04

Dit artikel hoort bij: Materieelgezien 07

Inkopen voor Oekraïne

Tekst LTZ2OC Djenna Perreijn
Foto SGTMAJ Aaron Zwaal, archief Defensie.

Miljardensteun versnelt ook Nederlandse defensie-industrie

Sinds de eerste leveringen van helmen en scherfvesten in februari 2024 is de Nederlandse steun aan Oekraïne uitgegroeid tot een grootschalig materieelprogramma. Dit jaar besteedt Defensie zo’n 4 miljard euro aan munitie, drones, voertuigen, radars, artillerie, brandstoffen en IT-middelen. De afdeling Inkoop Projecten moet dat geld wijs besteden.

Net als tientallen andere landen helpt Nederland Oekraïne met wapens, uitrusting, training, logistieke ondersteuning en financiële middelen. Qua uitgaven staat ons land in de wereldwijde top vier, na de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. Belangrijk detail: de steun komt bovenop de reguliere Defensiebegroting. Voor de Nederlandse krijgsmacht gaat er dus geen geld ‘af’. “Gelukkig wordt die steun breed gedragen; de Nederlandse bevolking vindt in grote meerderheid de Russische inval in Oekraïne onacceptabel,” zegt kapitein-ter-zee Jorn, hoofd van de afdeling Inkoop Projecten. Samen met de andere inkoopafdelingen van COMMIT rondde zijn team vorig jaar 165 dossiers af voor Oekraïne. Dit jaar worden dat er 287. Dat werk komt bij de reguliere inkoopprojecten voor Nederland.

KTZ Jorn, Hoofd van de afdeling Inkoopprojecten, sprak vorige week over de steun aan Oekraïne op de jaarlijkse COMMIT-inkoopdag. "Het was een nuttige en drukbezochte dag."

‘We leren van Oekraïne’

Win-win

De steunaanvragen uit Oekraïne worden gecoördineerd bij het NAVO-commando NATO Security Assistance and Training for Ukraine (NSATU). Zij verdelen de opdrachten onder de bijdragende landen. Nederlandse opdrachten komen bij de Task Force Oekraïne uit, die ze vervolgens doorzet naar de verschillende COMMIT-inkoopafdelingen. Een groot deel daarvan komt bij het team van KTZ Jorn terecht, dat bestaat uit ongeveer tachtig inkopers waarvan er zo’n twintig zich bezighouden met inkopen voor Oekraïne. Zij kijken ook hoe de kennis bij de Nederlandse industrie kan worden versterkt. “We kopen wat zij nodig hebben en proberen tegelijk onze industrie op te schalen. Dat is een speerpunt van het huidige defensiebeleid. Als onze markt sneller ervaring opdoet met nieuwe technologie, heeft dat blijvende waarde voor Nederland.”

Drones zijn een goed voorbeeld van technologie waarbij kennisuitwisseling belangrijk is. Oekraïne heeft hierin een enorme leercurve doorgemaakt, net als op het gebied van elektronische oorlogsvoering en snel geïmproviseerde munitie- en wapensystemen. “Bepaalde systemen zijn in Oekraïne bedacht, en worden straks mogelijk in Nederland geproduceerd. Daar worden beide landen beter van. Vervolgens zijn wij natuurlijk nieuwsgierig wat in de praktijk goed werkt, en wat niet. We leren van hun kennis, ervaring en innovatie.”

In een vliegtuigloods werken vijf militairen met reflecterende veiligheidshesjes en witte helmen aan een F-16 straaljager. Het toestel staat op bokken; de militairen staan op werkplatforms rond de staart en romp. Op de staart staat het nummer J-882 en een rood-zwart embleem.
Naast nieuw materieel, doneerde Nederland ook eigen hoofdwapensystemen, zoals de pantserhouwitser, Patriot, mijnenjagers en F-16’s. Op de foto krijgt een F-16 een onderhoudsbeurt en diverse modificaties voordat die wordt overgedragen.

