04

Dit artikel hoort bij: Defensiekrant 11

Waterloo in het klein

Megamaquette in Hermitage van historische veldslag

Het is deze maand 200 jaar geleden dat de Slag van Waterloo het einde van Napoleon inluidde. Met hulp van eenheden van de Koninklijke Landmacht. Het krijgsmachtdeel herdenkt de veldslag op diverse manieren. Deze week werd in de Hermitage in Amsterdam een grote maquette van de Slag voltooid.

Foto: Valerie Kuypers

Divisie

Met het toevoegen van de doorslaggevende divisie van generaal Chasse aan geallieerde zijde, completeerde generaal-majoor Marc Van Uhm als plaatsvervangend commandant van de Koninklijke Landmacht anno 2015 en gouverneur van de hoofdstad een 32 vierkante meter grote maquette van de Slag bij Waterloo. De generaal deed dat samen met Cathelijne Broers, directeur van de Hermitage, en Piet Prinsen, de maker van de maquette.

Levenswerk

De Hermitage herbergt nu het levenswerk van Prinsen. Hij werkte ruim 30 jaar aan de maquette. Het is Nederlands grootste maquette. Het maakt deel uit van een verhalende tentoonstelling over de relatie tussen tsaar Alexander en keizer Napoleon en zijn Josephine de Beauharnais. 

Nederlands

In de tentoonstelling vooral ook aandacht voor de rol van de Nederlandse eenheden. “Een rol die in de geschiedschrijving duidelijk onderbelicht is gebleven. Het leek ons dus gepast voor deze onthulling een actief dienende landmachtgeneraal te vragen”, verklaarde directeur Broers. “Ere wie ere toekomt.”

Vechten

In een korte toespraak sloeg generaal Van Uhm de brug tussen toen en nu. “Soms moet er gevochten worden voor onze vrijheid. We kunnen trots zijn op wat onze landmacht 200 jaar geleden heeft gepresteerd. En we kunnen trots zijn op de mannen en vrouwen die nu bereid zijn voor onze vrijheid en veiligheid te vechten, als dat nodig is. De landmacht is actief in 20 missies verspreid over 15 landen en ondersteunen we in Nederland zelf duizenden veiligheidsoperaties per jaar.”

Cruciaal

Van Uhm: “Destijds waren de verwachtingen van onze coalitiepartners niet hoog, maar onze rol was cruciaal. Nadat Britse eenheden begonnen te vluchten, stopte Chasse met zijn divisie de Keizerlijke Garde van Napoleon en achtervolgde een van zijn brigades de Franse elitetroepen tot in de armen van de Pruisen. Misschien wel daardoor liggen de verwachtingen van onze militairen bij onze internationale partners tegenwoordig overigens een stuk hoger.”