Tekst Evert Brouwer
Foto Mediacentrum Defensie, Elbit Systems

Vier vragen over nieuwe raketartillerie landmacht

Met het Israëlische PULS - Precisie en universeel lanceersysteem - raketartilleriesysteem krijgt de landmacht versterking van de vuursteun over lange afstand.

In een bijna onwaarschijnlijk hoog tempo heeft het Commando Materieel en IT (COMMIT) de verwerving voor elkaar gekregen. De Tweede Kamer ging akkoord met de aanschaf en op 17 mei is een overeenkomst met de Israelische overheid getekend voor de levering van dit Multiple Launch Rocket System (MLRS) van leverancier Elbit Systems. Projectleider Jorrit Postmus vloog vorige week nog eens op en neer naar Israël om de puntjes op de ‘i’ te zetten. Vier vragen aan Postmus over het nieuwe raketsysteem voor het Commando Landstrijdkrachten.

Ondertekening van het contract door commandant Landstrijdkrachten luitenant-generaal Martin Wijnen.
Ondertekening van de overeenkomst door de commandant Landstrijdkrachten in het Nationaal Militair Museum.

‘Eind dit jaar moeten de eerste 4 systemen binnen zijn’

1. In de regel duurt het veel langer om van plan naar verwerving te komen. Hoe is dat zo snel gegaan?

“Anders dan de reguliere procesgang in het Defensie Materieelproces (DMP), hebben we de zogenoemde behoeftestellings- en onderzoeksfase, ook wel A- en B-fase, gelijktijdig doorlopen. De voorbereidingsfase voor de verwervingsfase (D) is een half jaar afgerond. Door extra inzet en flexibiliteit van iedereen die was betrokken bij het project hebben we alles in zo’n korte periode kunnen afronden.”

‘De snelle levertijd was een belangrijke factor’

2. Waarom was die snelheid nodig?

“Er is zeker na de inval van Rusland in Oekraïne een enorme vraag naar hoogtechnologische wapensystemen. Wereldwijd zijn de defensiebudgetten verhoogd. Dat betekent dat er oplopende levertijden zijn en er is ook sprake van schaarste aan grondstoffen. De productiecapaciteit kan dus niet inspelen op de vraag. Een van de wensen was ook om al op korte termijn, eind dit jaar, over de eerste vier raketartilleriesystemen te beschikken. Het Vuursteuncommando kan dan meteen in het nieuwe jaar beginnen met de opleidingen.”

Model van een PULS-raketartilleriesysteem met vaag op de achtergrond de commandant Landstrijdkrachten
Nu nog als schaalmodel, begin volgend jaar bij het Vuursteuncommando.

3. Er was nog een systeem, het Amerikaanse HIMARS, in beeld. Wat heeft de keuze voor PULS bepaald?

“Zowel de Verenigde Staten – met het High Mobility Artillery Rocket System – als de Israëlische overheid hebben een offerte uitgebracht. Er waren bepalende operationele beoordelingscriteria zoals vuurkracht, beschermingsmiddelen, mobiliteit van het systeem, voortzettingsvermogen en interoperabiliteit. Bijkomende factoren waren levertijd, de mogelijkheden voor internationale samenwerking, buitenlandbeleid en budget. Dat alles bij elkaar heeft de voorkeursleverancier bepaald. Ook kent PULS een open architectuur waardoor in de toekomst munitie van alternatieve (Europese) leveranciers kan worden verschoten. Dat ligt voor de HIMARS anders.”

‘Er komt meer versterking voor de vuursteun’

4. Hoeveel kopen ‘we’ er uiteindelijk?

“In het contract zijn in totaal twintig raketlanceersystemen voorzien, waarvan er zestien operationeel worden ingezet en vier voor logistieke reserve. Daarbij hoort vanzelfsprekend ook een munitiepakket. Dat is overigens niet het enige waarmee de vuursteun versterking krijgt. Het aantal Pantserhouwitsers (PzH 2000) neemt toe van 35 naar 45.

Archieffoto van een vurende Nederlandse M270 MLRS die in 2004 werd uitgefaseerd.
De landmacht beschikte in de jaren '90 al ook over een (Amerikaans) raketsysteem, de M270 MLRS. In 2004 faseerde de MLRS uit. (Foto NIMH/Rob Nijpels)