Tekst Andre Twigt
Foto Sergeant Hille Hillinga

Zr.Ms. Rotterdam platform voor scholing Libische kustwacht

De Arabische tolk doet zijn best, maar zelfs na een derde keer vertalen, is nog onduidelijk hoe je precies een schip entert. De trainees van de Libische kustwacht kijken elkaar aan, ze zijn lichtelijk verward. Wat doet precies het crewteam? En waar en wanneer fouilleer je wie? De sergeant-instructeur van de Royal Marine Commandos stelt de klas gerust. “Geloof me. Tijdens de praktijklessen morgen, wordt alles duidelijk.”

Tijdens Sophia gaat het testen en beoefenen van de scheepsveiligheid gewoon door.

Engelse mariniers, Griekse boardingspecialisten, Duitse marine-techneuten én het Landing Platform Dock Zr.Ms. Rotterdam:  operatie Sophia is er één van ‘samen staan we sterk’. Sterk voor de Libische kustwacht, die veel beter moet worden in het controleren van de dagelijkse veelal illegale stroom migranten vanaf haar kuststrook. De cijfers spreken boekdelen: alleen al in de eerste zeven maanden van 2016 riskeerden 90.000 illegalen de oversteek naar het rijke westen. Begin oktober volgden er 12.247 in één week! “Een effectieve kustwacht kan helpen grenzen te stellen aan deze ongebreidelde migratie”, sprak minister van Defensie Jeanine Hennis-Plasschaert tijdens haar recente bezoek aan de Rotterdam. Volgens de bewindsvrouw moet die kustwacht er snel komen. Elke man of vrouw die bij de barre oversteek in vaak gammele bootjes het leven laat, is er één teveel. Zeker 2800 migranten verdronken dit jaar bij een poging het grote geluk te bereiken. “Ook hieraan moet de Libische kustwacht paal en perk stellen”, aldus minister Hennis.      

Commandant van Zr.Ms. Rotterdam kapitein ter zee Harold Liebregs verwelkomt zijn gasten.
Operatie Sophia richt zich op het tegengaan van internationale mensensmokkel. Daar is voor 2 maanden het bijscholen van de Libische kustwacht bijgekomen.

Toegevoegd

Om zo snel mogelijk een goede kustwacht op poten te zetten, stemde het kabinet rap in met een Nederlandse bijdrage aan operatie Sophia. Die bestaat uit de inzet van Zr.Ms. Rotterdam voor 2 maanden op de Middellandse Zee. Hier vormt het amfibisch transportschip het platform voor de opleiding van Libische trainees. Aan boord verzorgt een eenheid van de Britse Royal Marine Commandos met Griekse hulp lessen in boardingoperaties, waaronder doorzoeken en confisqueren. Het onderdeel brandbestrijding komt voor rekening van technisch specialisten van de Duitse marine. Bij dit alles treedt de bemanning van de Rotterdam op als gastheer. Daarin ondersteund door een detachement van het Korps Mariniers, afkomstig van de operationele eenheden uit Texel én Doorn om precies te zijn. Overigens is de Rotterdam niet het enige varende klaslokaal. Ook het Italiaanse amfibisch transportschip San Giorgio doet een duit in het zakje. Aan boord krijgen de trainees onder meer navigatie en mensenrechten bijgebracht.   

Geen zee gaat te hoog om de Libische trainees een realistische training mee te geven.
Het niveau van de trainees verschilt. De een heeft 30 jaar nautische ervaring, terwijl de ander bij wijze van spreken nog nooit natte voeten heeft gehad.

Aankleding

De cursisten maken op het helikopterdek kennis met de zeer snelle rubberboten, waarmee ze de volgende dag gaan werken. Mariniers kijken van een afstandje toe. Zij begeleiden de lessen en waken over de veiligheid aan boord. Ook bieden ze ondersteuning tijdens de trainingen op het water. “In het begin wisten we niet precies hoe we de Libiërs moesten benaderen”, begint eerste luitenant der mariniers Tom. “Ze moeten zich natuurlijk geen gevangene voelen, maar gast en partner. Het is de kunst daarin een goede balans te vinden. Daarvan merkten de trainees niets, want de juiste mindset hadden we al snel gevonden.”

Het verzoek om bijscholing kwam van de Libische overheid. Vanwege het grote wederzijdse belang besloot de EU hier gehoor aan te geven.

Culturele verschillen

Dat de marine grondig voorbereid aan Operatie Sophia begon, blijkt uit de aanwezigheid van islamitisch geestelijk verzorger kolonel Ali Eddaoudi en cultureel adviseur luitenant-kolonel Robèrt Gooren. De hoogste baas van de Sectie Cultuurhistorische Achtergrond en Informatie van 1CMI Commando maakt er werk van zowel trainers als scheepsbemanning bewust te maken van markante, wederzijdse culturele verschillen. Zo komt de Nederlandse directe stijl van communiceren ter sprake, de gelijkheid van man en vrouw én de consensus-cultuur, beter bekend als het poldermodel. De grote gastvrijheid en beleefdheid komen als specifiek Arabische kenmerken naar voren. Maar ook dat er in het Midden-Oosten tegenstellingen zijn. “Emoties kunnen ongekend heftig overkomen”, zegt Gooren. “Wij zijn daarin meer gematigd.” Tijdens de lessen aan boord blijft de overste in de buurt van de trainees. “Regelmatig peilen of de sfeer goed blijft. Tot nu toe geen wolkje aan de lucht. Alle 36 trainees stellen zich professioneel en vriendelijk op. Ze laten zien echt iets van hun kustwacht te willen maken.”

Een Cougar-helikopter van de luchtmacht is toegevoegd aan het schip.

Hulp van boven

Onmisbare schakel tijdens operatie Sophia is het helidetachement van 300 Squadron. Afkomstig van vliegbasis Gilze Rijen verzorgt het met 14 specialisten en 1 Cougar transporthelikopter 24/7 medevacs tussen het schip en de wal. Tevens geeft de wentelwiek armslag bij operaties op zee. “Is de seastate te hoog voor de boten en landingsvaartuigen, dan kunnen wij vaak nog wel vliegen”, zegt hoofd technische dienst eerste luitenant Gerard. Ander ding is het ferry’en van de screeningteams ten behoeve van Sophia. Om de identiteit van de trainees voor aankomst op de Rotterdam vast te stellen, worden mariniers door 300 Squadron veilig achter op de San Giorgio afgezet. Hier vindt de eerste controle plaats. Volgend jaar gaat 300 Squadron met twee heli’s met  de Rotterdam mee. Dit keer om het schip bij te staan tijdens operatie Atalanta. Die vindt plaats voor de Afrikaanse kust.