Tekst ritmeester Djenna Perreijn
Foto sergeant Hille Hillinga

‘Afghanen boeken snel vooruitgang’

Ze zijn maar met een kleine club, maar adviseren Afghaanse veiligheidsdiensten op hoog niveau. 10 Nederlanders werken op het hoofdkwartier in Kabul en Kabul Afghanistan International Airport (KAIA) voor missie Resolute Support. Het uitvoeren van hun plannen gebeurt onder meer in Mazar-e-Sharif, waar de resterende 90 Nederlanders zitten. Doel is een professioneel, zelfstandig werkend veiligheidsapparaat.

Onder werktijd zien ze elkaar nauwelijks. Pas bij het diner zitten de enige 2 Nederlanders op KAIA aan 1 tafel. Beide adviseurs werken op verschillende afdelingen van het Afghaanse ministerie van Binnenlandse Zaken. “Met collega’s uit 38 landen”, vertelt majoor Stefan. Een paar keer per week ontmoet hij zijn Afghaanse counterparts. “Op dit moment werken we toe naar de verkiezingen in oktober. Die moeten veilig verlopen.”

39 landen werken mee aan de Resolute Support. Nederland levert 100 Nederlanders aan de NAVO-missie. Ongeveer 10 daarvan werken in de hoofdstad Kabul.

2 A4’tjes

Collega kapitein Karin bezoekt haar Afghaanse collega’s op het ministerie van Binnenlandse Zaken zo vaak mogelijk. “We helpen ze het ministerie vanaf de grond op te bouwen. In Nederland verzorg ik ‘gewoon’ de personeelszaken bij een eenheid. Bijzonder om nu op dit niveau mijn steentje bij te dragen. Ik gebruik zoveel mogelijk kennis uit onze eigen organisatie.”

Toch werkt het volgens Karin in Afghanistan niet zo als thuis. “Dit land heeft een heel andere cultuur en leeft al 40 jaar in oorlog. In Nederland werken we met langetermijnplanningen en uitgebreide orders. De Afghanen hebben slechts 2 a4’tjes nodig om bijvoorbeeld materialen voor de verkiezingen door het hele land te verspreiden. Zij zijn gewend om vooral praktisch te denken. Onder de top is nog veel analfabetisme. Het heeft dus ook geen zin om uitgebreide bijlagen te schrijven.”

Missie Resolute Support draait om het trainen, adviseren en assisteren van de Afghaanse veiligheidsdiensten. Adviseurs ontmoeten hun counterparts zo vaak mogelijk in de stad.

Corruptie en potentie

De resultaten van beslissingen uit Kabul komen onder andere terecht bij de collega’s in Mazar-e-Sharif, waar nog eens 10 Nederlanders advies geven. Stefan: “Dat is de meerwaarde van mensen op verschillende plaatsen en niveaus. We krijgen feedback over wat er met onze orders gebeurt. De NAVO leidt jonge Afghanen met veel potentie op om de krijgsmacht te verjongen. De cursussen hangen tussen strategisch en operationeel in: plannen, samenwerken en communicatie zijn de belangrijkste skills. De allerbesten volgen we. Zij zijn professioneel genoeg om dit land te kunnen leiden.”

De force protection beveiligt adviseurs die de poort uit gaan. De verhouding is 1 op 1: elke militair krijgt 1 beveiliger. Karin: ‘Soms zijn er te weinig beveiligers, dan kunnen wij onze counterparts niet ontmoeten.’

De juiste richting

Het advies van Stefan, Karin en alle andere adviseurs is vrijblijvend. Karin: “We vragen waarom ze bepaalde keuzes maken en of ze ook aan alternatieven hebben gedacht. We willen de Afghanen in de juiste richting helpen, maar ze wel in hun waarde laten. Het opleidingsniveau ligt veel hoger dan ik dacht. Op het ministerie hanteren Afghanen dan ook meer modernere omgangsvormen. Zo meende ik dat het voor mij als vrouw lastiger zou zijn om Afghaanse mannen te adviseren, maar in praktijk blijkt juist het tegenovergestelde. De Afghanen zijn een trots volk. Ze geven hun fouten niet snel toe en stellen zich zelden kwetsbaar op. Naar mij toe durven ze dit wel, waardoor we snel een band opbouwen. Humor en openheid zijn de belangrijkste aspecten in gesprekken. Eigenlijk is het onvoorstelbaar hoe snel ze vooruitgang boeken terwijl ze in oorlog zijn. Als je ziet hoe lang wij in Nederland over bijvoorbeeld reorganisaties doen, kunnen we best wat van de Afghanen leren.”