Betrokken

Niet al het materieel kan tijdig door Nederlandse bedrijven worden geleverd. Nederland werkt daarom samen met andere EU-landen en met de Oekraïense overheid en industrie. Sinds dit voorjaar zijn er in Kiev, op de Nederlandse ambassade, twee materieelattachés geplaatst. Die helpen bij het leggen van contacten en bezoeken bijvoorbeeld leveranciers. In maart bezocht de kolonel ook zelf Kyiv, samen met een afvaardiging. “Ik ontmoette contactpersonen bij industrie en bij het Oekraïense Ministerie van Defensie die ik tot dan toe enkel via MS Teams sprak.” Het was een belangrijke stap bij de totstandkoming van de in juni ondertekende Memorandum of Understanding (MOU), die draait om inkoopsamenwerking.

Tijdens het bezoek zocht het team enkele keren dekking in schuilkelders na raket- en droneaanvallen. “Niet alle Oekraïners deden dat. Ik merkte dat de oorlog ook onderdeel van het leven is geworden, en het leven gaat ook ‘gewoon’ door. We bezochten fabrieken op ongebruikelijke, onopvallende plekken. Binnenkort zullen die moeten verhuizen, omdat ze doelwit kunnen zijn en te lang op één plek blijven gevaarlijk is. Al met al creëerde het bezoek nog meer betrokkenheid.”
 

Foto boven: Een militair in geeft aanwijzingen aan vier soldaten die geblinddoekt in een rij staan, hand op schouder van hun voorganger, tijdens een oefening.
Onder links: Een vrouwelijke militair in camouflagebroek registreert dozen in een loods met houten kratten.
Onder rechts: Houten kisten gevuld met opgevouwen camouflage-uniformen staan klaar voor transport.
Naast materieel zorgt Nederland ook voor opleidingen. Sinds 2022 is dat onder meer een bijdrage aan operatie Interflex in het Verenigd Koninkrijk om Oekraïense militairen snel en grootschalig te trainen en op te leiden.

‘De steun is breed gedragen’

Snel handelen

Bij de voorbereiding van de inkoopopdracht onderzoeken de Task Force Oekraïne en het team van de KTZ via de branchevereniging Nederlandse Industrie voor Defensie en Veiligheid (NIDV) en de Nederlandse bedrijven wat op korte termijn leverbaar is. De miljarden moeten namelijk binnen één kalenderjaar worden uitgegeven. “Bij normale, Nederlandse, opdrachten kunnen we budget doorschuiven naar volgend jaar. Bij Oekraïne-steun verbieden de financiële regels dat. Het dwingt ons om snel te handelen, terwijl een inkoopproces soms maanden kan duren.”

Een monument in Kiev is volledig ingepakt met zandzakken ter bescherming tegen beschietingen. Op de zakken hangt een groot spandoek met de rode tekst “WORLD HELP US”.
Het doet kolonel Jorn goed om te merken dat Oekraïners alle hulp enorm waarderen. "Dat merk ik bij elke interactie."

‘We moeten snel handelen’

Zorgvuldigheid

De haast mag niet ten koste gaan van de zorgvuldigheid. Boven een bepaald bedrag kijkt Hoofddirectie Financiën en Control (HDFC), onderdeel van de Bestuursstaf, mee. KTZ Jorn: “Na het mondkapjesschandaal tijdens de coronacrisis is men extra beducht voor hoge winstmarges. Soms moeten we diep in de boeken van een leverancier duiken om de prijs te verantwoorden. Ik begrijp die zorg; we willen voorkomen dat leveranciers misbruik maken van de oorlog en prijzen opdrijven.”

De financiële regels werken nu eenmaal zo, zegt Jorn. “Maar al die regels en controles kunnen het proces vertragen en maken het ingewikkelder. Het is al eens voorgekomen dat we alle voorbereidingen hadden getroffen en aanvullend onderzoek een stokje voor inkoop stak.” Toch is hij tevreden over de voortgang van alle inkopen, de afgelopen jaren. “Afgezien van dat we willen dat alles sneller gaat, vinden we Oekraïne steunen zó belangrijk dat we bij elk project graag alles op alles zetten.”