Tekst ritmeester Jessica Bode
Foto archief
CDS en minister beschrijven impact virus op Defensie
Er wordt volop gespeculeerd over de inzet van het leger om de Nederlandse bevolking te helpen in de strijd tegen het coronavirus. Dat militairen nog niet zichtbaar op straat zijn, wil helemaal niet zeggen dat Defensie geen rol speelt. Op de achtergrond wordt alles gedaan om mens en materieel beschikbaar te stellen. “Dat u ons nog niet fysiek tegenkomt is positief. Als dit wel het geval is, dan is de situatie in ons land ook dermate verslechterd”, reageert Commandant der Strijdkrachten luitenant-admiraal Rob Bauer.
Het calamiteitenhospitaal openen, kazernes omtoveren tot quarantainelocaties, mobiele intensive cares beschikbaar stellen, transport- en bevoorradingsschepen gebruiken om besmette patiënten te behandelen...Tal van scenario’s hebben intussen de revue gepasseerd bij de defensietop.
“Defensie zette verschillende concrete stappen, maar die waren niet altijd even zichtbaar. Op de achtergrond worden momenteel meer voorbereidingen getroffen én we staan met man en macht paraat”, begint de admiraal. “Zodat als de situatie verslechtert, een beroep op onze organisatie kan worden gedaan. Dan is het zaak dat we maximaal voorbereid zijn.”
‘106 mariniers stand-by voor bijstand op Aruba’
Concrete maatregelen door Defensie
Defensieminster Ank Bijleveld legt uit welke concrete maatregelen Defensie inmiddels heeft genomen in strijd tegen COVID-19:
- Beademingsapparaten
"Er zijn 40 beademingsapparaten beschikbaar gesteld, die op ic’s ingezet kunnen worden." - Opvang asielzoekers
“De Willem Lodewijk van Nassaukazerne bij Zoutkamp, ten oosten van het Lauwersmeer, wordt tijdelijk gebruikt als opvanglocatie voor asielzoekers. In bestaande centra kunnen nu geen nieuwe asielzoekers naar binnen om besmetting te voorkomen. De krijgsmacht faciliteert de locatie en verzorgt de beveiliging. De eigen cateraar Paresto voorziet in voeding." - Mogelijke bijstand Aruba
"106 mariniers die in Amerika waren voor oefeningen, gaan na een quarantaineperiode, naar Aruba om indien nodig bijstand te verlenen." - Defensiemedewerkers naar LOCC en VWS
"8 defensiemedewerkers zijn aan het Landelijk Operationeel Coördinatiecentrum (LOCC) toegevoegd. 5 defensieplanners gaan tijdelijk naar het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Militairen zijn bij uitstek gewend om planmatig te werken in crisissituaties. Die ervaring is van zeer toegevoegde waarde.”
'Nederlanders worden nu geconfronteerd met onzekerheden. Dat kan paniek veroorzaken'
Confrontatie met onzekerheid
Uiteraard werkt ook de hoogste militaire baas van ons land, afwisselend met zijn plaatsvervanger, vanuit huis. Via Facetime benadrukt hij dat Defensie niet alleen haar steentje bijdraagt met mens en materieel.
Wat Bauer betreft is Defensie dé organisatie die weet om te gaan met onzekere situaties. Die kennis kan worden gedeeld. “Nederlanders zijn gewend aan een veilige leefsituatie vol zekerheden en garanties. Nu worden mensen geconfronteerd met omstandigheden die we niet zelf in de hand hebben. Dat kan paniek veroorzaken. Een militair heeft júist geleerd om met onzekerheden om te gaan. In militaire operaties weet je ook niet wat de vijand doet, maar je moet met je eenheid wel anticiperen en op alle noodzakelijkheden zijn voorbereid."
Klaar voor?
Maar zijn de militairen wel klaar voor deze unieke situatie? COVID-19 is niet bepaald een ‘vijand’ die regelmatig in de draaiboeken verschijnt. "Ja, we zijn hier klaar voor", vertelt de Commandant der Strijdkrachten volmondig. “We kunnen in 24 uur 1.000 militairen klaar laten staan. Na 36 uur zijn dat er al 2.800. Er ligt een Catalogus Nationale Operaties klaar, een overzicht van ruim 300 pagina’s, waarin al onze ‘diensten’ beschreven zijn en waar civiele partners een beroep op kunnen doen. Je kunt het je zo gek niet bedenken of militairen kunnen ergens aan bijdragen. Bovendien zijn de meeste militairen, met uitzondering van de specialisten, breed inzetbaar. Een infanterist kan ook beveiligingstaken op zich nemen en een viertonnerchauffeur kan ook een vrachtwagen in de civiele sector besturen."
‘We hebben jullie later misschien veel harder nodig’
Last man standing
De defensietopman draagt ‘zijn’ mannen en vrouwen nu op vooral het hoofd koel te houden, sterk te blijven en de voorgeschreven maatregelen in acht te nemen. “Ik snap dat velen nú willen helpen, maar we hebben hen later misschien nog veel harder nodig”, benadrukt de CDS. "De ‘coronapiek’ komt nog. Niemand die weet hoe het gaat lopen. Als het gros van de Nederlanders ziek wordt, is het een geruststellende gedachte dat er bij Defensie nu ruim 46.000 militairen werken. De meesten zijn jong en fit. We kunnen veel aan. We zijn ‘the last man standing’."
Materiele steun
Minister Bijleveld legt uit dat rekening wordt gehouden met verschillende scenario’s en dat de Krijgsmacht legio mogelijkheden heeft om materiele steun te bieden. “We brengen nu alles in kaart wat waarmee we in deze crisis kunnen helpen”, laat ze weten.
Denk daarbij aan medische capaciteit. “Onder meer met een noodhospitaal en het Centraal Militair Hospitaal in Utrecht. Denk ook aan tientallen extra intensive care bedden. Niet alleen op land, maar ook op schepen.” Het amfibische troepentransportschip Johan de Witt en het logistieke ondersteuningsschip Karel Doorman hebben bovendien grote, geavanceerde ziekenboegen.
"En het gaat verder dan medische steun. We kunnen kazernes beschikbaar stellen voor bijvoorbeeld mensen die in quarantaine moeten. Militairen kunnen helpen bij bijvoorbeeld transport en distributie, bij ondersteuning van de politie of het realiseren van noodvoorzieningen."