02

Dit artikel hoort bij: Defensiekrant 22

Op zoek naar een verloren leven

Tekst Jessica Bode
Foto | Video: Ibrahim Selman en Bianca Brasser

Defensiemedewerker Ibrahim Selman (64) vluchtte als klein jongetje vanuit Iraaks-Koerdistan naar Bagdad en kwam als twintiger in Nederland terecht. In september keerde hij na 35 jaar terug naar zijn geboortedorp, op zoek naar het graf van zijn vader. Een verzetsstrijder, gesneuveld in het harnas. 

“Ik ben geboren in het dorp Zawite, in de provincie Dohuk in Iraaks-Koerdistan. Ik had een mooie jeugd, tot we moesten vluchten voor de oorlog tussen de Koerden en het regime van Saddam Hoessein. Ik herinner me nog hoe de Iraakse gevechtsvliegtuigen bommen lieten vallen. De grond lag bezaaid met scherven”, vertelt Selman. Hij is programmamaker bij Defensie, heeft twee kinderen en is gelukkig getrouwd. Niets aan hem verraadt zijn moeilijke jeugd. 

De familie vluchtte via Mosul, de op twee na grootste stad van Irak waar Islamitische Staat (ISIS) nu volop strijdt tegen het Iraakse leger. Tien jaar na aankomst in Bagdad keerden ze terug naar de stad Duhok, dichtbij zijn geboortedorp Zawite. Het zou er weer veilig zijn, maar al na twee jaar begon de oorlog opnieuw. Selman vertrok weer naar Bagdad, maar zijn familie bleef achter omdat zijn vader koste wat kost wilde strijden in het verzet. Een jaar later kreeg Selman te horen dat zijn vader op 49-jarige leeftijd was gesneuveld. De begrafenis was al geweest, waardoor hij zijn graf nooit heeft gezien. 

Jaren verstreken en Selman volgde de studie acteren en regisseren. Hij vond werk, trouwde en kreeg kinderen. In 1980 moest het jonge gezin opnieuw vluchten vanwege terreur en zo kwamen ze in Nederland terecht. Selman is al meerdere keren teruggekeerd naar zijn vaderland, maar nooit eerder naar zijn geboortedorp. Die reis stond afgelopen september op de agenda. Een zoektocht naar oude vrienden, familieleden en bovenal naar het graf van zijn vader.

“We wisten welke begraafplaats het was, maar waar mijn vader precies lag was een raadsel. De graven liggen hier kriskras door elkaar, zonder enige markering. Dagenlang hebben we gezocht en tientallen mensen hebben me tevergeefs geholpen. Mijn laatste hoop was gevestigd op de grafdelver, maar de beste man heeft dementie. Hij vertelde me dat hij niet eens wist waar zijn eigen vrouw begraven ligt.”

Dat was het moment dat Selman zich realiseerde dat hij zijn vaders laatste rustplaats nooit zou zien. Een teleurstelling, maar hij zette zijn reis voort om andere herinneringen op te halen en nieuwe herinneringen te maken. Een tumultueus bezoek, waarbij emoties elkaar in rap tempo afwisselden. “Ik heb bijvoorbeeld mijn 75-jarige halfbroer weer gezien die erg ziek is. Ook ben ik teruggegaan naar mijn geboortehuis, maar daar is helaas niets van over. Alleen de grote boom in de tuin staat er nog.”

Selman beschrijft hoe hij zich hier weer even kind voelde. “Ik klom op de takken waar ik als klein jochie ook zat. Het voelde even of de tijd niet voorbij was gegaan. Ik was ruim vijftig jaar terug in de tijd. Ook herinner ik me het begin van de oorlog heel goed. Ik was 9 jaar en liep met vriendjes naar school. Snoepend van de rozijnen die m’n moeder had meegegeven. Oorverdovende schoten maakten abrupt een einde aan de mooie, zonnige dag. Nog geen 24 uur later werd ons dorp door het Iraakse leger gebombardeerd.”

Tijdens zijn bezoek aan de spookstad Shingal maakte Ibrahim Selman zelf beelden. Bekijk hier wat hij aantrof.

De rechtbank is met grond gelijk gemaakt, de tempel is door hetzelfde lot getroffen en bovenop de ingestorte kerk hebben Peshmerga’s een kruis gezet. Alleen het kleine bijgebouw van het ziekenhuis staat nog overeind. Een van de weinige bouwwerken die onder het terreur van ISIS bewaard is gebleven is nu het onderkomen van het stadsbestuur. Selman vertelt dat het zwaar bewaakt wordt door Peshmerga’s, omdat IS-strijders af en toe nog bommen gooien. ISIS heeft tal van dorpen in de omgeving nog in haar macht.

Door de ervaringen die Selman tijdens zijn laatste reis heeft opgedaan voelt hij zich rijker. “Ik ben volwassener geworden en ik heb antwoorden gekregen op vragen die ik had. Ik heb nu vrede met mijn verleden en alles wat er is gebeurd. Ook met het feit dat ik mijn vader nooit meer zal vinden.”