‘Mijn werk draagt bij aan warfighting’
Luchtmachtmajoor Caroline Burger werkt al tien jaar ‘joint’ als genderadviseur voor de krijgsmacht, zowel nationaal als internationaal. Deze zomer kwam ze terug van haar uitzending in Zuid-Korea. Daar werkte ze onder Amerikaanse leiding een half jaar voor het United Nations Command (UNC) dat toeziet op de wapenstilstandsovereenkomst. “Twee dagen na mijn aankomst werd de invloed van de nieuwe Amerikaanse president Trump voelbaar. Binnen de Amerikaanse krijgsmacht was diversiteit en inclusie niet meer belangrijk en door de term ‘gender’ moest letterlijk een streep.”
‘Als je dit doorziet, kun je er je voordeel mee doen in militaire missies’
Tekst Jopke Rozenberg-van Lisdonk I Foto uit collectie van Caroline Burger
"Trump is vast niet de enige die een verkeerd beeld heeft bij het werk van een genderadviseur. De aanname dat dit vooral over vrouwen gaat, is hardnekkig”, volgens majoor Caroline Burger. Haar werk ondersteunt weliswaar het opkomen voor vrouwenrechten, waarbij diversiteit en inclusie randvoorwaarden zijn, maar dat is niet haar primaire focus. “Als genderadviseur kijk je naar de verschillende effecten die conflictsituaties hebben op mannen én vrouwen. Maar ook andersom: de verschillende effecten die mannen en vrouwen kunnen hebben op een conflict.” Burger doelt daarbij op mannen en vrouwen binnen de eigen krijgsmacht, van de tegenstander en die van de betrokken burgerbevolking. “Als je die verschillende effecten doorziet, erkent en toepast in het militair handelen, kun je er je voordeel mee doen in militaire missies. Genderperspectief gaat hier dus over warfighting. Iedere militair zou dit in zijn of haar werk moeten toepassen.”
Wat is de kern van jouw werk?
“Mijn taak is het om mensen bewust te maken van een genderperspectief, de vaardigheid aan te leren om het te vertalen in hun eigen werkdomein en ze aan te zetten daarnaar te handelen. Het wegnemen van blinde vlekken draagt bij aan het slagen van operaties.”
Over welke operatie spreken we in het geval van Zuid-Korea?
“Het handhaven van de wapenstilstandovereenkomst, maar óók het maken van een gedegen operatieplan voor het geval er oorlog uitbreekt. We analyseren welke rollen en gedragingen alle mannen en vrouwen aanwezig op het Koreaanse schiereiland – kunnen – hebben in beide situaties. Ook de eigen UNC-militairen nemen we daarbij onder de loep. Bovendien letten we op de verschillende leeftijden en kijken we verder dan de traditionele rolpatronen.”
‘Verrast worden door een gewapende vrouw op leeftijd’
Kun je een concreet voorbeeld noemen?
“Een traditionele analyse van de tegenstander kijkt voornamelijk naar de reguliere strijdkrachten. Maar neem nou Noord-Korea: dat heeft als aanvulling op het leger ruim vijf miljoen burgers klaarstaan om mee te vechten als het moet. Daarbij gaat het in dit geval niet alleen om volwassen mannen, het traditionele rolpatroon dat je zou verwachten, maar ook om ouderen en tieners. Mannen én vrouwen. Als je dat niet weet, kun je aardig verrast worden door een gewapende vrouw op leeftijd aan de grens. Bovendien zou je misschien niet goed weten hoe je ermee moet omgaan. Is zij je tegenstander of is ze bang en probeert ze alleen zichzelf te verdedigen? De situatie zo goed mogelijk kunnen inschatten, versterkt je eigen positie. Dan laat je bijvoorbeeld niet zonder controle vrouwen in burgerkleding met sporttas de grens oversteken, zoals dat in Oekraïne gebeurde. Later bleek dat het Russische snipers waren. Een goed voorbeeld van hoe een tegenstander gender-stereotyperend denken tegen ons kan gebruiken.”
Hoe kan gender binnen de krijgsmacht een verschil maken in een conflict?
