Tekst Michael Simon
Foto Kick Smeets

Tewaterlating geeft overleden marinemensen terug aan de zee

x
Headerfoto: Een tewaterlating in het Caribisch gebied.

Iedereen die bij de marine heeft gewerkt en komt te overlijden, kan zijn of haar as laten uitstrooien op zee. Althans, zo heette dat tot voor kort. Inmiddels biedt CZSK een mooi alternatief. Eindverantwoordelijke hiervoor is sergeant-majoor LDGB Amanda van Hoek (51) van het Bureau Specifieke Personele Zorg (SPZ). Zij vertelt over de mogelijkheden en wensen. “Elke urn die meegaat op zee is een persoonlijk proces.”

Je hoeft maar een paar minuten met sergeant-majoor Van Hoek om tafel te zitten om te beseffen dat zij iemand is die zich vol overgave van haar taak kwijt. Die taak is een dankbare, maar tegelijkertijd ook zeer verantwoordelijke: de as van overleden marinemedewerkers naar zee brengen.

Wateroplosbare urn

Nabestaanden van overleden marinemensen kunnen een aanvraag indienen om de as van een overledene te laten ‘uitstrooien’ in zee. Zo’n verzoek wordt altijd gehonoreerd. “Je hoeft geen veteraan te zijn”, licht Van Hoek toe. “Iedereen die bij de marine heeft gediend kan dit laten doen.”
Waar vroeger gesproken werd over ‘asverstrooiing’ is dat tegenwoordig ‘tewaterlating’. Van Hoek: “Als je as uitstrooit, hoeft er maar een zuchtje wind voorbij te komen en de as kan alle kanten op gaan. Dat wil je niet. Daarom wordt de as van de overledene in een wateroplosbare urn aangeleverd. Die gaat uiteindelijk het water in en zinkt naar de bodem, waar het omhulsel oplost.”

Op een sleepboot kunnen 10 à 15 nabestaanden mee.

Sleepboot of marineschip

Uitvaren kan op 2 manieren, legt de sergeant-majoor uit. “Je kan voor een sleepboot kiezen. Dan kunnen er zo’n 10 à 15 nabestaanden mee. Die vaart vanuit Den Helder ongeveer 20 minuten de zee op. De boot komt dan stil te liggen, waarop een geestelijk verzorger stilstaat bij het leven en de diensttijd bij de marine van de overledene. In overleg kan men ook nog voor een gebed of gedicht kiezen.
De tweede optie is de urn meegeven aan een van de marineschepen. In dat geval kan de familie er zelf niet bij zijn, omdat het hier een operationeel schip betreft.

SMJRLDGB Amanda van Hoek: “Alle aanvragen worden gehonoreerd.”

Passende eenheid

“Als een aanvraag bij mij binnenkomt, vraag ik de staat van dienst van de overledene op bij het archief in Rijswijk; deze neem ik door en dan zoek ik er een passende eenheid bij die gaat varen”, vertelt Van Hoek. “Als iemand bij wijze van spreken een deel van z’n carrière heeft doorgebracht op de vroegere Hr.Ms. Karel Doorman, probeer ik ervoor te zorgen dat de urn met de huidige Zr.Ms. Karel Doorman meegaat. Zo wil ik de cirkel rondmaken voor de overledene.”

‘In principe laat de jongste matroos de urn te water’

Een verzoek wordt eigenlijk altijd gehonoreerd. “Ik heb nog nooit meegemaakt dat iemand zei: ‘Nee, daar beginnen we niet aan’. Maar het kan natuurlijk wel zijn dat een bepaald schip een druk oefenprogramma heeft waarbinnen het niet kan; dan moet ik een andere optie zoeken. Zo’n ceremonie kost namelijk wel tijd.”

Zoveel mensen, zoveel wensen

Van Hoek probeert zoveel mogelijk verzoeken in te willigen, maar dat lukt niet altijd. “Er worden bijvoorbeeld geen tewaterlatingen in het weekend gedaan en ook gaan er geen muzikanten mee. Het doel is altijd om een zo waardig en persoonlijk mogelijk afscheid te maken, maar wel binnen het redelijke.” Onlangs vond er overigens wel een speciale tewaterlating plaats. “Er was iemand overleden die z’n hele leven bij de Marineluchtvaartdienst gewerkt had. Op verzoek van de nabestaanden is de as meegegaan in een NH90-maritieme gevechtshelikopter en vanuit de lucht te water gelaten.”

Ceremonieel aan boord

De optie van de tewaterlating vanaf een operationeel marineschip betekent dat de urn van de overledene door Bureau SPZ, waar Van Hoek werkzaam is, wordt overgedragen aan de commandant van het betreffende schip. “Deze urn-overdracht vindt plaats bij het Marinemuseum in Den Helder. Daar praat de familie met de commandant en leden van de bemanning over de overledene, zodat de opvarenden van het schip enigszins weten wie ze te water laten.”

De kist waarin de urn geplaatst wordt voor de overdracht.

Eenmaal uitgevaren en op de plek aangekomen waar de urn te water wordt gelaten, begint de ceremonie. Van Hoek: “Dan gaat de bemanning in het gelid staan voor de laatste groet en leest de geestelijk verzorger van het schip een tekst over de overledene voor. Daarna wordt de urn in principe door de jongste matroos te water gelaten en volgt 1 minuut stilte.”

Elke tewaterlating uniek

Om de nabestaanden zoveel mogelijk van de tewaterlating te laten meemaken, worden foto’s gemaakt of wordt er gefilmd. Daarnaast ontvangen ze een kopie van de zeekaart met de plek waar de as te water gelaten is, een proces-verbaal en een kopie van het scheepsjournaal.
In 2022 zijn er zo’n 30 urnen met as aan de zee toevertrouwd. Op dit moment staat de teller voor 2023 op 26. “Qua aantallen is het zo goed en zorgvuldig te behappen. Want met 1 aanvraag ben ik zo’n 5 à 6 uur bezig. Bovendien wil ik voorkomen dat het lopendebandwerk wordt. Ik moet er niet aan denken dat er 10 urnen met een schip meegaan en zo overboord gezet worden. Elke tewaterlating moet een heel mooi en persoonlijk proces zijn.”

SMJRLDGB Amanda van Hoek: “De terugkoppeling die ik krijg van de nabestaanden is hartverwarmend. De vele positieve reacties maken dat ik dit heel eervol werk vind. Je kan het maar 1 keer doen en dan moet het op een goede en persoonlijke manier gebeuren die bij de oud-collega past.”

Meer informatie

Asverstrooiing/tewaterlating is kosteloos. Wie hier meer informatie over wil of een aanvraag wenst in te dienen, kan een mail sturen naar sergeant-majoor Amanda van Hoek via: asverstrooiing.czsk@mindef.nl.

Voor de tewaterlating vanaf een operationeel marineschip wordt de urn overgedragen aan de commandant van het betreffende schip.