09

Dit artikel hoort bij: Defensiekrant 00

Taskforce 55

6 juli 2009, 20:45 uur. Negen commando’s springen in het pikkedonker uit een Canadees C-130 Hercules transportvliegtuig. Pas laat openen ze hun parachutes en zweven boven Kajaki, in de provincie Helmand richting hun landingszone. Het is de eerste Nederlandse operationele parachutesprong sinds de Tweede Wereldoorlog. Na omstreeks een jaar is het KCT terug in Afghanistan. En hoe.

Eind 2007 heeft TF Viper Uruzgan verlaten en breekt voor de commando’s een jaar van relatieve rust aan. Drie jaar inzet in Afghanistan heeft zijn wissel getrokken op het Korps. Voor opleidingen, onderhoud, en de broodnodige rust is nauwelijks tijd geweest. 2008 wordt dan ook gebruikt om het Korps weer op en top gevechtsklaar te maken. 

Mede dankzij Viper hebben de ISAF-eenheden begin 2008 een zekere mate van dominantie gekregen over de belangrijkste bevolkingscentra in Uruzgan. De Talibanstrijders gaan directe confrontaties met ISAF-troepen uit de weg en concentreren zich nu meer op het leggen van IED’s en hit-and-run acties. Met name de bermbommen zijn een grote last voor de ISAF-eenheden. Buiten de door ISAF gedomineerde gebieden heeft de Taliban nog steeds vrij spel. Deze bewegingsvrijheid maakt het makkelijk voor de strijders om aanslagen te plegen en hinderlagen aan te leggen.

Om de bewegingsvrijheid van de Taliban te beperken, wordt een Special Operations Taskgroup (SOTG) ingebracht. De SOTG moet de activiteiten van de opstandelingen verstoren zodat de reguliere eenheden zich meer met de wederopbouw van de provincie kunnen bezighouden. Task Force 55 wordt geboren.

TF 55 verschilt in een aantal opzichten van Viper. Allereerst valt de SOTG direct onder ISAF Special Operations Forces in Kabul. Daarmee ontstaat de mogelijkheid tot inzet in heel Zuid-Afghanistan. Dit in tegenstelling tot Viper, dat een middel was van de Taskforce Uruzgan. TF 55, hoewel ook gelegerd op Kamp Holland, krijgt zijn opdrachten uit Kabul, via het Regional Command South in Kandahar.

Ook de taakstelling, en dus de modus operandi, verschilt. Inlichtingen zijn hierbij cruciaal. Vandaar dat de staf van TF 55 fors wordt uitgebreid met inlichtingenfunctionarissen. Omdat TF 55 onder ISAF Special Operations Forces valt, hebben ze de beschikking over ISAF-brede inlichtingen. Daarnaast hebben ze beter toegang tot andere middelen zoals luchtsteun, de inzet van helikopters en Unmanned Aerial Vehicles (UAV’s) etcetera.

TF 55 past voor een groot deel in het ideaalplaatje dat commando’s voor ogen hebben; een zelfstandige taakgroep, aangestuurd vanuit een hoog niveau, met grote inlichtingencapaciteit en voldoende beschikking over ‘enablers’ zoals genie en vuursteun.

Operatie Lewe is daar een sprekend voorbeeld van. Doel van de operatie is om de vijand onder druk te zetten. In Kajaki hadden de opstandelingen een grote vrijheid van handelen en vormen daarmee een bedreiging voor, met name, Deh Rawod in Uruzgan. 

Om Lewe tot een succes te maken is het wel noodzakelijk om ongezien heimelijke observatieposten in te richten die de hoofdmacht kan informeren over de verplaatsingen van de tegenstanders. De negen man, die als eerste per parachute worden gedropt, slagen erin ongezien te landen en hun observatieposten in te richten op een berghelling. Met rugzakken van 60 kilo is de verplaatsing door het bergachtige terrein loodzwaar. De over de weg gearriveerde hoofdmacht, die tot taak had de vijand in Kajaki te verstoren, krijgt te maken met fel verzet en wordt gedurende de hele actie onder vuur genomen. Onder de Talibanstrijders vallen meerdere slachtoffers. Al snel verlaten ze hun versterkte opstellingen. Met deze operatie tonen de special forces aan dat ze in staat zijn complexe operaties, diep in vijandelijk gebied, met goed gevolg kunnen uitvoeren. 

‘TF 55 gaf veel voldoening’, zegt majoor Gijs Tuinman later in het blad Landmacht. ‘We konden nu volledig doen waarvoor we zijn opgeleid.’ Toch kende ook TF 55 zijn dieptepunten. Korporaal Kevin van de Rijdt sneuvelt op 6 september 2009 op de oever van de rivier de Helmand nadat zijn peloton in een hinderlaag is gelopen. Van drie kanten worden de commando’s onder vuur genomen. Eenmaal in dekking, blijkt Van de Rijdt geraakt te zijn. Zes man rennen onder vijandelijk vuur terug de berg op om hem te halen. Ze slagen erin de zwaargewonde korporaal in veiligheid te brengen maar hij blijkt inmiddels overleden. De zes krijgen later een dapperheidsonderscheiding voor hun actie. Kevin van de Rijdt is het enige lid van het KCT dat sneuvelt in die vijf jaar Afghanistan. 

Een andere bijzondere actie die exemplarisch is voor het TF 55-optreden, vindt begin augustus plaats in Mirabad. Een gecombineerde eenheid van Nederlandse en Australische commando’s voert hierbij een verstoringsactie uit met als doel Taliban kopstukken op te pakken. De actie is een groot succes. Ze vinden zware wapens en explosieven en meerdere Talibanleiders worden opgepakt. De verrassing bij de vijand is groot maar deze weet uiteindelijk toch een korte tegenaanval te organiseren. Tijdens de exfiltratie wordt een Chinook transporthelikopter meerdere keren door klein kaliber munitie geraakt en scheren raketgranaten rakelings voorbij. De heli weet nog net op tijd Kamp Holland te bereiken. 

TF 55 voert uiteindelijk 47 operaties uit en raakt daarbij 27 keer verwikkeld in een vuurgevecht. 

Operatie Masha-17 is de laatste operatie van TF 55. In Shah Wali Kot speuren de commando’s naar vijandelijke strijders. De hoofdweg van Kandahar naar Tarin Kowt loopt dwars door dit district dat lange tijd een toevluchtsoord is geweest voor de Taliban. Tijdens eerdere operaties zijn de mannen meerdere malen slaags geraakt in het gebied. Masha-17 verloopt rustig. De commando’s worden tijdens de actie ondersteund door F-16’s, Chinooks, Apaches en een Unmanned Aerial Vehicle. Precies zoals het SOTG-concept voorschrijft.

Het is een mooie afsluiter van vijf jaar KCT inzet in zuid-Afghanistan. Een periode waarin het SOTG-concept tot volle wasdom is gekomen. De commando’s gingen, vaak met gevaar voor eigen leven, voorop in de strijd en leverden zo een zeer waardevolle bijdrage aan de veiligheid van de Afghaanse burgers en ISAF-troepen in Zuid-Afghanistan.