02

Dit artikel hoort bij: Landmacht 05

Mooie dingen doen op Sardinië

Tekst KAP Arjen de Boer
Foto KPL-1 Wessel Zuijderduin, SLD Synne Nilsson, SM Sven Fischer, SGT Raphael Baekler ׀ video AOO Richard Frigge

Noble Jump stresstest voor landmachters

De landmacht heeft een flink aandeel in de Very High Readiness Joint Taskforce, de flitsmacht van de NAVO. Van infanterie en Man-Portable Air Defense Systems tot Command & Control. Tijdens de multinationale oefening Noble Jump konden zij vorige maand aan de bak.

Fuselier Tim kan het zoute water nog proeven. De golven van de Middellandse Zee klapten gisteren flink over het bootje waar hij en zijn maten in zaten. “Zeiknat waren we toen we bij het strand aankwamen." En toen moest de actie op de witte kust van Sardinië nog beginnen.... “Geen probleem, het was fantastisch. Zoiets doen we normaal gesproken nooit." In het ‘dagelijks leven’ werkt Tim namelijk vooral met een Mercedes-Benz G280 CDI. Een echte landrot, zou je kunnen zeggen. Maar tijdens Noble Jump, de training die onlangs op Sardinië plaatsvond, kan hij op het oefenterrein Teulada dus ook proeven aan amfibisch én luchtmobiel optreden. “Samen met de Noren hebben we ook geoefend met Duitse NH90 transporthelikopters. Dat was prachtig.”

Militairen van 17 Pantserinfanteriebataljon konden op Sardinië proeven aan luchtmobiel optreden.

‘Zoiets doen we normaal gesproken nooit’

Infanterie

Tim en zijn collega’s van 17 Pantserinfanteriebataljon moeten ook wel als een multitool zijn. Ze vormen namelijk een belangrijk onderdeel van de snel inzetbare flitsmacht van de NAVO, de Very High Readiness Joint Taskforce (VJTF). Binnen 2 tot 5 dagen is deze gevechtsbrigade klaar om overal in Europa de strijd aan te gaan. Bijna een kwart van deze brigade bestaat momenteel uit Nederlandse militairen. Zo levert het 17e de staf samen met andere CLAS-eenheden én Litouwen 4 compagnieën voor de zogeheten spearhead force, die als allereerste in het crisisgebied wordt ontplooid.

“Bijzonder is dat we binnen de VJTF veel internationaal optrekken”, zegt commandant van het 17e luitenant-kolonel Niels Verhoef. “Zo kennen we bijvoorbeeld de Noren al uit operatie Interflex waar we Oekraïense infanteristen hebben opgeleid. We kunnen dus wel stellen dat er nauwe banden zijn ontstaan en we elkaar goed aanvoelen.”

Hoofddoel van Noble Jump was de alarmering van de NAVO-flitsmacht en de snelle verplaatsing richting het ‘crisisgebied’. Daarna lag de focus op de integratie van de eenheden.
Samen met Duitsland levert Nederland luchtverdediging voor de VJTF. Links op de foto de Duitse Wiesel, een ‘mini-tank’ waar Stinger-luchtdoelraketten op zijn gemonteerd. Nederland levert MAN-Portable Air Defense Systems, MANPADS.

MANPADS

De VJTF is een complete gevechtsbrigade inclusief tanks en gevechtshelikopters. Plus luchtverdediging in de vorm van de Binational Short Range Air Defence Task Force (BSTF). “De oorlog in Oekraïne heeft laten zien dat manoeuvre-eenheden niet zonder luchtverdediging kunnen”, vertelt plaatsvervangend BSTF-commandant kapitein Ruud Hermans. Tijdens deze oefening zit zijn eenheid van Duitse en Nederlandse militairen echter niet op Teulada. De schietbanen voor de Stingers liggen aan de oostkust, 2,5 uur rijden verderop. De strakblauwe zee en lucht vormen daar op een donderdag het decor voor een live fire exercise.

Er klinkt een snerpend, brommend geluid. Alle koppies scannen de lucht, op zoek naar het doelwit. Een speciale drone die voor dit soort oefeningen wordt gebruikt, vliegt voorbij. Je moet haviksogen hebben om hem te ontdekken. “Ik heb toon”, zegt de schutter. Een hoge piep geeft aan dat de Stinger-raket in de lanceerbuis het doelwit heeft gelockt. Op het commando ‘bestrijden’ schiet de raket met een noodgang richting het doel. Een explosie, gejuich, opluchting. Of niet, als de raket het doel mist. Zo is Noble Jump meteen een cursus omgaan met teleurstellingen.

Check de clip van de Stingers!

1 German-Netherlands Corps (1GNC) stuurt dit jaar de landstrijdkrachten van de NATO Response Force (NRF) aan. De VJTF-flitsmacht is onderdeel van de NRF.

‘We zijn de dirigent van een orkest’

Hoofdkwartier

Terug op kamp Teulada hangt in het Joint Operations Center van 1 German-Netherlands Corps (1GNC) een kaart van de oefenlocatie. Volgens het scenario is er een vijand op Sardinië geland en moet die worden verdreven. Blauwe pijlen op de stafkaart geven aan hoe de tegenaanval over verschillende assen zal verlopen. Speciaal voor Noble Jump heeft 1GNC zijn zogeheten Initial Command Element (ICE) laten uitrukken. Het ICE bestaat uit een reeks geschakelde boogtenten en is het brein van de operatie, al is het van korte duur. “Het ICE is compact qua samenstelling en kan meteen een gevecht leiden. Maar niet heel lang”, weet brigadegeneraal Joland Dubbeldam, Deputy Chief of Staff Operaties en Training bij 1 GNC. “War fighting is super-intens. Dat houden we als ICE enkele dagen vol.”

Zodra de rest van het hoofdkwartier gereed is, wordt het commando overgedragen om het gevecht continu te kunnen leiden. Waarna het ICE weer op een andere locatie kan worden ontplooid om de verschillende eenheden als één strijdmacht op te laten treden. Want samenhang is nodig om het gevecht te winnen, zegt Dubbeldam terwijl een Duitse NH90 voorbij scheert. “We zijn de dirigent van een orkest dat niet vals mag klinken.”

Op Sardinië konden militairen op vrijwel elk wapensysteem met scherpe munitie schieten. Aangezien de oefening op een eiland plaatsvond, stond het optreden op de grens van land en water ook op het programma. De VJTF is multinationaal. Zo leveren de Duitsers Leopard 2-gevechtstanks en de Noren CV90 infanteriegevechtsvoertuigen, plus Leopards.

Geslaagd

Over het algemeen is hij zeer te spreken over het verloop van de oefening. Om zoveel militairen en hun voertuigen binnen enkele dagen op een eiland te krijgen is een ‘complexe operatie’, weet Dubbeldam. “Het zijn veel spullen en het vliegveld en de haven van Sardinië hebben een beperkte capaciteit. Ondertussen moet het normale leven hier gewoon door kunnen gaan. Die operatie is bijzonder goed geslaagd.”