Dit artikel hoort bij: Specials 04

Kijk eens door de bril van een ander

Tekst Diana Minnaert

Samenwerken zit in ons DNA. Niet alleen met marktpartijen, juist ook met andere Defensie-onderdelen: onze partners. Hoe kijken zij naar DMO en naar de samenwerking? Waar liggen wat hen betreft kansen en uitdagingen? We vroegen het vice-admiraal Kramer (Koninklijke Marine), generaal-majoor Sotthewes (Bestuursstaf) en brigadegeneraal Harmsma (Defensie Ondersteuningscommando).

Werken bij DMO. Dat moet fantastisch zijn.”

Vice-admiraal Rob Kramer
Commandant Zeestrijdkrachten

Honderd procent
“Bij de Koninklijke Marine proeft iedereen de inspanning van DMO. Natuurlijk kan niet alles goed gaan, maar bij mij, bij ons, is er veel vertrouwen. We vertrouwen erin dat DMO’ers er voor de volle honderd procent voor gaan.

In de schijnwerpers
Er liggen kansen in het sneller en beter leveren van producten en diensten. Daar zit de maatschappij ook op te wachten. Veel blikken zijn op ons gericht. De blikken van de politiek en van de samenleving, op Defensie in het algemeen en op DMO in het speciaal. Juist nu hebben we daarom de kans om het vertrouwen dat zij ons geven, waar te maken.

Blootgeven
Ik denk dat de corporate story daarbij kan helpen en DMO kan laten groeien. Het verhaal geeft DMO een ziel, een gezicht. Ik herken het team van professionals erin terug. Mensen durven zich bloot te geven en hun eigen, persoonlijke verhaal te vertellen. Dat raakt me. Het deed me zelfs denken: dat moet fantastisch zijn, om bij die organisatie te werken. Ik voelde me trots.”

“Blijven beseffen waar we het voor doen.”

Generaal-majoor Fred Sotthewes
Coördinerend Proces Manager

Betrokken en bevlogen
“DMO staat misschien niet direct in verbinding met het primaire product van Defensie, maar is erg betrokken bij onze gezamenlijke missie. Beschermen wat ons dierbaar is - dat gaat DMO’ers aan het hart. Ze weten heel goed waar ze het voor doen. Tijdens de top 200 en de lancering van de corporate story zag ik energie, bevlogenheid en verbinding. Iedereen in de zaal voelde zich trots.

Erkenning creëren
Zelf heb ik vanaf het begin van mijn loopbaan op verschillende niveaus met DMO samengewerkt. Op sommige momenten ging dat erg goed, op andere momenten was er frustratie. Dat is onvermijdelijk en hoort erbij. Ik denk dat we ons moeten blijven beseffen waar we het voor doen. En begrijpen dat we er ieder voor zich keihard voor werken. Onze kracht zit in mensen bij elkaar brengen, in naar elkaar luisteren. Welke problemen en behoeftes zijn er? Zo creëren we erkenning en waardering. De groene stip-sessies zijn daarvan een krachtig voorbeeld.

Nog beter
De tragische gebeurtenis in Mali moet ons nog meer doen realiseren waar we voor staan. We moeten onze verantwoordelijkheid nemen en de crisis benutten als startpunt voor gesprekken en discussies. Om stil te staan bij de vraag: hoe kunnen we ons product nog beter maken? Ik geloof namelijk dat er altijd ruimte is voor verbetering. Laten we de kritiek niet achter ons neergooien maar met beide handen aangrijpen om onszelf te verbeteren. Met elkaar en met volle energie. Aan de slag!”

“DMO en Defensie Ondersteuningscommando: partners in crime.”

Brigadegeneraal Ronald Harmsma
Commandant Facilitair, Logistiek & Beveiliging

Tweelingbroertjes
“Als divisiecommandant bij het Defensie Ondersteuningscommando werk ik nauw samen met DMO. Onze organisaties zijn de twee ondersteuners van Defensie. We zijn partners in crime, tweelingbroertjes. In de corporate story van DMO herkende ik het Defensie Ondersteuningscommando. Misschien sprak het verhaal me daarom zo aan.

Koppen bij elkaar
Ik heb absoluut vertrouwen in DMO en in onze samenwerking. Dat heb ik in de meeste organisaties binnen het ministerie van Defensie. Tegelijkertijd maakt samenwerken in een keten ons kwetsbaar. Iedereen doet zijn uiterste best, maar als één schakel uitvalt, faalt de hele keten. Daarom is het belangrijk om de koppen vaak bij elkaar te steken. Discussies moeten we niet uit de weg gaan maar aangaan. Face-to-face, niet via de mail. Als we de juiste spelers bij elkaar brengen, voorkomen we dat er ruis ontstaat.

Slagvaardiger
Onze grootste uitdaging? De bureaucratie die we zelf hebben gecreëerd. En het kweken van een gezonde dosis bestuurlijke durf. Want die durf hebben we nodig in bureaucratische processen. Zodat we sneller en adequater kunnen handelen. Nu leveren we soms te laat en tegen een te hoge prijs. Slagvaardiger worden. Dat is onze missie.”