01

Dit artikel hoort bij: Defensiekrant 09

Ongepantserd door Mali

Tekst ritmeester Djenna Perreijn
Foto sergeant-majoor Gerben van Es | video: adjudant Arnoud Schoor

De allerlaatste patrouille

In december 2016 namen militairen van 11 Luchtmobiele Brigade de verkenningstaak over van het Korps Mariniers en het Korps Commandotroepen. Zij vormden tot 1 mei de Long Range Reconnaissance Patrol Task Group 'Desert Falcon'. Herkenbaar aan de valk in het logo op hun badge.

“Hollandia, Hollandia!” roepen hordes kinderen die enthousiast hun huizen uitrennen als de Nederlandse patrouille voorbij rijdt. “Merci, merci!”. In Mali worden de militairen bijna enthousiaster onthaald dan koningin Máxima in de Gouden Koets op Prinsjesdag. De Nederlanders zwaaien vandaag voor het laatst terug, want na 5 jaar stopt hun bijdrage aan missie Minusma.

60.000 kilometer legden de voertuigen samen af tijdens de laatste Nederlandse rotatie van missie Minusma

Stapvoets rijden de Nederlanders door de brede, stoffige straten. Patrouilles duren nooit langer dan 9 dagen, omdat de omstandigheden in Mali fysiek zwaar zijn. Het land is 32 keer zo groot als Nederland, dus zijn de af te leggen afstanden groot. En het is flink zweten in het zware scherfvest als de thermometer 's middags 45 graden aantikt. Maar bij de militairen is daar weinig van te merken. “Hoe warm ook, er gaat een knop om. De aandacht mag nooit verslappen, in wat voor omstandigheid dan ook”, vertelt groepscommandant Olaf.

Zonder helm

De focus ligt in deze laatste fase van de missie op Gao, een stad waar veel invloedrijke Malinezen wonen. De Nederlanders rijden in quads en andere open voertuigen. “Die zijn ideaal om benaderbaar over te komen”, vertelt eerste luitenant Bernhard, pelotonscommandant van de LRRPTG. “Door ons open te stellen, zijn we minder snel een doelwit. In een pantservoertuig maak je jezelf niet geliefd.” The Dutch Approach noemen coalitiepartners het lovend. Zonder helm, maar met een vriendelijke lach knopen de militairen gesprekken aan met de bevolking en invloedrijke personen, zoals politiechefs en wijkoudsten.

1 mei is onze bijdrage aan de vredesmissie Minusma gestopt. Woensdag droeg Nederland de taak weer over aan de Verenigde Naties.

Nederland als informatiepost

Bijna 6.000 Nederlandse militairen hebben de afgelopen 5 jaar voet gezet in de koperkleurige woestijn van Mali. Nederland leverde in 2014, 450 militairen en bouwde de steun langzaam af naar 250 militairen in 2018. De Long Range Reconaissance Patrol Task Group (LRRPTG) van de luchtmobiele brigade ging tijdens de laatste 4 maanden van de missie zo'n 65 keer 'de poort uit' om inlichtingen te verzamelen. Een taak die de Nederlanders zich sinds 2014 eigen maakten om het VN-hoofdkwartier in Bamako te voorzien van informatie. Daar dient die als basis om besluiten te nemen over militaire operaties.

Boks

“Door de regelmatige patrouilles groeiden jonge kinderen op met Nederlandse militairen in hun straten”, weet Bernhard. Ze krioelen om hem heen als hij langzaam met zijn quad tot stilstand komt. Allemaal willen ze een hand of een boks: comment tu t'appelles?, vragen ze nieuwsgierig naar z’n naam. “Dat zal onze Belgische collega's straks beter afgaan, want zonder tolk kom ik in het Frans niet verder dan zo’n voorstelrondje.” De Belgen nemen niet officieel de Nederlandse taak over, maar hebben net als de Duitse coalitiepartner wel interesse om zich de Dutch Approach eigen te maken. Daarom zijn ze de laatste paar patrouilles meegegaan. 

Mali is politiek en etnisch zwaar verdeeld. De afgelopen jaren kreeg het land veel etnisch en religieus geweld te verduren.

Vertrouwensband

Onder het genot van mierzoete Malinese thee stelt groepscommandant Jeroen de Belgische collega's voor aan de ‘chef de quartier’. Deze wijkoudste reageert teleurgesteld op het aangekondigde vertrek van de Nederlanders, maar is ook dankbaar dat ze niet plotseling verdwijnen. “Ik heb mijn best gedaan om een vertrouwensband op te bouwen”, vertelt Jeroen achteraf. “Zodat we informatie inwinnen en het gebied veiliger kunnen maken. Door de Belgen voor te stellen, hoop ik dat onze investering niet verloren gaat.”

