Tekst Tweede luitenant Johanna van Waardenberg
Foto John van Helvert
‘Bij iedere handeling die we uitvoeren is het check, nog eens check
en dubbelcheck’, zegt rayonhoofd Riekelt de Vries van het brandstoffendepot in
het Friese Deinum. Deze afdeling van de Defensie Pijpleiding Organisatie (DPO)
herbergt voor Vliegbasis Leeuwarden ruim 2,5 miljoen liter kerosine. ‘Iedere
veiligheidsprocedure lopen we stap voor stap door, want een klein foutje kan al
snel grote gevolgen hebben.’
‘Deinum’ is het buitenbeentje van de DPO. ‘Deze locatie is niet gekoppeld aan
het pijpleidingnetwerk van Defensie. Onze voorraad wordt vanuit Rotterdam
aangevoerd met een tankschip. Wij leveren vervolgens alleen aan Vliegbasis
Leeuwarden. Deinum is dus echt een nationaal depot’, legt de Vries uit. ‘Er zijn
medewerkers op de vliegbasis die geen idee hebben hoe de kerosine bij hen komt.
Best grappig, want wij horen onze klanten er vaak tevreden mee rondvliegen.’
Klein clubje
Een ploeg van 4 man runt het kerosinedepot. Ieder heeft een eigen rol en
expertise binnen de groep. ‘Onze kennis en ervaring sluiten perfect op elkaar
aan’, vertelt de Vries. ‘Omdat we zo’n klein clubje zijn, vervullen de mannen
verschillende functies. Zo kan iemand verantwoordelijk zijn voor het elektrisch-
of werktuigbouwkundig onderhoud van de installaties, maar test hij ook de
kerosine die binnenkomt. Met zijn vieren doen we het lossen, checken, testen,
onderhouden en afleveren helemaal zelf.’
Veiligheid
Bij het uitvoeren van de dagelijkse werkzaamheden komen veel veiligheids- en
milieuregels kijken. ‘Los van alle persoonlijke certificeringen is het stap voor
stap volgen van de werkprocedures erg belangrijk’, vertelt het rayonhoofd. ‘Zo
is het lossen van het tankschip niet zomaar gedaan. Eerst kijken we of de zegels
op alle compartimenten van het tankschip niet verbroken zijn. Daarna testen we
de kerosine en vergelijken die met de afleveringspapieren van de raffinaderij.
Pas als alles is goedgekeurd, begint het daadwerkelijke lossen en pompen we de
kerosine in de hoofdtanks. Dat betekent veel papierwerk, want elke stap
rapporteren we. Uiteindelijk zorgen al die stappen ervoor dat we zeker zijn van
een veilige werkomgeving en van het leveren van een goed product. Want een klein
beetje vuil of water in de brandstof kan al schadelijk zijn voor een F-16.’
De eerste checks zijn aan boord van het binnenvaartschip en daarna nog een
keer op het DPO-terrein. Monsters uit de hoofdtanks gaan naar het laboratorium
voor een test. ‘Na het lossen moet de kerosine in de hoofdtanks eerst 24 uur
rusten. Dit gebeurt onder meer om de statisch-elektrische lading eruit te
krijgen. Zo voorkom je explosie- en brandgevaar. Op aanvraag leveren wij aan de
vliegbasis via een ondergrondse pijpleiding. Maar we zitten heus niet stil als
er geen leveringen zijn. We zijn druk genoeg met het plegen van onderhoud aan de
installaties, pijpleiding, gebouwen en terreinen.'