manier ketenbreed zo scherp werken’
U vraagt, wij draaien
Wat is er dan nodig voor herstel? Combat ready (CR) crews, trainen én spullen. “En van dat laatste ben ik”, zegt Verbeek. “Wat heeft de KLu nodig in enge zin, dus voor een gerichte uitzending zoals Mali, of in brede zin, voor een grote artikel 5-inzet. Hoeveel kisten moet het Logistiek Centrum Woensdrecht (LCW, red.) leveren aan de velden voor de taken die zij hebben. Dat is telbaar. De Main Operating Bases (MOB’s, red.) maken van de beschíkbare kisten, inzétbare kisten door flightcrews en line maintenance. Het is eigenlijk voor het eerst dat we op deze manier ketenbreed zo scherp werken. Daarmee nemen we een voorschot op hoe we straks met de F-35 opereren.”
‘60% van alle vlieguren voor missies - slechts 40% over voor jaarlijks oefenprogramma’
Keuzes maken
Steur richt zich op de velden op het weer volledig getraind krijgen van alle flightcrews. “We zijn nu slechts geoefend in een beperkt aantal missies. De afgelopen jaren moesten we keuzes maken wat we wel en niet konden trainen: de nationale en bilaterale taken en de missies in Mali, Afghanistan en het Midden-Oosten. Aan de laatste bijvoorbeeld, ging 60% van al onze beschikbare F-16 vlieguren op. Bleef er slechts 40% over voor het jaarlijks oefenprogramma (JOP, red.). Dat is veel te weinig om iedereen getraind te kunnen houden. Nu staan we met de F-16’s aan de vooravond van een missie Baltic Air Policing met een compleet andere taak, namelijk luchtruimbewaking en -verdediging. Dat vereist dat we ons ook in die missies weer bekwamen.”
‘Dagelijks 42 beschikbare F-16’s, 28 inzetbaar’
Niet makkelijk, maar haalbaar
Herstel F-16 krijgt dus de eerste prioriteit. “Dat moet klaar zijn op 1 januari 2018.”, stelt Verbeek. De helikopters volgen 1 jaar later, met uitzondering van de NH90, nog 1 jaar daarna. Dat toestel heeft eerst nog diverse ‘retrofits’ te ondergaan.
Ik zorg met oog op 1 januari 2018 CR-gereed dat er 42 beschikbare F-16’s voor de velden zijn. De 2 MOB’s maken er daarvan dagelijks 28 inzetbaar, zodat we jaarlijks 9500 uur vliegen, trainen en daarmee CR geraken. Ja, zéker ambitieus, niet makkelijk, maar noodzakelijk en dus haalbaar.”
‘Heel jaar combat ready zijn – meteen op pad kunnen’
Veel met weinig
Met die getallen kan trainen dus weer vanaf komend jaar. En dat is nodig. Steur: “De kracht van de luchtmacht is dat wij onmiddellijk inzetbaar zijn met al onze wapensystemen: binnen enkele dagen, waar ook ter wereld, ongeacht de omstandigheden. Dat is een wezenlijk ander concept dan andere krijgsmachtdelen die meestal eerst een opwerkprogramma hebben voorafgaand aan inzet. Maar dat vereist wel dat de crews op ieder moment CR zijn. We zijn echt een onderdeel dat met weinig spullen veel voor elkaar krijgt. Maar we moeten ook realistisch blijven in onze ambities.”
‘Goed contact met Directeur Personeel’
Personeel
Nog wel even de vraag hoe die airframes gereed komen. Verbeek heeft voor dit productieplan F-16’s en Helikopters in verschillende stadia van onderhoud en/of modificatie staan. “Nu het materieel meer en meer op orde komt, worden gaten in het personeelsbestand eveneens voelbaar. Voor de helikopters concentreert zich dat op het DHC bij het line maintenance en voor de F-16’s op het LCW. Omdat op te lossen is er direct en goed contact met de Directeur Personeel.”
‘Deze periode keihard nodig voor herstel’
Zorg
Daarmee ziet 2017 en goed uit. Afbouw van de missie Mali met Apaches en Chinooks, geen nieuwe missies anders dan de Baltic Air Policing vanuit Litouwen. De agenda staat in 2017 vol met trainingsactiviteiten: Fort Hood, Red Flag, Frisian Flag, Wapeninstructie opleidingen en de niveauopleidingen om Flight Leads op te leiden. Allemaal activiteiten die nodig zijn om de vliegers en ground crews op het juiste niveau getraind te krijgen. Toch heeft Steur ook een zorg. “Wij hebben deze periode keihard nodig voor het herstel. En het militaire advies is dus ook om in deze periode geen missies te verlengen en of hervatten. Maar uiteindelijk beslist de politiek.”
‘Niet meer wij en zij, maar samen’
Geen alternatief
“We zorgen nu ‘gewoon’ dat het materiaal er is”, besluit Verbeek. “Dat doen we samen. Dus vanaf nu niet meer ‘wij – de velden’ en ‘zij – het LCW’. Dat is ook nieuw. En komt een veld er niet uit, dan helpt het LCW.
Natuurlijk is er scepsis of dit plan nu wel gaat lukken. Maar hé, er is gewoon geen alternatief! Dit gáát gewoon lukken. Het is geen hogere wiskunde, maar realiseerbaar. Tuurlijk, er zal vast wel eens een dag een kist minder beschikbaar zijn. Maar de dag erna is er weer 1 meer.”
Tekst: Arno Marchand
Foto’s: Herman Zonderland, René Ketting en Valerie Kuypers