Dansen

Even verderop staan z’n collega's de toegestroomde kinderen te entertainen. Ondanks het niet meebewegende scherfvest, slaagt korporaal Darryl erin de kleintjes 'hoofd, schouders, knie en teen' aan te leren. Misschien wel een nieuwe hit in de stad. Woestijnzand stuift op als de militairen met evenveel enthousiasme de Afrikaanse danspassen nadoen. En dat Mali net als Nederland een voetballand is, blijkt wel als ze onder de brandende zon in een open veld een balletje trappen. “Deze kids hebben eigenlijk bijna niets nodig om een leuke tijd te hebben”, stelt een bezwete soldaat.

Een afvalverwerkingssysteem is er niet, dus zijn de straten in Gao bezaaid met vuilnis.

Duister

Niet veel later gaat de zon onder. De wind steekt op en rondslingerend plastic afval waait door de stoffige straten. Rood zand schuurt langs de gezichten van de militairen. Ze zetten hun nightvision goggles aan, om bij duister verder te werken. “’s Avonds is het hier gevaarlijker. Daarom zijn we hier ook als het donker is, om het veiligheidsgevoel te vergroten.”

Meer zien van het leven in Mali? Bekijk hieronder de video.

Majoors Ivo en Jorn krijgen een medaille uitgereikt voor de VN-vredesmissie Minusma. Information Operations maakte het werk voor de LRRPTG makkelijker door de Nederlandse herkenbaarheid te vergroten.

Whatsappen met Gao

De Dutch Approach gooit bij coalitiepartners hoge ogen. Vanuit open voertuigen opereren vraagt wat lef, maar vooral veel kennis over hoe je overkomt. De afdeling Information Operations draagt eraan bij dat de militairen niet worden gezien als strijdende partijen of ander Minusma-land. Majoors Ivo en Jorn hebben in het opwerktraject veel aandacht besteed aan ‘precense, posture en profile’. “De 3 belangrijke P's”, stelt Ivo. 

“Draag je je wapen voor de borst en zet je je helm op? Of juist niet? Negeer je kinderen die aandacht vragen, terwijl je weet dat hun ouders meekijken? Het zijn allemaal afwegingen die we hebben gemaakt, om zo benaderbaar mogelijk over te komen. Daarnaast hebben we geoefend in het voeren van gesprekken. Nederlanders zijn erg direct en hier is het belangrijk dat je eerst wat beleefdheden uitwisselt, zoals het drinken van een kopje thee.”
Information Operations investeerde verder in het verbeteren van de Nederlandse herkenbaarheid en informatiepositie. “Via betrouwbare radiostations hebben we onze aanwezigheid benadrukt: 'Wij zijn hier voor jou, dag en nacht'. Zo leek het alsof we vaker aanwezig waren en dat draagt preventief bij aan veiligheid”, vertelt Jorn. 

Op posters en handbills brachten ze dezelfde boodschap. Door afbeeldingen van de quads werd 'Hollandia' nog herkenbaarder. “We kozen voor deze naam, omdat het Malinezen meer zegt dan 'The Netherlands'. Waarschijnlijk door het voetbalcomputerspel FIFA.” Het opvallendste aan de poster is het telefoonnummer dat per WhatsApp bereikbaar is. “Dat leverde ons 250 contacten en zo'n 3.000 berichten op. Die hebben we allemaal beantwoord. Het was voor ons de ideale manier om beeld te krijgen bij wat er speelde onder de bevolking.”

4 Nederlandse doden in Mali 

Tijdens de missie in Mali komen 4 Nederlandse militairen om het leven.

Sergeant-1 Henry Hoving (29) en korporaal Kevin Roggeveld (24) van 11 Luchtmobiele Brigade overlijden in 2016 tijdens een schietoefening met mortieren bij Kidal. Dat ligt op bijna 300 kilometer van Gao, thuishaven van de Nederlandse MINUSMA-hoofdmacht. Een 23-jarige soldaat-1 raakt zwaargewond. De Onderzoeksraad voor Veiligheid concludeert later dat het ongeluk te wijten is aan ernstige tekortkomingen in onder meer het munitiebeheer bij Defensie.

Vliegers kapitein René Zeetsen (30) en eerste luitenant Ernst Mollinger (26) sneuvelen in 2015.  Zij behoren tot 301 Squadron van het Defensie Helikopter Commando op de vliegbasis Gilze Rijen. De Apache-gevechtshelikopter waarin zij zitten stort op 47 kilometer afstand van het Nederlandse kamp neer. Dat gebeurt tijdens een schietoefening waaraan ook een andere Apache meedoet. De bemanning van het toestel verleent direct eerste hulp. Zeetsen blijkt dan al te zijn overleden; Mollinger wordt zwaargewond overgebracht naar een Frans militair hospitaal in de stad Gao. Daar bezwijkt hij aan zijn verwondingen. Volgens een onderzoekscommissie van de luchtmacht is het ongeluk te wijten aan een technisch mankement.
(tekst: Jack Oosthoek)

Meer zien van het leven in Mali? Bekijk hieronder de fotoslider.