“In sommige situaties is het soms beter om een vrouw in te zetten in plaats van een man, en andersom. Een vrouwelijke militair bereikt soms bijvoorbeeld makkelijker de vrouwelijke bevolking en kan dus beter horen wat er bij hen speelt. En in sommige culturen doen mannen geen zaken met vrouwen. Daar kun je wat van vinden, maar dan is het gewoon slimmer om mannelijke militairen in te zetten.
Maar ook mentaal kan het gender van een tegenstander een verschillend effect op je hebben. Het gevoel ‘ik heb een gewapende oude vrouw of een kind met wapen doodgeschoten uit zelfverdediging’ doet waarschijnlijk iets anders met je dan wanneer het om een militaire volwassen man zou gaan. Het past niet in ons beeld: deze bevolkingsgroepen hoor je in onze ogen te beschermen. Je moet er als organisatie oog voor hebben dat dit soort situaties kunnen voorvallen. Bespreek hoe hierop te acteren als je het tegenkomt, maar óók hoe je er achteraf mee omgaat zodat je bijvoorbeeld een posttraumatische stressstoornis zoveel mogelijk kan voorkomen.”
Nederlandse inzet in Zuid-Korea
Met drie militairen neemt Nederland sinds 5 januari 2025 deel aan de United Nations Command (UNC) in de Republiek Korea (Zuid-Korea). Naast een genderadviseur heeft Nederland gedurende twee jaar een officier strategische communicatie en een onderofficier movement control in het gebied. De drie specialisten worden tussendoor afgewisseld.
Nederland draagt hiermee samen met zeventien partnerlanden bij aan de veiligheidssituatie op het Koreaanse schiereiland.
‘Amerikaanse collega’s vreesden voor hun banen’
Van Trump moest een streep door de term gender en het beleid ten aanzien van women, peace en security (wps, red.). Welke invloed had dat op jouw taak in Zuid-Korea?
“Het zorgde voor veel onzekerheid en vertraging. Er zit een verschil in hoe we in Europa WPS-beleid interpreteren en toepassen en hoe Amerika dat doet. Het woord gender moesten we letterlijk uit ieder document halen en dus vervangen door iets anders. Mijn functienaam moesten we ook aanpassen. Uiteindelijk kwamen we uit op ‘Human Peace and Security adviser’. Amerikaanse collega’s in mijn werkveld vreesden voor hun banen. Uiteindelijk zijn de functies binnen het UNC behouden, maar de hele situatie maakte het werk er niet makkelijker op. Amerikaanse collega’s gingen terughoudend om met het onderwerp, terwijl er juist heel veel steun was van de andere nationaliteiten binnen het UNC.”
Wat heb je in zes maanden kunnen bereiken?
“Als eerste genderadviseur van deze missie was het mijn taak dit onderwerp op de kaart te zetten binnen de drie commando’s (zie kader hieronder, red.). Ik heb in samenwerking met internationale en Koreaanse collega’s een start gemaakt met een genderanalyse van Noord- en Zuid-Korea en Japan. Om de term gender te mijden noemden we het een sociaal-culturele analyse. We onderzochten de verschillen tussen mannen en vrouwen op politiek-, militair-, economisch-, sociaal-, informatie- en infrastructuurgebied.
‘Oefenscenario’s zijn erg realistisch door echte namen van landen en leiders’
Vervolgens heb ik een bijdrage geleverd aan het operatieplan ten tijde van een conflict met Noord-Korea. Om genderperspectief te implementeren moet ik altijd samenwerken met vakspecialisten. Ik ben geen planner of logistiekeling, dus kan het niet alleen. Ook hielp ik collega’s bij het op juiste wijze meenemen van het genderperspectief in de oefeningen van het UNC. Deze grootschalige oefeningen vinden twee keer per jaar plaats en richten zich op een oorlog met Noord-Korea. Overigens zijn de scenario’s erg realistisch, doordat er echte namen van landen en leiders worden gebruikt in plaats van fictieve. Verder heb ik nog een handleiding geschreven over hoe je genderperspectief toepast in je werk. Het is een vragenlijst die je daar stap voor stap bij helpt.”
Verenigde Staten leidt drie commando’s in Zuid-Korea
De Verenigde Staten leiden behalve het multinationale United Nations Command nog twee commando’s in Zuid-Korea. Dit zijn de United States Forces Korea en het ROK/US Combined Forces Command (het gezamenlijke hoofdkwartier van de Republic of Korea (ROK) Armed Forces en de United States (US) Forces Korea).